samenvatting van hc 2: de verlichting. Gemaakt volgens het Feniks boek, maar kan met elke methode gebruikt worden. Per paragraaf samengevat, incl. alle kenmerkende aspecten. Zelf een 8 mee gehaald in 6vwo :))
2 Historische context: Verlichting
2.1: Verlichte ideeën over een betere samenleving
Ka’s: 23 Het streven van vorsten naar absolute macht
26 De wetenschappelijke revolutie
27 Rationeel optimisme en een ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de
samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
28 Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur een
eigentijdse verlichte vorm te geven (verlicht absolutisme)
Welke ideeën ontstonden tijden de Verlichting over een meer rechtvaardige samenleving? (1650-
1789)?
In de 17e eeuw ging de wetenschap met grote sprongen vooruit
Humanisten spoorde Grieks en Romeins werk op, individu centraal
Ontstaan van nieuw mens- en wereldbeeld
Overzeese expansie stimuleerde techniek en aanraking met andere volken en culturen
Voortgang van ambachtelijke techniek stimuleerde de wetenschap
Wetenschappelijke revolutie: geleerden deden niet alleen onderzoek maar dachten ook na over hoe
men dat moest doen.
Rationalisme: René Descartes bepleitte een methode waarbij men vanuit zekere ideeën via logisch
rederneren tot kennis komt, ratio voorop.
Empirisme: John Locke vond zintuigelijke waarneming juist wel nuttig. Door deze te vergelijken
ontstaan betrouwbare kennis en inzichten.
Isaac Newton wilde een methode die experimenten met logica combineerde, waarnemingen worden
in wiskundige termen beschreven. Hierna wordt de oorzaak bedacht en gecontroleerd. Natuurwetten
wekte de argwaan van kerkelijke gezaghebbers, er was weinig ruimte voor een almachtige God. Veel
gegevens in de Bijbel werden overbodig en onjuist. Veel wetenschappers en filosofen wilden God
niet in diskrediet brengen, maar juist zijn grootsheid benadrukken. God had de natuurwetten bij de
schepping ingesteld, mar daarna functioneerde het heelal zelfstandig. Als God alleen op de
achtergrond aanwezig was hoefde vorsten niet meer te waken over het geweten van hun
onderdanen.
Door wetenschap en techniek groeide het vertrouwen in het menselijke verstand. De geschiedenis
van de mensheid was vooruitgang die slechts werd onderbroken door periodes van terugval door
oorlogen etc. De mens leerde de natuur steeds meer beheersen. Men hoopte patronen te ontdekken
in de besturing van de samenleving om te bepalen wat de beste inrichting was.
Rationeel optimisme: met verstand kon de mens alle maatschappelijke, economische en politieke
problemen oplossen. Hierbij hoorde een kritische houding tegenover religie. Op traditie en geloof
gebaseerde machtsaanspraken werden in twijfel getrokken.
Volgens verlichte denkers was opvoeding en onderwijs van groot belang. Voor een goede
samenleving moesten kinderen goed werden opgevoed. Bevrijd van religieuze vooroordelen,
onwetendheid, ongecontroleerde emoties en ‘duistere krachten’ kon je rationeel denken. Verlichte
denkers hechtten veel waarde aan verspreiding van wetenschappelijke kennis en verlichte ideeën.
, Sommige zette vraagteken bij de reikwijdte van het menselijk verstand. Kant: de mens heeft geen
objectieve kennis. Door sterk op het ratio te leunen kon de moraal fout gaan.
Natuurlijke rechten (Locke): rechten die elk mens vanaf zijn geboorte bezat en losstonden van de
overheid recht op leven, vrijheid en eigendom. Om deze rechten te beschermen kunnen mensen
een staat vormen waar de meerderheid beslissingen neemt. Wanneer bestuurders zich boven het
volk zetten of macht misbruiken mag het volk hen afzetten. Samen een politieke gemeenschap
vormen sociaal contract.
Montesquieu monarchie moest in balans worden gehouden door andere instanties. De
uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht moesten worden uitgevoerd door verschillende
instanties: koning, vertegenwoordigers en rechters trias politica.
Rosseau het gewone volk was onbedorven en geneigd tot het goede, het volk verwoord de
algemene wil. Dit was niet altijd de wil van de meerderheid. Niemand mocht een ander met geweld
tot gehoorzaamheid dwingen, legitiem gezag was een overeenkomst. Hij verwierp slavernij en
absoluut koningschap meester met slaven. Een staat kon alleen worden gesticht wanneer mensen
zich vrijwillig aansloten: een sociaal contract.
Het volk bezat de soevereiniteit, ze moesten dit ook zelf uitoefenen. As ze de macht overdroegen
werden ze zich slaaf van de heerser, geen echte staat meer. Rosseau was voorstander van directe
democratie.
In de 17e eeuw was het mercantilisme ontstaan de hoeveelheid goederen ligt vast en ieder volk
probeert een zo groot mogelijk deel te bemachtigen. Hierdoor namen overheden maatregelen om
eigen productie en handel te beschermen door invoerrechten en staatsmonopolies.
Adam Smith de overheid moet zich juist zo min mogelijk bemoeien met de economie. Hij wilde
vrijhandel en marktwerking: vraag en aanbod bepalen lonen en prijzen. Mensen hebben aangeboren
neiging om op eigen belangen te letten. Ondernemers produceren naar de vraag en prijzen voor
genoeg winst. Door eigen belang na te jagen, dient men het algemeen belang.
Tot de 18e eeuw speelde publieke opinie geen rol in de politiek. In de 18 e eeuw werden verlichte
ideeën verspreid en steeds meer mensen konden lezen en schrijven. Centralisatie was doorgezet en
vorsten in Europa hadden veel macht gekregen. Ze streven vaak naar absolute macht door het droit
divin. Om verspreiding van ‘gevaarlijke’ publicaties tegen te gaan lieten koningen boeken op inhoud
controleren. Ambtenaren pasten dit niet streng toe. In de Republiek was de vrijheid relatief groot.
Sommige koningen waren wel blij met verlicht denken en legde de nadruk op algemeen belang, de
verplichtingen tegenover de staat en volk werden benadrukt. Het absolutisme stond niet ter
discussie, zij bepaalde wat goed was voor het volk verlicht absolutisme. Door verzet van adel en
de kerk kwam hier in de praktijk soms weinig van terecht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annewolf1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.06. You're not tied to anything after your purchase.