100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Neurobiologie 18/19 $4.82   Add to cart

Summary

Samenvatting Neurobiologie 18/19

 93 views  4 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Nederlandse samenvatting Neurobiologie 18/19. Alle 20 colleges en aantekeningen met plaatjes.

Preview 4 out of 34  pages

  • No
  • H1-20
  • October 8, 2018
  • 34
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
College 1: Introducte n de ersenen
De hersenen bestaan uit vier aan elkaar verbonden ventrikels; het ventrikelsysteem. In deze holle
ruimtes bevindt zich hersenvocht, cerebrospinal fuid (CSF). Hersenen bestaan uit grijze stof
(cellichamen en dendrieten) en wite stof (axonen van myeline). Het zenuwstelsel kan verdeelt
worden in:

Centrale zenuwstelsel (CNS) Per fere zenuwstelsel (PNS)
 Grote hersenen  Verbindingen van en naar de
 Kleine hersenen organen en weefsels
 Hersenstam
 Ruggenmerg


Termen die de oppervlakte van de
hersenen vergroten:
 Fissuur (diepe groeve)
 Sulcus (ondiepe groef)
 Gyrus (vouwing)

Kwabben hebben een ‘eigen’ schedelbot.
Een onderdeel is de kle ne ersenen
(cerebellum).

De vier hersenkwabben van de grote
hersenen (cerebrum) zijn;
 Frontaalkwab (frontal lobe):
coördineert informate van andere gebieden, stuurt gedrag
 Par ëtaalkwab (par etal lobe): alle informate die binnen komt van de huid, spieren, smaak,
zien
 Temporale kwab (temporal lobe): gehoor
 Ac ter oofdskwab (occup tal lobe: zicht

Frenolog e: de leer van de geest (Franz Joseph Gall). De theorie waarbij men ervan uitgaat dat
aanleg en persoonlijkheid afgeleid kunnen worden aan de vorm van de schedel.

Het centrum van Wernicke is verantwoordelijk voor het begrijpen van taal (schade=volgorde van
spreken klopt niet) en het centrum van Broca het spraakcentrum (uitbrengen woorden klopt niet).

De grote hersenen bevat ook:
 Hypot alamus: O.a. ‘brug’ tussen zenuwstelsel en endocrien systeem m.b.v. de hypofyse.
 H ppocampus: Betrokken bij leren en geheugen.
 Amygdala: Geconditoneerde responsen. Koppelen informate aan emote.
 Hersensc ors: Hogere hersenfunctes, taal.

,*Soorten hersenscans:
- CT-scan: Röntgen. Laat zacht weefsel zien zoals het brein. Handig om afwijkingen te
constateren. Kan contrastvloeistof worden als de bloedvaten beken worden.
- MRI-scan: magnetc resonance imaging. Radiogolven. Hetzelfde als CT. Afankelijk van
orgaan wat de beste opte is. Hoe meer opgenomen=hoe actever een gebied
- PET-scan: positon emission tumography. Gebruik van radioacteve tracer (isotoop) om
metabolische processen in kaart te brengen. Welke delen zijn actef als je een vraag stelt of
een plaatje laat zien.
- fMRI-scan: Functonal magnetc resonance imaging. Meten rato O 2/CO2 in hersengebieden
van brein actviteit. Hoe meer zuurstof=hoe actever het gebied.

De MRI kan niet gebruikt worden als leugendetector omdat wat actef is niet altjd te maken heef
met de gestelde vraag, de persoon kan bijvoorbeeld ergens anders aan denken of beïnvloed worden
door de omgeving.

Phineas P. Gageman overleefde na een paal door zijn hoofd en het verliezen van zijn prefrontale
cortex. Lobotom e is het verbreken van de verbinding van de prefrontale cortex, dit verandert
gedrag en persoonlijkheid.

College 1.5: Introducte n de ersenen
Doorsneden:
-sagitaal: van voor naar achter
-coronaal: van oor naar oor
vertcaal
-horizontaal: van oor naar oor
horizontaal

Dorsal: bovenkant, rug
Ventral: onderkant, buik
Rostaal: bek
Caudaal: staart
Medial van voor naar achter

Mens en rat
Overeenkomst: hersenstam
Verschil: cortex

Het gebied van de snorharen zijn
wel goed ontwikkeld bij de rat. 1
gebied staat specifek gelijk aan
een gebied neuronen.

Een N ssl-kleur ng kleurt het cellichaam. Een golg -kleur ng kleurt dendrieten inclusief spines. Cajal
dendrieten en axonen behoren tot the neuronen.

,Type zenuwen




- Sc wann cellen: zijn glia cellen die geassocieerd zijn met het axon van sommige
zenuwcellen. Hier vormen ze myelinescheden om heen in het perifere zenuwstelsel. Door de
myeline schede versnelt de impulsgeleiding van de axon
- Interneuronen: Is een neuron of zenuwcel die aan beide einden verbonden is meet andere
zenuwcellen. Ze dienen voor informateoverdracht door middel van een actepotentaal. Ze
hebben veel input maar, maar output naar 1 axon.
- Afferente neuronen = sensorische neuronen: brengen sensorische impulsen van zintuigen
naar het centraal zenuwstelsel. Heef myeline

Ruimte waar geen neuronen ziten worden opgevuld door gliacellen, er zijn 10x zoveel glia cellen als
neuronen.

Trac ng stud es
- Retrograde transport= Oorspronggebied bepalen. Via axonen bundels van neuronen die
input geven. Andere kant dan de info op. Bepalen op welke hersencellen input aan het
gebied.
- Anterograde transport= Targetgebied bepalen. Gaat naar het gebied waar die cellen invloed
op hebben, met het signaal mee.

, Een neuron/zenuw bestaat uit:
 Soma: Cellichaam
 Axon: Impuls weg van soma, vaak 1 aanwezig
 Dendr et: Ontvangers impulsen
 Neur eten: Axonen samen met dendrieten
 Spine: Ontvanger op dendriet
 M toc ondr ën: Creëren ATP
 Glad ER: Synthese eiwiten
 Golg apparaat: ‘Verpakken’ eiwiten zoals
neurotransmiters

Axonen en dendrieten worden samen neur eten genoemd.




Perifere zenuwstelsel gliacellen:
- Satell etcellen: ziten in spieren en kunnen zich ontwikkelen tot spiercellen. Kleine
spierschade wordt hier door hersteld
- Sc wann cellen: vormen de myeline schede en scheiden een aantal neurotrope factoren uit

Centrale zenuwstelsel gliacellen:
- Ol godendrocyten: produceerd myeline scheden
- Astrocyten: steuncellen in de zenuwbaan die liggen tussen een bloedvat en een zenuwcel.
Ze hebben veel functes zoals het verwijderen van neurotransmiters en K +, uitscheiden van
neurotrope factoren, helpen vormen van de BBB en het ondersteunen van het CNS
- M crogl a: de immuuncellen van het CNS. Ze scannen de omgeving op schade en
lichaamsvreemde stofen en verwijderen deze dan d.m.v. fagocytose.
- Ependymcellen cellen: vormen een laag cellen in de hersenen tussen compartmenten. Ze
produceren hersen vloeistof.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinezoe. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

70055 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.82  4x  sold
  • (0)
  Add to cart