Research Design Creswell (2018) Summary Chap 1
Book Summary Research Design (AS2)
Summary Academic Skills 2: Research Design
All for this textbook (3)
Written for
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
Bestuurskunde publiek management
Research design & Methods (FSWSM9020)
All documents for this subject (2)
Seller
Follow
lieskezijlstra2002
Reviews received
Content preview
Samenvatting literatuur Onderzoeksontwerp & Methoden
College 1
H1 – Creswell & Creswell: De selectie van een onderzoeksbenadering
Abstract: dit hoofdstuk gaat over het definiëren van kwantitatieve, kwalitatieve en gemengde
methoden. Het gaat in op hoe filosofie, ontwerpen en methoden elkaar kruisen, wanneer men een
van deze benaderingen gebruikt. Er worden verschillende filosofische standpunten besproken en de
methoden passend bij elk ontwerp. Ook wordt gekeken naar de factoren die een rol spelen bij de
keuze voor een onderzoek aanpak.
Inleiding
Onderzoeksbenaderingen zijn plannen en procedures voor onderzoek die stappen omvatten van
brede aannames tot gedetailleerde methoden voor het verzamelen, analyseren en interpreteren van
gegevens. Dit plan omvat verschillende beslissingen, die niet genomen hoeven te worden in de
volgorde zoals hier gepresenteerd. De algemene beslissing omvat welke aanpak moet worden
gebruikt om een onderwerp te bestuderen. De filosofische veronderstelling die de onderzoeker
meeneemt, moeten deze beslissing bepalen, evenals onderzoeksontwerpen, onderzoeksmethoden
voor het verzamelen, analyseren en interpreteren van gegevens. De selectie van een
onderzoeksaanpak is ook gebaseerd op de aard van het onderzoeksprobleem, de persoonlijke
ervaringen van de onderzoekers en het publiek voor het onderzoek.
Onderzoeksbenaderingen, -ontwerpen en -methoden zijn drie sleutelbegrippen die een perspectief
op onderzoek vertegenwoordigen dat informatie op een opeenvolgende manier presenteert; van
brede onderzoeksconstructies tot de smalle procedures van methoden.
De drie benaderingen van onderzoek
In dit boek worden drie onderzoeksbenaderingen gepresenteerd:
1. Kwalitatief: aanpak voor het verkennen en begrijpen van de betekenis die individuen of groepen
toekennen aan een sociaal/menselijk probleem. Het onderzoeksproces omvat opkomende vragen
en procedures, gegevens die worden verzameld in de setting van de deelnemers, inductief
opgebouwde gegevensanalyse van bijzonderheden naar algemene thema’s, en de onderzoeker
die gegevens interpreteert en betekenis geeft. Eindrapport heeft een flexibele structuur. Het
heeft aandacht voor het rapporteren van de complexiteit van een situatie.
2. Kwantitatief: aanpak voor het resten van objectieve theorieën door de relatie tussen variabelen
te onderzoeken. Variabelen kunnen worden gemeten, zodat genummerde gegevens kunnen
worden geanalyseerd m.b.v. statistische procedures. Eindrapport heeft een vaste structuur:
inleiding -> literatuur -> theorie -> methoden -> resultaten -> discussie.
3. Mixed methods: verzameling van zowel kwantitatieve als kwalitatieve gegevens, waarbij de twee
vormen van gegevens worden geïntegreerd. Er wordt gebruik gemaakt van afzonderlijke
ontwerpen die filosofische aannames en theoretische kaders kunnen omvatten. De kernaanname
is dat de integratie extra inzichten oplevert t.o.v. gegevens die door 1 van de 2 worden verschaft.
Deze benaderingen zijn niet geheel gescheiden, het moet meer worden gezien als een continuüm.
Vaak wordt het onderscheid geformuleerd in termen van het gebruik van woorden (kwalitatief) in
plaats van cijfers (kwantitatief), of in het gebruik van gesloten vragen en antwoorden (kwantitatieve
hypothesen) of open vragen en antwoorden (kwalitatief). We kunnen de fundamentele filosofische
annames van onderzoekers en de onderzoeksstrategieën die zij gebruiken, bekijken om te weten welk
type onderzoek ze toepassen. Bovendien is er een historische evolutie in beide benaderingen, waarbij
kwantitatieve benaderingen de sociale wetenschappen van eind 19 e eeuw tot midden van de 20ste
eeuw domineerden. Tijdens de tweede helft van de 20 ste eeuw werd kwalitatief belangrijker en
daarmee ook mixed methods.
Drie componenten die betrokken zijn bij een aanpak
,Twee belangrijke componenten in elke definitie zijn dat de benadering van onderzoek zowel
filosofische aannames als afzonderlijke methoden of procedures omvat. De brede onderzoeks-
benadering is het plan of voorstel om onderzoek te doen en omvat het snijvlak van 3 dingen:
1. Onderzoekers moeten nadenken over de filosofische aannames over het wereldbeeld die zij
in het onderzoek meenemen
2. Over het onderzoeksontwerp dat verband houdt met dit wereldbeeld
3. Over de specifieke methoden of procedures van onderzoek die de aanpak in de praktijk
vertalen.
Filosofische wereldbeelden
Filosofische ideeën blijven grotendeels verborgen in onderzoek, maar beïnvloed wel de
onderzoekspraktijk. Advies van auteurs is dat onderzoekers de grotere filosofische ideeën die ze
omarmen expliciet maken. Dit helpt te verklaren waarom ze voor een bepaalde benadering hebben
gekozen. Wereldbeeld = een basisset van overtuigingen die actie sturen, ook wel paradigma.
Individuen ontwikkelen wereldbeelden o.b.v. hun disciplineoriëntaties, onderzoeksgemeenschappen,
ervaringen etc. In dit boek worden er 4 besproken.
1. Post-positivisme: vertegenwoordigt de traditionele vorm van onderzoek; geldt meer voor
kwantitatief onderzoek. Wordt ook wel de wetenschappelijke methode en empirische
wetenschap genoemd. Het gaat om post, omdat het traditionele idee van het positivisme van
de absolute waarheid van kennis wordt uitgedaagd. Schrijvers zijn Comte, Durkheim, Newton en
Locke. Ze hebben een deterministische filosofie waarin oorzaken (waarschijnlijk) de gevolgen of
uitkomsten bepalen. Het is reductionistisch, omdat het als doel heeft om de ideeën terug te
brengen tot een kleine, discrete set om te testen, zoals de variabelen waaruit hypothesen en
onderzoeksvragen bestaan. De kennis is gebaseerd op zorgvuldige observatie en meting van de
, objectieve realiteit die in de wereld bestaat. Het ontwikkelen van numerieke metingen van
observaties en het bestuderen van gedrag van individuen worden cruciaal geacht. Ten slotte zijn
er wetten of theorieën die de wereld regeren, en deze moeten worden getest, geverifieerd en
verfijnd zodat we de wereld kunnen begrijpen. De wetenschappelijke methode die hiervoor
wordt gebruikt begint met theorie, dan gegevensverzameling en vervolgens de nodige
herzieningen en aanvullende tests. Aantal belangrijke aannames:
- Kennis is speculatief: absolute waarheid kan nooit gevonden worden. Hypothesen worden
niet bewezen, maar ‘niet verworpen’.
- Onderzoek is het proces van het maken van beweringen en het vervolgens verfijnen of
verlaten van beweringen voor andere die sterker gerechtvaardigd zijn.
- Gegevens, bewijsmateriaal en rationele overwegingen vormen kennis.
- Onderzoek streeft ernaar relevante, ware uitspraken te ontwikkelen die kunnen dienen om
de zorgwekkende situatie te verklaren of oorzakelijke verbanden te beschrijven.
- Objectief zijn is een essentieel aspect van competent onderzoek -> kijken naar bias.
2. Constructivisme: benadering van kwalitatief onderzoek. Het is het geloof dat individuen inzicht
zoeken in de wereld waarin ze leven en werken. Individuen ontwikkelen subjectieve
betekenissen van hun ervaringen – betekenissen die gericht zijn op bepaalde objecten of
dingen. Deze betekenissen zijn gevarieerd en veelvoudig, waardoor de onderzoeker op zoek
gaat naar de complexiteit van opvattingen i.p.v. betekenissen te beperken tot een paar
categorieën of ideeën. Het doel is om zoveel mogelijk te vertrouwen op de visie van de
deelnemers op de onderzochte situatie. Vragen worden breed en algemeen gesteld, zodat
deelnemers de betekenis van een situatie kunnen construeren. Deze betekenis wordt vaak
gevormd door interacties met anderen en door historische en culturele normen. Onderzoekers
erkennen dat hun eigen achtergrond hun interpretatie bepaalt en ze positioneren zichzelf in het
onderzoek om te erkennen hoe hun interpretatie voortvloeit uit hun persoonlijke, culturele en
historische ervaringen. I.t.t. post-positivisme genereren onderzoekers op inductieve wijze een
theorie of betekenispatroon. Aantal belangrijke aannames:
- Mensen construeren betekenissen terwijl ze omgaan met de wereld die ze interpreteren
- Mensen zijn betrokken bij hun wereld en geven er betekenis aan o.b.v. hun historische en
sociale perspectieven
- De fundamentele generatie van betekenis is altijd sociaal en komt voort uit interactie met
een menselijke gemeenschap.
3. Transformatisme: ontstond in jaren 80 en 90 en vond dat post-positivistische
veronderstellingen structurele wetten en theorieën oplegden die niet pasten bij
gemarginaliseerde individuen in onze samenleving, of dat kwesties van macht, sociale
rechtvaardigheid, discriminatie en onderdrukking moesten worden aangepakt. Er is geen
uniforme literatuur bij dit wereldbeeld, maar wel groepen kritische theoretici: participatieve
actieonderzoekers, Marxisten, feministen, raciale en etnische minderheden, personen met
handicaps etc. Deze onderzoekers zijn vaak van mening dat het constructivistische standpunt
niet ver genoeg ging in het bepleiten van een actieagenda om gemarginaliseerde volkeren te
helpen. Een transformatief wereldbeeld houdt in dat onderzoek verweven moet worden met
politiek en een politieke veranderingsagenda om sociale onderdrukking het hoofd te bieden.
Het bevat dus een actieagenda voor hervormingen die levens van deelnemers of instellingen
waarin ze werken of leven te veranderen. Daarnaast moeten specifieke kwesties worden
aangepakt die betrekking hebben op belangrijke sociale kwesties van deze tijd, zoals
empowerment, ongelijkheid en onderdrukking. De onderzoeker begint vaak met een van deze
kwesties als middelpunt van het onderzoek. Het gaat ervan uit dat de onderzoeker samen met
deelnemers werkt. Transformatief onderzoek geeft de deelnemers een stem, verhoogt hun
bewustzijn of bevordert een agenda voor verandering. Belangrijke aannames:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lieskezijlstra2002. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.