Hoorcolleges Theorie en Methoden 1 / Dubbele Diagnose
62 views 2 purchases
Course
Theorie en Methoden 1
Institution
Hogeschool Windesheim (HW)
Book
Handboek dubbele diagnose
Hierbij een samenvatting van de hoorcolleges van het vak Theorie en Methoden 1. In de hoorcolleges worden de hoofdstukken: 1, 2, 5, 6, 8, 11 en 12 behandeld van het boek Dubbele Diagnose. De hoorcolleges behandelen de hoofdstukken voor het tentamen van Theorie en Methoden deel 1. Minor: verslavings...
Inhoud deze les
o Opzet en inhoud module ‘Theorie en methoden 1’
o Inleiding: perspecteven rond DD
o Verslaving: van licht tot ernstg
o Verklaringsmodellen
o Sequenteell parallel of geïntegreerd $ehandelen.
Opzet en inhoud module theorie en methoden 1
- Zes hoorcolleges van ieder 2 uur
- Tentamen: 40 x 4-meerkeuzevragen
- Leerstof:
Dom e.a. (2013) Hand$oek Du$$ele Diagnose. Utrecht: De Tijdstroom
Diverse artkelen te vinden op ELO
PowerPoint hoorcollege (let op; $evat soms unieke tentamenstof niet in $oek of artkel
opgenomen)
Dubbele diagnose: verschillende visies, verschillende opvatngen
Er zijn verschillende meningen/opinies over wat du$$eldiagnose is.
1. Zolang jan door $lijf gaan met drinkenl zal hij som$er $lijven door de negateve efecten van alcohol ->
deze opvatng is deels waarl dit komt $ij veel mensen voor. Deze persoon heef dus niet helemaal
ongelijk. Wanneer je langere tjd stopt met drinken zullen de som$ere gedachten ook eerder verdwijnen.
2. Jan drinkt zoveel om zijn negateve gedachten de $aas te $lijvenl als we deze gedachten aanpakken stopt
hij vanzelf met drinken -> Dit is erg onwaarschijnlijk. Drinken $egint hier vaak mee. Maar uiteindelijk
$egint het zijn eigen leven te lijden. Kans is groot dat hij toch weer aan de alcohol gaat.
3. Wij he$$en de expertse niet in huisl Jan kan $eter naar de andere instelling gaan. Daar weten ze hoe het
moet -> Jan $eland uiteindelijk tussen wal en schip en gaat hier$ij van de ene naar de andere instelling.
Dit hoef dus niet altjd goed te zijn. Ligt eraan hoe het verder is gesteld met Jan en welke $eschermende
factoren er zijn.
4. Jan valt steeds terug in alcoholge$ruikl en we kunnen hem $eter doorverwijzen naar een psychiatrische
instelling -> Deze persoon geef het al op.
Wat is een dubbele diagnose?
‘Het samen voorkomen van verslaving en één of meerdere andere psychiatrische aandoeningen’.
Hoewel een gang$are defnitel is het $eter te spreken van comorbiditeitl want het gaat niet om afzonderlijke
diagnoses maar om overlappende symptomen.
Het kan ook zo zijn dat het gaat over twee psychiatrische aandoeningen (dus niet persé een verslaving). Maar
in het $oek en in de toets stof gaat het om een verslaving gecom$ineerd met een psychiatrische aandoening.
In het tentamen wordt niet gedetailleerd naar cijfers gevraagd.
Comorbiditeit komt meer voor dan op basis van toeval
In de verslavingszorg: 60-80% heef ook een andere psychiatrische aandoening.
In de GGZ: 20-60% heef een verslavingspro$leem (zo komt het $ijvoor$eeld heel vaak voor dat cliënten in de
GGZ roken).
,Dit percentage is niet concreet en is dit niet goed te meten. Wanneer ga je dit vaststellen en wanneer ga je dit
meten. Er wordt daarom dus een schatng gemaakt.
Middelen gebonden stoornis en verslaving
Dit is $elangrijk want staat niet in het $oek!! Dit is zeker tentamenstof!
DSM-V versus DSM-IV:
o We spreken niet meer echt van een verslaving maar van een middelenge$onden stoornis.
o Nu gezamenlijke criteria voor mis$ruik en afankelijkheidl waar$ij aanwezigheid van 4 wijst op mis$ruik
en aanwezigheid van 7 wijst o op afankelijkheid.
o In de oude DSM had je aparte criteria voor mis$ruik en afankelijkheid. Deze zijn nu gezamenlijk gemaakt.
o DSM-V legt een koppeling met een ernstscore (2-11)
2-3: lichte vorm van verslaving
4-5: matg
6 of >: ernstg
o Indeling criteria: controleverliesl sociale $eperkingen ($ijv.: $elangrijke dingen opgeven als werk en
school)l risicovol gedrag ($ijv. van de fets af vallen) en farmacologische criteria (vergeetachtgheidl
cogniteve $eperkingen).
o Het zijn in totaal elf criteria en die zijn in $ovenstaande verschillende groepen ingedeeld.
Kenmerken van een stoornis in middelengebruik volgens DSM-V
1. Meer of langduriger ge$ruik den men wilde
2. Aanhoudende wens te minderenl of eerdere pogingen om het te minderen
3. Veel tjd $esteden aan het verkrijgenl het ge$ruik of het herstel
4. Sterke drang (zuchtl verlangenl craving)
5. Verplichtngen schooll werk of thuis niet nakomen
6. Sociale en interpersoonlijke pro$lemen als gevolg
7. Actviteiten (sociaal of werk) opgeven als gevolg
8. Aanhoudend ge$ruikl ook in situates met fysiek gevaar
9. Aanhoudend ge$ruikl ondanks lichamelijke of psychische pro$lemen
10. Tolerante (grote hoeveelheden nemen om zelfde efect te $ereiken)
11. Ontrekkings- of ontwenningsverschijnselen
Casuele modellen
Dit is $elangrijk en staat deels in het $oek
1. Een psychiatrische stoornis leidt tot verslaving door zelfmedicate ($ijv. doordat je stemmen pro$eert te
dempen $ij schizofreniel positeve symptomen. Of dat je som$er $ent en dat je daardoor gaat
ge$ruiken).
2. Verslaving leidt tot een psychiatrische stoornis door chronische onthouding of intoxicate ($ijv.
intoxicate: vergifigd. Bijvoor$eeld heel erg angstg wakker worden. Een chronische onthouding is heel
lang niet ge$ruiken en daardoor klachten krijgen)
3. Een derde factor leidt zowel tot verslaving als een psychiatrische stoornis ($ijv. een zwak$egaafde
doordat hij/zij minder goed kan nadenken over gevolgen)
4. Verslaving neemt in ernst toe onder invloed van een psychiatrische stoornis (psychoplaste). Bijv. een
zwak$egaafde ziet niet goed de gevolgen in van een drug en zou daarom eerder ge$ruiken.
5. Er is een wederzijdse $eïnvloeding tussen verslaving en een psychiatrische stoornis (reciprook). (Je he$t
een angststoornis en durf niet naar $uitenl en gaat een fes wijn drinkenl angsten $lijven $estaan
volgende dag en je gaat weer wijn drinken. Zo kom je in een vicieuze cirkel)
, Je moet voor het tentamen enkel weten dat er drie verklaringsmodellen zijn. In het $oek staat het
$eloningssysteem van de hersenen met medische termen. Dit hoef je allemaal niet te kennen. Enkel dat er
drie verklaringsmodellen zijn! Je moet wel weten waar het voor staanl maar de moeilijke termen niet.
Hersenen zelfregulate systeem: niet in staat om jezelf te reguleren. Dat er $ij de hersenen motorisch iets aan
de hand is en dat alles zo in de war is geraakt dat je moeite he$t om jezelf onder controle te houden.
Zelfmedicatie-hypothese: middelen ge$ruiken om psychiatrie te $edwingen/in $edwang te houden
- Gevoel van wel$evinden ver$eteren
- Extrapiramidale verschijnselen terugdringen (= $ijwerkingen van medicate)
- Cogniteve symptomen terugdringen ($ijv. dat mensen met schizofrenie roken om een $etere
concentrate te krijgen)
- Negateve symptomen terugdringen (negatef: ont$reekt ietsl $ijv. motoriek valt weg of som$er en of vlak
zijn)
- Positeve symptomen terugdringen (positef: komt iets $ij wat er niet hoort te zijnl $ijv. hallucinates of
wanen)
Bekende vormen van zelfmedicatie
- Alcohol tegen angstl depressiel schaamte en vervreemding.
- Opiaten tegen psychische klachten
- Nicotne tegen concentratepro$lemen ($ij schizofreniel depressie en angststoornissen)
- Canna$is/cocaïne tegen negateve symptomen
Gevolgen van antipsychotica
Positef:
o Betere concentrate
o Minder on$estuur$aar
o Voorkomen van stress
o Minder in eigen wereld
Negatef:
Gevoel van vervlakking en een tekort aan natuurlijke $eloningl waardoor diepe gevoelens van verlangen
(craving) ontstaan naar een ‘$elonend gevoel’.
Intoxicatie/chronisch middelengebruik
Benzo’s: angstenl depressiel slapeloosheid
Alcohol: angstenl depressiel psychose
Heroïne/methadon: depressiel angsten en slapeloosheid
Speed: depressiel angstenl psychose
Cocaïne: depressiel angsten en psychose
Depressie bij aanmelding in de verslavingszorg
Depressie komt heel veel voor (1 op de 5 Nederlanders heef wel eens een depressie gehad).
Uitngen van depressieve klachten $ij 80%. Hiervan voldoet 30% aan criteria depressieve stoornis.
Na 4 weken detoxifcate voldoet nog 4% aan de criteria voor een depressieve stoornis.
Advies GGZ-Nederland: $iedt sequentële $ehandeling (sequentële: opeenvolgendl eerst $ehandelen
verslaving en dan psychiatrische stoornis dus na een maand detoxifcate de psychiatrische stoornis
aanpakken)
Dus begin eerst met het behandelen v.d. verslaving en dan de depressieve stoornis (kan tentamenvraag zijn)
Verschillende behandelmethoden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esmeeschoorlemmer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.