Samenvatting maatschappijleer, hoofdstuk: Pluriforme samenleving. Dit hoofdstuk vat de volgende paragraven samen: Verschil en verdraagzaamheid, cultuur en identiteit, immigratielanden vergeleken, motieven om te migreren, migratie als verrijking en als verlies, patronen van integratie, bronnen van b...
Maatschappijleer Pluriforme samenleving
1. Verschil en verdraagzaamheid
Pluriforme samenleving = het feit dat in een land mensen met verschillende sociale klassen,
godsdiensten, en levensstijlen samenleven
Zelfstandigheid van steden en gewesten in NL was sterk = Republiek der Verenigde Provincieen
Verschillen tussen:
- Protestant – katholiek
- Noord – zuid
- Stad – platteland
- Hogere – lagere klasse
1. Kunnen uitlegggen op welke manier tolerantie in nederland zowel een pragmatische als
principiele kant heeft
Morele geografie = dicht op elkaar levende mensen op klein gebied heeft invloed op hoe mensen
met elkaar omgaan ( + pluriforme samenleving = tolerantie noodzakelijk )
Pragmatische tolerantie = bestuurders realiseerden hoe kwetsbaar maatschappelijke vrede in land
met religieuze minderheden, dingen tolereren om onrust en problemen te voorkomen
Principiele tolerantie = tolerantie uit overtuiging, bvb mensen waren ervan overtuigd dat ze hun
mening mochten uiten
Wanneer mensen dicht op elkaar wonen in een pluriforme samenleving
2. Begrijpen op welke manier communicatiemiddelen een belangrijke rol spelen in eenwording
van naties
Bij de eenwording van Nederland hebben communicatiemiddelen een grote rol gespeeld,
bijvoorbeeld telegrafie of spoorwegen (afstanden werden kleiner inwoners begonnen te verbinden),
na totstandkoming treinverbindingen werd overal dezelfde tijdsrekening ingevoerd.
3. Begrijpen dat conformisme en polarisatie in zekere zin tegengesteld zijn aan elkaar en
kunnen uitleggen welk effect beide hebben op de sociale cohesie
Polarisatie = tegenstellingen tussen groepen worden sterker, groepen staan steeds meer tegenover
elkaar
Conformisme = het verlangen om zich aan te passen aan de opvattingen en gedragingen van de
meerderheid in de samenleving, als doel om geaccepteerd te worden
Sociale cohesie = de samenhang in een maatschappij
Bij polarisatie willen mensen hun eigen mening hoe dan ook hebben, als de ander een andere
mening hierover hebt krijgt je een discussie. Bij conformisme willen mensen hoe dan ook
geaccepteerd worden in een samenleving, ook als dit betekent dat ze zich moeten aanpassen naar
iemand anders mening.
, Tolerantie = verdraagzaamheden tegenover andersdenkenden, met name tegenover mensen met
ander geloof
Vrijheid van geweten = de vrijheid om bepaalde denkbeelden te hebben
Poldermodel = Nederlandse overlegcultuur, met name tussen werkgevers en werknemers, men
streeft naar overeenkomst
2. Cultuur en identiteit
Cultuur = alle waarden, normen en aangeleerde kenmerken die leden van een groep of samenleving
delen (gemeenschappelijk referentiekader)
è Mensen begrijpen elkaar en kunnen makkelijk gedachtes en gevoelens uitwisselen, het werkt
ook gedragregulerend (het doet gedrag van mensen geordend en voorspelbaar lopen)
- Verschillen tussen dominante cultuur, subcultuur en tegencultuur kunnen uitleggen
Dominante cultuur = geheel van waarden, normen en kenmerken dat meeste mensen in een
samenleving accepteren (nederlands)
Subcultuur = een groep die afwijkende waarden, normen en kenmerken heeft van de dominante
cultuur (gereformeerd en feyenoordsupporter)
Tegencultuur = groepen die zich verzetten tegen een dominante cultuur of zelfs een bedreiging
vormt voor deze cultuur (feministen(tegen de achtergestelde positie van de vrouw), of
dierenactivisten (tegen de slechte zorg van een dier))
- Kunnen uitleggen op welke manier socialisatie ervoor zorgt dat cultuur wordt aangeleerd
Socialisatie = proces waarbij iemand bewust en onbewust de waarden, normen en kenmerken van
zijn cultuurgroep krijgt aangeleerd
Dit gebeurt via imitatie, wat kinderen hun ouders zien doen gaan ze nadoen
Socialiserende instituties helpen hierbij, plekken waar socialisatie plaats vind (school, media, werk,
geloof)
Het socialisatieproces vind plaats door sociale controle, manier waarop mensen anderen stimuleren
of dwingen zich aan de geldende normen te houden (bvb je ouders zeggen er wat van als je je
asociaal gedraagt)
Deze sociale controle resulteert in positieve en negatieve sancties, bvb een diploma is een positieve
formele sanctie en het krijgen van een rode kaart tijdens voetbal is een informele negatieve sanctie
- Kunnen toelichten op welke manieren Hofstede onderscheid maakt tussen verschillende
culturen met behulp van zijn 5 dimensies
• Machtsafstand
Beschrijft de omgang met gezag in cultuur, hoe gelijk/ongelijk relaties tussen mensen zijn, kleine
machtsafstand in Nederland, grote machtsafstand in Arabische landen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isabelvanzalk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.