100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Feniks VWO tijdvak 1-4 $6.17
Add to cart

Summary

Samenvatting Feniks VWO tijdvak 1-4

 10 views  2 purchases
  • Course
  • Level
  • Book

Samenvatting van tijdvak 1-4 per paragraaf. Per paragraaf ook de kenmerkende aspecten vermeld. Zelf een hoge voldoende mee gehaald in vwo6 :))

Preview 2 out of 15  pages

  • No
  • Tijdvak 1-4
  • March 8, 2024
  • 15
  • 2023/2024
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Geschiedenis tijdvak 1-4
Tijdvak 1
1.1: Van jagers-verzamelaars naar boeren

Ka: 1. De levenswijze van jagers en verzamelaars
2. Het ontstaan van de landbouw en landbouwsamenlevingen

Mensapen gingen op open vlaktes leven waar ze rechtop gingen lopen om beter te kunnen jagen. Ze
maakten werktuigen van steen  homo habilis en homo erectus.
Eerste moderne mens  homo sapiens.
Iets kleiner en zwaarder  Neanderthaler, stierf 33000 jaar geleden uit.

Steentijd: Paleo- en Neolithicum. De uitvinding van het schift brengt een einde aan de steentijd.

Homo sapiens ontwikkelde een eigen taal, zo kon kennis worden gedeeld  collectief leren. Ook
konden ze op symbolische manier denken, ze schreven op doodskisten en maakten sieraden.

Jagers-verzamelaars: Neanderthalers en eerste moderne mensen. Leefden als nomaden in groepen,
ze waren voortdurend opzoek naar voedsel. Hoe meer voedselbronnen er beschikbaar waren, hoe
groter de groep kon worden. Als er te weinig voedsel was trokken ze verder op splitste ze op. Toen ze
voor het eerst Europa binnentrokken leefde ze in Centraal- en Zuid-Europa, daar was geen ijstijd.
Werktuigen en gereedschap werd gemaakt van dierenbotten en vuursteen  Paleolithicum.

Landbouw werd steeds belangrijker voor het bestaan. Ze verzamelde steeds meer kennis over wilde
granen.

Landbouw revolutie:  Neolithisch
20 000 v. Chr: nat en warm klimaat in het midden oosten  meer voedsel  rondtrekken
was niet meer nodig. Waar het klimaat minder gunstig was bleven nomaden.
12 000 v. Chr: klimaat word weer droger en kouder  in de vruchtbare halve maan werd
ontdekt hoe je zelf graan verbouwd. Door de sterke bevolkingsgroei en klimaatverandering
kwam er voedseltekort  men gaat experimenteren met akkerbouw en veeteelt.

Gevolgen landbouw revolutie: bevolkingsdruk, dus verspreiding naar o.a. Europa. Boeren namen hun
kennis mee waardoor ook daar landbouw ontstond. Ook gaan mensen zich vestigen in een vaste plek,
ze worden sedentair ipv nomadisch en er ontstaan dorpen. Er werden nieuwe werktuigen gemaakt
voor de landbouw. Ook begonnen ze met aardewerk om oogst te bewaren. Mensen die sedentair
leven kunnen meer bezitten en kregen hierdoor meer aanzien.




1.2: Dorpen en stadsstaten

, Ka: Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.
Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.

Het spijkerschrift werd rond 3100 v.Chr. uitgevonden het gebruikt voor verschillende doeleinde. Er
zijn dingen gevonden over de economie, religie, de normen en waarden en het bestuur is Ur. Rond
3000 v.Chr. leefden mensen in Noord-Europa in kleine boerengemeenschappen. In het Midden-
Oosten ontstonden rond deze tijd grote steden.

Rond 5300 v.Chr. kwamen in het zuiden van Limburg de eerste boeren. Ze worden de
Bandkeramiekcultuur genoemd, vernoemd naar de versieringen op hun aardewerk. Rond 4900 v.Chr.
verlieten deze boeren hun plek. Pas rond 3000 v.Chr. waren er in Noord-Europa weer nieuwe
landbouwnederzettingen, bewoond door de Trechterbekercultuur die in hunebedden woonden.

Rond 7000 v.Chr. waren er in het westen van de halve maan overal dorpen. Tussen 6000 en 5000
v.Chr. trok een deel van de boeren weg naar andere streken rondom de rivieren. Hier waren de
boeren aangewezen op rivierwater omdat er minder regen viel. Ze groeven kanalen om water van en
naar hun akkers te vervoeren  irrigatielandbouw. Zo kregen ze grotere oogsten.
De Nijl trad elke zomer buiten haar oevers, hier werd dus in het voorjaar geoogst. De overstroming
zorgde voor vruchtbare grond waar dus weer opnieuw kon worden gezaaid. De Eufraat en Tigris
overstroomde in het voorjaar, terwijl er nog gewas stond. Hier moest het water worden
tegengehouden. Voor het irrigatiesysteem moesten de boeren goed samenwerken. Boeren die meer
oogst hadden kregen aanzien en hiermee de leiding, zo is het koningschap ontstaan.

Door de irrigatielandbouw groeide de bevolking. In 3500 v.Chr. waren er bij Mesopotamië en Egypte
tientallen steden. Sommige hiervan gingen over het omliggende platteland heersen  stadstaten.
Stedelijke gemeenschappen: meerderheid van boer, maar met specialisaties. Er was zoveel oogst dat
een deel gebruikt werd om de niet-boeren te voeden. Deze mensen konden bezig met produceren
van gereedschappen of het bouwen van huizen  ontstaan beroepen.

Kenmerkend steden: hoogwaardige kunstvoorwerpen maar ook massaproductie. Stad kende veel
monumentale bouwwerken. De samenleving was hiërarchisch opgebouwd: slaven/krijgsgevangenen
> boeren > ambachtslieden/soldaten > priesters > koninklijke familie. In de meeste steden werd in
meerderen goden geloofd  polytheïsme. De koning was opperbevelhebber van het leger,
opperrechter, bestuurder en een belangrijke priester. Veel geloofden dat de koning met goden kon
communiceren of er zelf een was.

De eerste schriften waren karakterschriften, daarna kwamen syllabische schriften  teken staat voor
bepaalde klank. Zo konden afspraken tussen de steden worden gemaakt. Schrift wat in Mesopotamië
ontstond is spijkerschrift  hier leken de vormen op. Eerst gebruikte ze een stukje riet, later een
scherp pennetje. Schrijvers hadden veel aanzien. Gelijktijdig ontstond het hiërogliefenschrift in
Egypte. Dit was ook eerst karakterschrift, daarna symbolen die met pen en inkt werden
opgeschreven. De kennis van deze talen verdween, in de negentiende eeuw lukte het om bepaalde
tekens te achterhalen.




1.3: De eerste staten

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annewolf1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.17. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.17  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added