36. Richtlijn diagnostisch onderzoek LVB: aanbevelingen voor het ontwikkelen, aanpassen en
afnemen van diagnostische instrumenten bij mensen met een licht verstandelijke beperking
J Douma, X Moonen, L Noordhof, A Ponsioen
Inleiding in diagnostisch onderzoek
Richtlijn staat in teken van zelfrapportage door mensen met LVB: hoe kunnen we inbreng van
mensen met LVB zelf in diagnostsch onderzoek zo waardevol maken.
Aandacht aan drie aspecten van diagnostsch onderzoek:
o Constructe van diagnostsche instrumenten voor afname bij mensen met een LVB
o Afname van diagnostsche instrumenten bij henzelf
o Verwerken van verkregen antwoorden.
1.2 van onderkennende naar meer verklarende en handelingsgerichte diagnostiek
Diagnostek bij LVB'ers vaak gericht op enerzijds de mate van leermoeilijkheden of verstandelijke
beperking, anderzijds bijkomende emotonele problemen, gedragsproblemen, psychiatrische
stoornissen.
Vaak nog weinig oog voor ‘Waarom de problematekk onderkennende diagnostekk
1.2.1 onderzoek naar leermoeilijkheden en een LVB
Afnemen IQ test vaak eerste stap in diagnostsch proces.
o Hierbij onderkennend maar ook onderschrijvende diagnostek
Bij IQ tussen 70- en 85 zwakbegaafd
IQ tussen 55- 70 is verstandelijk beperkt.
IQ-score is geen vaststaand en robuust gegeven omdat:
o Levert vaak niet dezelfde scores op dan bij dezelfde kinderen
o Bij twee metngen in loop der jaren, andere IQ-score
o Er vaak ook sprake is van een disharmonisch profel bij LVB.
Disharmonisch profel: performale IQ-score is beduidend hoger of lager dan de verbale score.
o Totale IQ geef dan weinig informate over de intelligente van iemand.
Er worden verschillende typen intelligentes met IQ test gemeten:
o Crystallized intelligente heef betrekking op vermogen van een persoon om problemen
op te lossen waarbij schoolkennis en culturele ervaringen van invloed zijn op het
resultaat. Tests beoordelen echter vaak vooral wat al geleerd is i.p.v. vaardigheid om te
kunnen leren.
o Fluid test: taken waarmee de alledaagse praktsche intelligente gemeten kan worden.
In plaats van ernst leermoeilijkheden in te schaten bij diagnostsch onderzoek, zou het
effectever zijn om te kijken naar het hoe en waarom van leermoeilijkheden.
o Biedt ook informate over begeleidings- en behandelmogelijkheden.
o Tests nodig die gericht zijn op de wijze waarop een persoon leert.
o Veranderbare factoren in kaart brengen.
Kennis van onderliggende cogniteve functes kan veel informate opleveren over de achtergrond
van de leerk problematek van een kind en de eventueel te beïnvloeden factoren.
Klassieke opvatng over intelligente onderzoek:
o Testen van min of meer stabiele mogelijkheden abilitesk
, o Testresultaat geef aan hoeveel van een talent iemand bezit
o Staat voor onderkennende diagnostek vaststellen leermoeilijkheden - Moderne
opvatng over intelligente onderzoek:
o Gericht op veranderbare componenten en vaardigheden bijvoorbeeld het gebruik van
mentale strategieën kan de functonele geheugencapaciteit vergrotenk.
o Kijkt meer naar verklarende componenten inzicht in achtergronden en mogelijke
oorzaken
Om volledig recht te doen aan het diagnostceren van een LVB moet ook worden aangetoond
dat er signifcante beperkingen zijn in adaptef gedrag ook wel sociaal, aanpassingsvermogenk.
o DSM spreekt in termen van intelligente en adaptef gedrag in codetaal DSM alleen IQ-
scores niet voldoendek
Ontbreken nog veel betrouwbare en valide instrumenten om adaptef gedrag in kaart te
brengen.
Adaptef gedrag: hierbij gaat het om praktsche vaardigheden, communicateve vaardigheden en
probleemoplossende vaardigheden en zelfcontrole: niet allemaal zichtbaar.
Intelligente: voornamelijk betrekking op taal, sociaalk cogniteve vaardigheden en
probleemoplossende vaardigheden. Zou gezien kunnen worden als onderdeel van adaptef
gedragk.
1.2.2 onderzoek naar gedrag en gedragsproblemen.
Diagnostek van gedragsproblemen heef vaak alleen maar als doel om vast te stellen dat
gedragsproblemen er zijn. Beperkt zich dus ook hier tot onderkennende problematek.
Belangrijk zicht te krijgen op de factoren die medek verantwoordelijk zijn voor het gedrag en/of
psychiatrisch probleem.
Werkmodel van Vereniging orthopedagogische behandelcentra VOBCk; staan kenmerken van
jeugdigen met een LVB die behandeld worden in een orthopedagogisch centrum
o LVB specifeke kenmerken: intelligente IQ 50 -58 Beperkt sociaal aanpassingsvermogen
o Bijkomende problematek: leerproblemen, psychiatrische stoornis, medisch- organische
problemen, problemen in gezin en sociale context.
o Komen tot uitng in: Ernstge gedragsproblemen zowel internaliserend als
externaliserendk
o En leiden tot: chroniciteit/ langdurige behoefe aan ondersteuning
Tussen LVB-jongeren ziten veel verschillen
Het VOBC-model biedt een overzicht van belangrijke aan het probleemgedrag gerelateerde
factoren. Echter leerproblemen worden hierin gezien als mogelijke oorzaak van
gedragsproblemen, echter kunnen dit ook een gevolg zijn van gedragsproblemen. Kan ook
gediscussieerd worden over posite psychiatrische problematek. Andere beperking is statsche
karakter.
Vier factoren model: oog voor dynamische wisselwerking tussen kind, ouder en
omgevingsdomeinen. Dit dwingt de diagnostcus verder te kijken dan alleen naar het gedrag.
Geef echter alleen domeinen weer waar de verklarende factoren voor het gedrag van het kind
zich bevinden.
, Ouder-
factoren
Kindfactoren Gedrag
Opvoedings-
factoren
Omgevings-
factoren
Figuur 1: Vierfactoren model
Figuur 2: Transactonele ontwikkelingsmodel van gedrag Ponsioen en Nelwan, 2012k
Doet meer recht aan dynamische ontwikkeling LVB en de wijze waarop aanleg- en
omgevingsfactoren een rol spelen in de uiteindelijke gedragsproblematek. Genetsche en pre- en
perinatale risicoks krijgen een plek in het ontstaan en voortbestaan van gedrag. Het cogniteve,
emotonele en lichamelijke domein kennen een verschillend ontwikkelingsverloop, maar zijn voor
een belangrijk deel afankelijk van elkaar. Deze drie hoofddomeinen moeten in wisselwerking met
elkaar en met de omgeving als een dynamisch systeem worden opgevat, waarbij steeds meer sprake
is van een toenemende samenhang en organisate. Problemen in een domein, kunnen evt.
gecompenseerd worden met een ander. De hogere cogniteve functes gaan bij de zelforganisate en
zelfregulate een steeds belangrijkere rol spelen, taalontwikkeling is belangrijk hierbij.
In dit model is gedrag een zichtbare en concrete uitng van onderliggende mentale schemaks.
Gedrag van een kind of volwassene met een LVB kan nooit als losstaand of vast gegeven gezien
worden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller melaniebakker. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.86. You're not tied to anything after your purchase.