Businessmarkten
= Alle organisaties die goederen en diensten kopen om deze te gebruiken in de
productie van andere producten en diensten of om deze aan anderen tegen winst
weder te verkopen of te verhuren.
Situeer Blue banana (= examenvraag)
= Aantal regio’s in elkaars verlengde (Zwitserland, Italië,
Luxemburg, België Rotterdam, Londen)
- Concentratie van de Grootste internationale B2B
bedrijven.
o Waar de meeste grote B2B-bedrijven
gevestigd zijn.
Afgeleide vraag
De vraag naar consumentenproducten.
De vraag van bedrijven naar leer, hangt af van de vraag van consumenten naar
schoenen.
Soms voeren marketeers promoties door,
om zo de bedrijfsmatige vraag te vergroten.
Bullwhip effect
Probleem dat kan ontstaan door een fluctuerende vraag van orders
binnen bevoorradingsketen. Door de fluctuerende vraag naar
producten wordt het voorspellen van het aantal TE PRODUCEREN
producten moeilijk.
End-use-marketing
= Marketingactiviteiten door de producten van grondstoffen of halffabricaten over de
hoofden van directe afnemers heen, dan zal in samenwerking met directe afnemers
- Doel: Meer winst maken (onterecht)
Bv. Kopen van vis in visserijen en die doorverkopen aan andere visbedrijven. Hij maakte
video’s en zei daarin wat je met dit soort vis allemaal kon doen. Dus mensen willen
massaal de vis bij hem kopen. Hij verkocht de vis duurder uiteraard.
, Fluctuerende vraag
- Acceleratie-effect
o Stijgende vraag Consumptiegoederen Stijgende vraag kapitaalgoederen
o Dalende vraag Consumptiegoederen Dalende vraag kapitaalgoederen
- Naijl-effect
o Verandering van vraag consumptiegoederen, later merkbaar in vraag
kapitaalgoederen
Bv.
- 1 000 vliegtuigen gaan 10 jaar mee, jaarlijkse vervanging van 100 vliegtuigen. Vraag
naar vluchten is jaar-na-jaar stabiel.
De vraag naar vluchten (B2C) stijgt met 5%, wat is effect op vraag nieuwe vliegtuigen?
Er zal een stijgende vraag zijn naar nieuwe vliegtuigen. Aangezien er meer vliegtuigen
gaan worden ingezet.
Een verandering in de consumptiegoederen is na een tijdje dus zichtbaar in de
kapitaalgoederen.
Service level agreement = SLA
= Overeenkomst, waarin afspraken vermeld worden tussen leverancier en klant i.v.m.
product.
Wat is de kwaliteit, rechten en plichten.
Stel kapot product, binnen hoeveel tijd moet dit gemaakt worden, …
Supplier Development = SD
Het systematisch ontwikkelen van netwerken met leveranciers van betrouwbare toevoer van
producten en materialen die worden gebruikt bij de productie van de eigen producten of
doorverkoop aan anderen.
Electronic data interchange = EDI
= Elektronisch uitwisselen van bepaalde bedrijfsdocumenten.
Nadeel: Je weet wat jij invult, maar je verliest overzicht.
Bv. Overschrijving met banken. Vroeger wist je exact hoeveel je uitgaf, maar nu je betaalt
en betaalt. Dus je verliest het overzicht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 100jade. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.48. You're not tied to anything after your purchase.