100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting begrippenlijst_sociologie $6.95
Add to cart

Summary

Samenvatting begrippenlijst_sociologie

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Goed om te oefenen en alle leerstof.

Preview 4 out of 36  pages

  • March 3, 2024
  • 36
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
SOCIOLOGIE – SEMESTER 1 – EERSTE JAAR


Hoofdstuk 1

Sociologische verbeelding of Het vermogen om afstand te nemen van ons dagelijkse leven/ van onze
imaginatie eigen ‘kader’ en er anders naar te kijken, los van onze vetrouwde
routines/ onze eigen standaard en met een frisse blik. Kijken door wie
‘ze’ beïnvloedt worden.

Het bewustzijn dat onze individuele ervarings- of belevingswereld
verband houdt met de bredere SL.

Sociologie Combinatie van socius (Latijns: metgezel, societas) en Logos (Grieks:
(samenlevingskunde) kennis, wetenschap). De wetenschap die de maatschappelijke
patronen, stucturen bestudeerd (1) in hun ontstaan, voortbestaan en
veranderen, en tevens het sociale handelen van mensen in
wisselwerking /de interactie met deze patronen en structuren. (2)

Statussymbool Een teken dat niet functioneel wordt gebruikt, maar verwijst naar
macht, prestige, rijkdom. (Politie uniform)

Contingent Alles had anders kunnen zijn dan dat het nu is. Dat wil niet zeggen dat
de samenleving arbitrair zou zijn.
Goede redenen voor.
Er zijn bepaalde dingen gebeurd in de SL dat het nu zo is. Niet
willekeurig gekozen. Historische verloop.
 Sociologen gaan kijken naar de factoren die verklaren dat de
gewoonten, waarden, instellingen in onze SL zich zo en niet
anders ontwikkeld hebben.

Arbitrair Willekeurig/ toevallig

Conspicuous consumption Een elite die zich niet onderscheidt a.d.h.v haar inkomen, maar van
opvallende vormen van consumptie.
Om andere te tonen.

Artefacte verklaringen Verschillen in levensverwachting is gevolg van gebruikte
meetinstrumenten en onderzoeksmethoden

Sociaal economische status Waardering die iemand krijgt voor de positie op de sociaal
(SES) economische ladder.
Een indicator
Met parameters:
- Onderwijsniveau
- Beroep
- Inkomen
Met tussenliggende factoren:
- Woon/ leefomstandigheden
- Kennis
- Gedrag
- Levensstijl
- Opvattingen
- Waarden > gezondheid


Namen van personen = oranje datums = blauw moeilijke woorden = groen

, SOCIOLOGIE – SEMESTER 1 – EERSTE JAAR


Sociaal handelen Handelen dat betekenisvol betrokken is op dat van de anderen, en kan
gericht zijn op verleden, heden en toekomst. Hoeft niet perse een
samenwerking zijn, kan ook strijd zijn. Niet alle handelen in de publieke
ruimte is sociaal handelen en ook niet-handelen is handelen.

Emile durkheim Eerste socioloog, zoektocht naar de oorzaken van zelfdoding.
 Gebrek sociale integratie
 Desintegratie

Latente deprivatiemodel Model van Marie Jahoda waarin ze stelt dat betaalde arbeid, naaste d
ebekende manifeste functie (een inkomen en andere materiële
voordelen verwerven), ook een aantal latentie, verborgen functies
bezit.

Socioloog wat? ‘waarom’, ‘hoe’ vraag (niet zichtbaar)
De structuur en de betekenis geven aan wat we zien.
Kijken naar de format > niet los van het verleden.
 Kijkt naar het patroon, NIET karakter van een individu.
Hoe mensen samenleven in sociale verbanden, wat de kenmerken zijn
van die verbanden en door welke wetmatigheden ze gestuurd worden.
- Verbanden leggen
- Kritisch kijken

Je hebt hierbij drie zaken die 1. Geschiedenis
elkaar beïnvloeden, welke? 2. Sociale structuren
3. Biografie

Twee soorten patronen, 1. Positionele dimensie
welke? 2. Symbolische dimensie

Wat is de symbolische Waarden, normen, doelstellingen en verwachtingen die ons handelen
dimensie? sturen.
Voorbeeld: huwelijk, vakantie, school, godsdienst, politieke partijen,
etnische gemeenschappen,…

Sociaal structureel > 1. Werk
individuele keuzes afh. Van de 2. Hoe de SL georganiseerd is
SL 3. Voeding, hoe ermee omgaan
4. Sport (sociale status)
5. Lifestyle en lijfstijl (streefklassen)
6. Liefde

Actor Persoonlijke redenen, psychologische gevolgen

Factor Maatschappelijke oorzaken en gevolgen

Wat zijn de fenomenen van
een echtscheiding?
Survey Zelfrapportage, enquêtes




Namen van personen = oranje datums = blauw moeilijke woorden = groen

, SOCIOLOGIE – SEMESTER 1 – EERSTE JAAR

Dimensies Maatschappelijke patronen en structuren
Patronen sturen het sociaal handelen en dat is breed.

Morbiditeit Ziekelijkheid of vatbaarheid voor bepaalde ziekten.

Biografie Wie we zijn als sociaal wezen.

Sociale structuur Instituties

Locus of control
Vitaliteit Levenskracht

Liefde Sociale druk

Geschiedenis Leert ons hoe een SL tot stand kwam en hoe ze verandert.

Positionele dimensie Verwijst naar de posities in de verschillende Slverbandnen waarin we
leven. Het zijn knooppunten in netwerken van sociale relatie.
Voorbeeld: tafelmanieren


Hoofdstuk 2

Perverse effecten Effecten die tegengesteld zijn aan de oorsprongkelijke bedoeling van een
handeling en die soms zelf vernietigen .
1) Keysiaanse spaarparadox
2) Mattheüs-effect (Merton)

Mattheuseffect Mechanisme dat wijst op de middenklasse die meer vruchten plukt van
sociale voordelen en diensten, zoals gezondheidszorg en onderwijs, dan
de lagere inkomens voor wie ze van levensbelang zijn en voor wie ze
bedoeld zijn.

Sociale cohesie (centripetaal) Zoeken elkaar op en werken samen/ houden samenleving samen
Middelpuntzoekende sociale
kracht
Sociale uitsluiting Krachten rukken het sociaal weefsel stuk. Sluiten elkaar uit.
(centrifugaal)
Middelpuntvliedende sociale
kracht
Alienatie of vervreemding Onze scheppingen gaan een eigen leven gaan leiden en zich zelf tegen
ons kunnen keren. (Het vreemd zijn aan de wereld en zich zelf)

Hikikomori Jezelf opsluiten, Japan, eenzaamheidsstoornis


Actor-factor dilemma De focus op maatschappelijke structuren of op individuen.Bij actoren
gaat het niet alleen om mensen; naast individuele zijn er ook collectieve
actoren. Bij factoren gaat het om de maatschappelijke
structuren/samenleving die niet statisch en voortdurend aan
veranderingen toe is.


Namen van personen = oranje datums = blauw moeilijke woorden = groen

, SOCIOLOGIE – SEMESTER 1 – EERSTE JAAR

Nature Genetische aanleg van een persoon, genetische materiaal dat wordt
doorgegeven van ouders op kind. Erfelijke eigenschappen hebben zowel
met lichaamlijke kenmerken, Intillegentie en karakter te maken.
- Wilskracht
- Zelfcontrole
- Doorzettingsvermogen
- Sociale flexibiliteit

Nurture Maatschappelijke omgeving waarin een een persoon opgroeit en de
invloed die de omgeving heeft op de ontwikkeling van zijn
persoonlijkheid.
- Socialisatie
- Maatschappelijke omgeving waarin een persoon opgroeit
- Invloed op persoonlijkheid (ontw.)

Solidariteit Wat een samenlevingsverband (groep, organisatie, samenleving)
samehoudt, bindmiddel. Er wordt onderscheid gemaakt tussen
organische en mechanische variant.
Structurele solidariteit Solidariteit die duurzaam en ingrijpend impact heeft op onze
samenleving (sociale zekerheid)
Mechanische solidariteit sprake van gelijkheid in een maatschappij met weinig sociale
differentiatie waar dezelfde normen en waarden gevolgd worden en
vanuit een collectief bewustzijn sprake is van een sterke sociale pressie
tot conformisme.
Organische solidariteit De mensen zijn afhankelijk van elkaar door complexe arbeidsindeling

Collectief bewust zijn het geheel van opvattingen en sentimenten die gemeenschappelijk zijn
voor een gemiddelde burger van dezelfde samenleving. Het was voor
hem een belangrijke voorwaarde voor onderlinge solidariteit waarmee
sociale cohesie bereikt kon worden

Conservatieven Vinden de toestand goed zoals hij is

Progressieven Vinden dat het nog altijd beter kan

Reactionairen Verlangen terug naar premoderne tijd

Revolutionairen Vinden het huidige maatschappelijke maar niets en willen iets niets

Conflictsociologie Conflicten zijn inherent aan de samenleving (klassenconflict Marx)

Belangenconflict Wanneer in een situatie van relatieve schaarste twee actoren dezelfde
sociale goederen opeisen

Waardenconflict De ene actor wil aan de andere actor zijn eigen opvattingen, waarden en
normen opleggen

Manifest conflict Open conflict zichtbaar voor actoren en toeschouwers.

Latent conflict Feitelijk wel aanwezig, maar wordt niet waargenomen door de
betrokkenen en zeker niet door buitenstaanders


Namen van personen = oranje datums = blauw moeilijke woorden = groen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller OrthopedagogiekHoGent. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

55628 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.95
  • (0)
Add to cart
Added