100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Leerdoelen OWG intensieve zorg Viaa $5.50   Add to cart

Exam (elaborations)

Leerdoelen OWG intensieve zorg Viaa

 7 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Alle leerdoelen van de OWG uitgebreid uitgewerkt van het vak intensieve zorg.

Preview 4 out of 75  pages

  • March 5, 2024
  • 75
  • 2022/2023
  • Exam (elaborations)
  • Questions & answers
avatar-seller
OWG leerdoelen
Week 1
Leerdoelen zelfstudieopdracht
1. kan beschrijven wat het ziektebeeld epilepsie inhoudt en wat de gevolgen zijn voor de
zorgvrager in het algemeen (denk aan de variabelen);

Om welke ziekte gaat het:
Epilepsie is een verzamelnaam voor een grote groep syndromen die epileptische aanvallen
als een gemeenschappelijk verschijnsel hebben. Om van epilepsie te mogen spreken moet
iemand tenminste twee aanvallen hebben gehad.

Symptomen:
Korte afwezigheid: Absence
Bij een absence ben je kort afwezig. Je staart 3 tot 30 seconden voor je uit. Daarna ga je vaak
weer door met wat je aan het doen was. Veel mensen denken bij een absence niet direct
aan een epileptische aanval.

Aanval met verstijving, schokken en bewusteloosheid: Tonisch-clonische of grote aanval
Bij een tonisch-clonische aanval raak je buiten bewustzijn. De symptomen (kenmerken) van
deze epileptische aanval zijn: je valt op de grond, verkrampt en gaat schokken met je
lichaam. Meestal duurt deze aanval een paar minuten.

Aanval met normaal bewustzijn: Focale aanval met intacte gewaarwording
Bij deze epileptische aanval heb je een kleine verstoring in een deel van je hersenen. Je blijft
bij bewustzijn, maar hebt bijvoorbeeld schokjes in je arm of je voelt, ziet of ervaart iets.

Aanval met verward, vreemd gedrag zonder reactie: Focale aanval met verminderde
gewaarwording
Ook bij deze epileptische aanval heb je een kleine verstoring in een deel van je hersenen.
Maar bij deze aanval is je bewustzijn verlaagd. Je weet niet meer wat je doet en vertoont
vaak vreemd, verward gedrag. De kenmerken (symptomen) zijn heel verschillend. Je kunt
bijvoorbeeld smakken, dingen verplaatsen of gaan rondlopen.

Aanval met korte schokken: Myoclonische aanval
Een myoclonie is een epileptische aanval waarbij de spieren in je armen en/of benen
plotseling samentrekken. Hierdoor treden er schokjes op. Meestal blijf je bij bewustzijn.
Soms is dit kort verstoord, maar dat valt bijna nooit op.

Aanval met verstijving en bewusteloosheid: Tonische aanval
Bij deze epileptische aanval raak je buiten bewustzijn en verstijft je lichaam. Alle spieren
spannen tegelijk aan, vaak in een verwrongen beweging.

Aanval met schokken en bewusteloosheid: Clonische aanval

,Bij deze epileptische aanval raak je buiten bewustzijn en ontstaan er schokken. Dit zijn
ritmische schokken, aan één kant of beide kanten van je lichaam.

Aanval met plotselinge verslapping: Atone aanval
Bij een atone of atonische aanval verlies je plotseling je bewustzijn en verslappen je spieren.
Vaak maar een paar seconden.

Niet-epileptische aanvallen
Soms lijkt iets op epilepsie, maar is het iets anders.

Tonisch-clonisch insult:
 Plotseling bewusteloos
 Gil ontstaat doordat de ademhalingsspieren plotseling samentrekken en lucht door
de vernauwde stemspleet naar buiten wordt geblazen
 Ademhaling stokt  blauwe kleur  tonische fase
 Clonische trekkingen  afwisselend samentrekken en verslappen spieren 
schudden
 Tongbeet
 Speekselafscheiding
 Incontinentie
 Herinnerd aanval niet

Absences:
 Plotseling bewustzijnsverlies
 Blik wordt starend
 Ogen draaien omhoog
 Aanvallen duren enkele seconden tot dertig seconden en eindigen abrupt
 Geen incontinentie en geen moeheid
 Geen hersenbeschadiging, omdat er geen ademstilstand is
 Soms weet patiënt dat aanval is geweest, soms niet

Eenvoudige partiële epileptische aanvallen:
 Geen bewustzijnsverlies
 Plaatselijke stoornis

Complexe partiële epileptische aanvallen:
 Afwijking, ontstaan bij geboorte, temporale gebied
 Aura
 Gedaald bewustzijn
 Handelingen zonder enige bedoeling
 Doelloos rondlopen
 Tastende of krabbende bewegingen
 Slikt, kauwt of smakt zonder reden
 Enkele minuten, soms veel langer
 Herinnert aanval niet of zeer vaag

Etiologie:

,Bij meer dan de helft van de mensen met epilepsie is geen oorzaak te vinden. Soms laat een
EEG wel verstoring in de hersenenactiviteit zien, maar kan de MRI-scan verder niets
bijzonders vinden.

Hersenbeschadiging
Hersenbeschadigingen kunnen een oorzaak zijn van epilepsie. Ze maken de hersenen
gevoeliger voor een aanval. Maar niet iedereen krijgt na een ziekte of hersenbeschadiging
epilepsie.
Welke hersenbeschadigingen kunnen bijvoorbeeld aanvallen veroorzaken?
 Een hersenbeschadiging na een ongeluk of lange tijd overmatig alcoholgebruik.
 Een hersenaandoening, zoals een hersentumor of hersenbloeding.
 Littekenweefsel na een infectie, zuurstoftekort of een hersenoperatie.

Stoornis in de hersenen
Soms zit de oorzaak van epilepsie niet op één plek in de hersenen, maar in het
hersennetwerk, zoals bij:
 een afwijking in de structuur (de bouw) van het hersenweefsel;
 een afwijking in het weefsel dat de hersencellen steunt (steunweefsel) of voedt
(bloedvaten);
 een stofwisselingsstoornis, stofwisselingsziekte of ontsteking.

Erfelijke aanleg
Erfelijkheid kan ook een rol spelen bij het ontstaan van epilepsie. Hoewel er nog veel
onduidelijk is, zijn sommige vormen van epilepsie sterker erfelijk bepaald dan andere. Als er
dan één of meer andere oorzaken bijkomen, is de kans op epilepsie groter dan bij iemand
zonder erfelijke aanleg.

Uitlokkers van aanvallen
Het is meestal niet duidelijk waarom je ineens een epileptische aanval krijgt. Maar soms is er
een duidelijke uitlokker, zoals spanning, slaaptekort, koorts of lichtflitsen. Een uitlokker
wordt ook wel trigger genoemd. Deze uitlokkers zijn niet de oorzaak van de epilepsie, maar
kunnen er wel voor zorgen dat je eerder een aanval krijgt: ze verlagen de drempel voor een
aanval.

Pathologie en pathofysiologie:
Een epileptische aanval is een uiting van een te sterke activiteit van (groepen) zenuwcellen.
Daarbij speelt de balans tussen stimulerende (veelal door GABA) en remmende (veelal
glutamaat) neurotransmitters een rol.

Diagnostiek:
 EEG: hersenactiviteit meten
 MRI- of CT-scan: oorzaak epileptische aanvallen vinden
 Bloedonderzoek
 Cardiologisch onderzoek
 Neuropsychologisch onderzoek

Therapie:

, Anti-epileptica:
Het doel van de anti-epileptica is het voorkomen van aanvallen. De medicijnen
onderdrukken het overmatig ontladen van de hersencellen. Zo voorkomen ze de aanvallen.
Ze genezen de epilepsie niet.

Als medicijnen niet werken:
Epilepsiechirurgie
Is je epilepsie moeilijk te behandelen met medicijnen? Met een hersenoperatie kan de
neurochirurg soms de oorzaak van de aanvallen wegnemen.

Nervus Vagus Stimulatie (NVS)
Houd je epileptische aanvallen? Dan kan soms Nervus Vagus Stimulatie je aanvallen
verminderen. Bij NVS krijgt een hersenzenuw in je hals kleine stroomstootjes.

Deep Brain Stimulation (DBS)
Blijft je epilepsie moeilijk te behandelen? Deep Brain Stimulation (DBS) of diepe
hersenstimulatie, is een relatief nieuwe, aanvullende behandeling.

Ketogeen dieet
Is je epilepsie moeilijk te behandelen met medicijnen? Dan kan het ketogeen dieet soms de
aanvallen verminderen. De voedingsmiddelen in het dieet zijn vetrijk en koolhydraatarm.

Prognose:
Ongeveer 60-70% is binnen 10 jaar na het stellen van de diagnose 5 of meer jaren
aanvalsvrij. De helft hiervan is blijvend aanvalsvrij. De prognose is meestal beter indien de
aanvallen met één medicijn onder controle zijn te houden, bij een normaal EEG en
neurologisch onderzoek.

Verpleegkundige relevantie:




Preventie:
Uitlokkers:
 niet innemen van de medicijnen tegen epilepsie (anti-epileptica);
 lichtflitsen;
 slaaptekort;

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller latishamigchelsen2000. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.50. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

59325 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$5.50
  • (0)
  Add to cart