anatomie samenvatting fysiotherapie, tweede leerjaar 1e blok, 1e kennistoets. de samenvatting voldoet aan de criteria die gehanteerd wordt vanuit de HAN.
Je kunt de functionele anatomie van de knie, met accent op de art.
patellofemoralis, en de bijbehorende pathologie uitleggen:
Bronnen:
Lohman, A. H. M., Zuidgeest, A. (2015). Vorm en beweging: leerboek van het bewegingsapparaat van
de mens. Bohn Stafleu van Loghum. (hoofdstuk 5: de gewrichten van het onderbeen en de voet:
delen die gaan over de knie) Kapandji I.A. (2009). Bewegingsleer 2: de onderste extremiteit. Bohn
Stafleu Van Loghum. (hoofdstuk 2: de knie) Anatomische atlas of geadviseerde app.
Art. patellofemoralis:
Patellofemorale compartiment speelt voornamelijk een rol bij de overdracht van de spierkracht van
de m. quadriceps femoris op de tibia.
De facies articularis van het femur en de facies articularis van de patella zijn beiden licht convex.
De gewrichtsvlakken van het onderbeen zijn concaaf.
De longitudinale richel op de achterzijde van de patella correspondeert met de longitudinale groeve
op de voorzijde van het femur.
Gewrichtskapsel in de buurt van de patella vormt 3 omslagplooien:
- Bs: aan de bovenkant de bursa suprapatellaris.
- RP: aan beide zijkanten de recessus parapatellares.
Als de patella onder de condyli van het femur glijdt (flexie) worden de 3 omslagplooien kleiner.
Arae intercondylaris anterior: de achterkant van het lig. patellae en het onderste deel van de facies
patellaris.
Die ruimte is gevuld met veel vet: corpus adiposum infrapatellare. Dit vet heeft de vorm van een
vierhoekige piramide.
De bovenkant wordt versterkt door een streng bestaande uit vetweefsel: de plica synovialis
infrapatellaris. Aan de zijkanten zijn vetkussentjes (plica alares) aanwezig.
Bij flexie wordt het vet samengedrukt door het lig. patellae, wat als gevolg heeft dat het aan
weerszijden van de apex patellae uitsteekt.
Stand patella in verschillende bewegingen:
- Extensie: patella verplaatst zich naar achteren.
- Flexie: patella verplaatst zich naar voren.
- Endorotatie: patella wordt naar buiten getrokken.
, - Exorotatie: patella wordt naar binnen getrokken.
- Neutraalstand: patella ligt iets schuin naar beneden en naar buiten gericht.
Bij contractie (flexie) wordt de patella tegen het femur aangedrukt, deze druk is groot.
Bij extensie is de druk het kleinst en neemt bij flexie van de knie toe.
M. quadriceps femoris:
De extensor van de knie.
M. quadriceps femoris is 3 keer zo sterk dan de flexoren (hij moet ook tegen de zwaartekracht in
werken).
De spier insereert met spieren via een eindpees genaamd lig. patellae aan de tuberositas tibiae.
Spieren m. quadriceps femoris:
Spier Mono of biarticulair Functie
M. vastus intermedius Mono articulair Extensie knie
M. vastus lateralis Mono articulair Extensie knie
M. vastus lateralis Mono articulair Extensie knie
M. rectus femoris Bi articulair Extensie knie en anteflexie
heup
M. rectus femoris is het meest
actief bij een
extensiebeweging wanneer de
heup in een retroversiestand
staat
Krachtendiagram van de m. quadriceps femoris: is schuin naar boven en naar buiten gericht.
De patella vergroot de effectiviteit van de m. quadriceps femoris.
Het lig. patellae is opgenomen in de membrana fibrosa aan de voorzijde van de knie. De m.
quadriceps draagt bij aan de voor-achterwaartse stabiliteit van de knie.
Bij flexie vermindert de bijdrage van het ligament aan de voor-achterwaartse stabiliteit van de knie.
Sesambeen:
- Is een botje dat zich bevindt in het verloop van een pees.
- In de knie: patella.
- Verplaatst zich over een afstand die twee keer zo groot is als zijn lengte (8 cm).
,Luxatie patella:
De luxatie van de patella naar buiten wordt verhinderd doordat de buitenrand van de facies
patellaris duidelijk meer uitsteekt dan de binnenrand.
Risicofactoren patellaluxatie:
- Als de laterale zijde van de m. quadriceps femoris overheerst kan de patella naar lateraal
worden getrokken naar een abnormale stand.
- Contactsport.
- Een andere vorm van de knieschijf
- Een afwijkende stand van de knieschijf (hoogstand of tilt)
- Een ondiep gootje in het bovenbeen: laterale buitenrand van de facies patellaris is vlakker.
- Variatie van de stand van de benen (X-benen)
- Slappe banden
Patellofemoraal pijnsyndroom:
Symptomen:
- Pijn rond patella
Komt omdat de patella in een hoek staat ten opzichte van de quadriceps.
Patella heeft de neiging om lateraal tegen de groeve te staan.
- Bij lang zitten (theaterknie)
- Bij zwaar belasten (springen, traplopen, fietsen met zwaar verzet enz.).
- Vrouwen > mannen
- Met name jong volwassene
Malalignment: verkeerde bouw/vorm/houding.
Q-hoek:
De Q-hoek is de hoek tussen de lijn die verloopt van de SIAS naar het middelpunt patella en de lijn in
het verlengde van de patellapees.
Deze hoek geeft een indruk van de angulatie van het femur ten opzichte van de tibia en hiermee de
krachten die inwerken op de patella. Bijvoorbeeld in hoeverre de patella naar de laterale zijde van de
, groeve wordt getrokken. Bij sommige mensen is deze hoek duidelijk aanwezig en draagt bij aan
‘maltracking’ van de patella, oftewel het niet normaal bewegen van de patella in zijn groeve. De Q in
Q-hoek komt van quadriceps, dit is omdat de quadriceps elke keer bij een contractie aan de patella
trekt. De trekrichting waarin dit gebeurd is dus mede afhankelijk van de Q-hoek. Bij een grotere Q-
hoek neigt de patella meer naar de buitenzijde van de knie getrokken te worden.
Overig:
- De flexie en extensiebewegingen zorgen ervoor dat de gewrichtsvlakken voortdurend in
contact komen met synovia, wat bijdraagt tot een goede voeding van het kraakbeen en
vooral tot goede smering van de raakvlakken.
- Vanuit alleen een flexie en extensie gezien, kan men het kniegewricht opvatten als een
katrolvormig oppervlak, dat glijdt over 2 aan elkaar gekoppelde concaaf gekromde groeven.
Je kunt de innervatie van de bekkengordel en de onderste
extremiteiten beschrijven en op basis hiervan uitvalsverschijnselen van
de bekkengordel en de onderste extremiteiten verklaren:
Plexus lumbosacralis:
Segmenten: L1 t/m S3 (T12, S4).
Is verantwoordelijk voor de innervatie van de benen en de bekken.
De plexus lumbosacralis bestaat uit 2 delen:
- Plexus lumbalis: L1 t/m L4
Referentiepunt: m. psoas major.
Zenuwen lopen aan de voorkant van het heupgewricht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lswinkels. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.70. You're not tied to anything after your purchase.