Samenvatting van het vak Bedrijfseconomie. Gegeven op Fontys Hogeschool bij de opleiding Bedrijfskunde in Blok 5. Bevat de hoofdstukken 12 en 14 uit het boek van Koetzier en hoofdstuk 13 uit het boek van Heezen. Daarnaast bevat de samenvatting nog extra informatie over budgetteren.
Samenvatting Bedrijfseconomie
(W. Koetzier & R. Brouwers, 2015)
Hoofdstuk 12 Kostencalculaties (§1, §2 en §3)
12.1 Integrale kostprijs en normale bezetting
De kostprijs van een product bestaat uit de geldwaarde van alle productiemiddelen die zijn opgeofferd om het product
te vervaardigen. We maken een integrale kostprijsberekening, waarbij alle kosten als productenkosten worden
𝑇𝑜𝑡𝑎𝑙𝑒 𝑘𝑜𝑠𝑡𝑒𝑛
beschouwd. Kosten per eenheid = kostprijs = Productieomvang
De kostprijs wordt afhankelijk van de geproduceerde hoeveelheid goederen of diensten. We spreken in algemene zin
van bedrijfsdrukte of bezetting om het niveau van de productie aan te duiden. De kostprijs wordt berekend op basis van
een tevoren vastgestelde bedrijfsdrukte. Deze productieomvang kan vastgesteld worden door een begrote productie.
Meestal wordt de kostprijs bepaald door de normale bezetting want deze geeft aan bij welke bezetting de totale kosten
worden vergoed.
Werkelijke productie Kostprijs pas achteraf te bepalen en verandert bij toe- of afname productieomvang
Begrote productie Kostprijs verandert bij toe- of afname productieomvang
Normale productie Kostprijs afhankelijk van werkelijke/begrote productieomvang
Het bepalen van de integrale kostprijs verloopt als volgt:
Totale vaste kosten + Totale variabele kosten bij normale bezetting
Integrale kostprijs =
Normale bezetting
Indien de variabele kosten geheel proportioneel zijn en de variabele kosten per eenheid dus een vast bedrag vormen,
onafhankelijk van de hoogte van de productie, kan deze formule ook zo herschreven worden:
Totale vaste kosten Totale variabele kosten bij begrote bezetting C V
Integrale kostprijs = Normale bezetting
+ Begrote bezetting
=N + W
Variabele kosten: afhankelijk van een verandering in de
bedrijfsdrukte. Drie soorten variabele kosten:
Degressief stijgend: kwantumkorting
Proportioneel stijgend: grondstofkosten
Progressief stijgend: hoge slijtage
Bezettingsresultaat is het verschil tussen de werkelijke totale kosten en het totaal van de in de kostprijs berekende vaste
kosten. Wordt als volgt bepaald: (werkelijke bezetting − normale bezetting) ×
in de kostprijs opgenomen tarief voor de vaste kosten
Werkelijke bezetting groter dan normale bezetting overbezettingswinst
Werkelijke bezetting kleiner dan normale bezetting onderbezettingsverlies
Werkelijke bezetting even groot als normale bezetting geen bezettingsresultaat
Resultaatbepaling volgens Absorption Costing
1. Totale omzet – Totale kosten = TO – TK =
TO = verwachte afzet x verkoopprijs
TK = TCK + TVK = Totale constante kosten + Totale variabele kosten
2. Verkoopresultaat +/- bezettingsresultaat = winst (bedrijfsresultaat)
Verkoopresultaat = verwachte afzet x (verkoopprijs – kostprijs)
Bezettingsresultaat = (W-N) x C/N
1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annevandentillaar. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.