1. Voedingsadviezen preconceptionele fase, zwangerschap en lactatieperiode.
- Vitamines zijn organische verbindingen die niet door het organisme zelf kunnen
worden gesynthetiseerd. Wij moeten meeste vitamines uit onze voeding halen.
- Sporenelementen zijn mineralen waarvan we een kleine hoeveelheid nodig hebben.
Als je te veel van zulke mineralen binnenkrijgt (bijv. zink, jodium, ijzer) kan dit een
negatief e ect hebben op het lichaam.
- Vitamine B11 (foliumzuur) speelt een rol in de groei en goede werking van het
lichaam. Ook zorgt het voor de aanmaak van witte en rode bloedcellen. Verder is het
een belangrijke vitamine voor een goede ontwikkeling van de foetus bij zwangere
vrouwen.
- Vitamine A speelt een rol bij het gezichtsvermogen.
- Vitamine K speelt een rol bij de synthese van bepaalde eiwitten die betrokken zijn bij
bloedstolling en botvorming. Vitamine K bestaat uit vitamine K1, dat in eten en
drinken zit. Bacteriën kunnen in de dikke darm de stof vitamine K2 aanmaken. Deze
stof heeft dezelfde werking als vitamine K1.
- Vitamine C werkt als antioxidant. Vitamine C is nodig voor de vorming van
bindweefsel, de opname van ijzer en het in stand houden van de weerstand.
- Vitamine E werkt als antioxidant. Het helpt de cellen te beschermen tegen schade
die veroorzaakt wordt door onstabiele moleculen, ook wel vrije radicalen genoemd.
Het is ook van belang voor een goed werkend immuunsysteem.
- Magnesium speelt een rol bij de vochtbalans, de regeling van de bloeddruk,
zenuwprikkelgeleiding en spiercontracties. Verder is het belangrijk voor het goed
functioneren van de spieren. En de mineralenhuishouding (natrium, kalium, magnesium
etc.) spelen ook een rol bij de vochtbalans.
- Voedingsadvies preconceptionele fase: foliumzuur vanaf het moment van een
kinderwens (4 weken voor de zwangerschap). Gevarieerd eten (schijf van 5).
- Voedingsadvies zwangerschap: foliumzuur in de eerste 10 weken en vitamine D
(10 microgram) gedurende de gehele zwangerschap.
Jodium is belangrijk voor de ontwikkeling van de hersenen van de baby. Het is te
vinden in brood, zuivel, eieren en vis.
Calcium is belangrijk (samen met vitamine D) voor de bot opbouw van de baby. Ook
verlaagd voldoende calcium het risico op een hoge bloeddruk, vroeggeboorte en
zwangerschapsvergiftiging. Het zit in zuivel, thee, ko e, volkorenbrood en
graanproducten.
Ijzer is belangrijk voor de vergrote aanmaak van bloed. Door voldoende ijzer binnen te
krijgen wordt de kans op bloedarmoede verkleind. Het zit in dierlijke producten,
brood, volkorenproducten, peulvruchten, noten en verschillende groente. Ijzer
wordt makkelijker opgenomen door vitamine C toe te voegen.
2x per week vis eten -> 1x vette vis, 1x magere vis. De vetzuren in vis zijn belangrijk
voor de hersenontwikkeling van de baby. Echter, moeten sommige vissen worden
vermeden zoals tonijn, makreel, sardines en paling omdat ze veel schadelijke sto en
bevatten.
- Voedingsadvies lactatieperiode: veel vocht binnen krijgen. Het is belangrijk om niet te
veel ca eïne te drinken en het liefst geen alcohol. Als je wel alcohol drinkt, drink dan
een glas direct na de laatste borstvoedingen wacht 3 uur met volgende borstvoeding.
2
ff ff ffi ff
,2. Voedingsadviezen vegetarische of veganistische diëten.
- Voedingsadvies bij vegetarisch dieet: wanneer mevrouw onvoldoende dierlijke
producten (melk, eieren, etc.) eet, vitamine B12 bijslikken. Genoeg ijzer, ijzer zit in:
bonen, noten, zaden, eieren, zeewier, sojaproducten, volle ontbijtgranen en
fruitsoorten als vijgen, dadels, bananen en pruimen. Vitamine C zorgt voor een betere
ijzer opname, ook extra vitamine C inname. Eet mevrouw wel vis, hier zit omega 3 in,
die anders ook bij geslikt worden.
- Voedingsadvies bij veganistisch dieet: calcium bij slikken. Ook meer eiwitten eten,
om te compenseren voor de misgelopen dierlijke eiwitten. Dit natuurlijk naast de
adviezen die je al geeft aan vegetariërs (vitamine B12, ijzer, vitamine C, omega 3)
3. Determinanten van gezondheid (Lalonde model).
Andere determinanten: persoonsgebonden (bijv. hoge bloeddruk), leefstijl en
gewoonten (bijv. roken of mishandeling) en leef-, woon-, en werkomstandigheden
(bijv. luchtvervuiling).
4. Primaire, secundaire en tertiaire preventie.
Primaire preventie: Voorkomen van een ziekte/aandoening.
Secundaire preventie: Vroeg ontdekken van een ziekte/aandoening (bijv.
bevolkingsonderzoeken).
Tertiaire preventie: Herhaling van een ziekte/aandoening voorkomen.
7. Verklaren welke leefstijlfactoren van invloed zijn op de zwangerschap.
Roken vruchtbaarheid: roken verminderd de vruchtbaarheid bij mannen en vrouwen.
Roken zwangerschap: vergrote kans op complicaties -> miskraam, extra-uteriene
graviditeit, groeivertraging, congenitale afwijkingen, vroegtijdig breken vliezen, partus
prematurus, placenta previa, abruptio placentae, perinatale sterfte en laag
geboortegewicht.
Veroorzaakt structurele afwijkingen in placenta -> volume capillairen neemt af en
membraan van placentaire villi wordt dikker -> gestoorde gaswisseling in placenta
en verminderde perfusie intervilleuze ruimte.
Nicotine werkt vasoconstrictoir -> verminderd zuurstoftransport naar foetus ->
chronische hypoxische stress.
Hogere incidentie astma, obesitas, neurologische ontwikkelingsachterstand,
gedragsproblematiek bij het kind.
Alcohol vruchtbaarheid: Vrouw -> verstoorde productie hormonen, verminderde
ovariële reserve, verminderde kwaliteit eicel.
Man -> verminderde productie van sperma, zaadcellen worden minder actief en
beschadiging van zaadcellen. LH hormoon onderdrukt -> verminderde zaadproductie.
Alcohol zwangerschap: verhoogde kans op -> foetale alcoholsyndroom (FAS),
psychomotorische ontwikkelingsstoornissen bij foetus, congenitale malformatie
(zoals nierafwijking), microcefalie (kleine schedelomvang), mentale retardatie, lager
geboortegewicht.
Drugs: nog veel onduidelijk, maar een verhoogde kans op -> cyclusstoornissen en
fertiliteitsproblemen, abstinentieverschijnselen bij de neonaat.
Overgewicht vruchtbaarheid: minder vaak een cyclus, de eisprong blijft vaak uit.
Onvolledige follikeluitrijping/anovulatie. Meer kans op PCOS. Kans op spontane
zwangerschap kleiner. Vaker een LGA-kind. Ook bij ovulatie verkleinde kans op
ZWS in vivo & in vitro. Vergrote kans op spontane abortus. Perifere insuline
resistentie, pancreas gaat harder werken -> hyperinsulinisme -> verhoogde
androgenen/oestrogeen -> onvolledige follikelrijping -> geen ovulatie of minder.
3
, Overgewicht zwangerschap: vergrootte kans op -> spontane abortus, serotiniteit,
diabetes gravidarum, hypertensie, pre-eclampsie, macrosomie, IUVD,
complicaties tijdens partus en kraamtijd.
Ondergewicht vruchtbaarheid: lichaam in overlevingsstand als je te weinig
voedingssto en/vetten hebt. Nauwelijks GnRH pulsen dus FSH/LH zijn laag wat zorgt
voor het uitblijving van de menstruatie. Laag oestrogeen.
Bij ondergewicht minder leptine -> minder oestrogenen -> verminderde fertiliteit.
Ondergewicht zwangerschap: bij onvoldoende voedingssto en heeft de foetus minder
nutriënten voor de ontwikkeling van organen. Dit leidt tot onderontwikkeling van het
desbetre ende orgaan.
Op DNA-niveau leidt ondervoeding tot verandering in het methyleringspatroon,
waardoor de expressie van belangrijke eiwitten verandert.
De foetus past zich aan de ondervoeding aan door regulatie van het metabolisme en
van de hormonen die verband houden met de groei (insuline, IGF-1 en cortisol).
Bij gebrek aan zuurstof en nutri nten wordt de celdeling trager, met als gevolg een
permanente vermindering van het aantal cellen in het betre ende orgaan.
8. Verklaren in hoeverre factoren als SES (sociaal economische status), etniciteit en leeftijd
van invloed kunnen zijn op gezondheid.
Hoger opgeleiden eten meer groente en fruit en ook kinderen met hoogopgeleide
ouders eten meer groente en fruit. Geen verschil in consumptie vetzuren naar
opleidingsniveau. Vrouwen met een lagere opleiding gebruiken minder vaak
foliumzuursupplementen dan vrouwen met een hogere opleiding. Slecht 25% volgt
het advies hierover op.
Genetische invloeden, culturele invloeden (voedingsgewoonten in verschillende
culturen), toegankelijkheid van zorg (iemand die de taal niet spreekt zal minder snel
naar de huisarts gaan), ongunstige SES door bijv. discriminatie (bijvoorbeeld geen
baan kunnen krijgen). Migratie kan een positief of negatief e ect hebben (bijv. tweede
generatie Turkse migranten hogere prevalentie obesitas).
Afkomst en huidskleur kunnen invloed hebben op je gezondheid, zo heeft 40% van de
Surinamers vitamine D gebrek (30-50 nmol/L) ten opzichte van 40% autochtone NL met
een matige status (<50 nmol/L).
9. De ethische en maatschappelijke aspecten van leefstijl en aanzet tot
gedragsverandering in de verloskunde herkennen.
Autonomie is in het geding bij preventie. Een leefstijlprogramma heeft alleen zin als
iemand het vol kan houden.
4
ff ff ë ffffff
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller femkevanblerk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.55. You're not tied to anything after your purchase.