Samenvatting praktische cursus zinsontleding
Hoofdstuk 1: Enkelvoudige zin – redekundig ontleden
Bij een enkelvoudige zin is er één zinsdeel dat de tijd aanduidt d.m.v. PV
PV vooraan bij zinnen met onzekerheid (wens/vraag)
PV als tweede bij mededelende zinnen.
Gebiedende wijs: tijd van PV is niet te veranderen.
Evt: jij/u/jullie toevoegen
Zij beweert dat wij haar om een kop koffie vragen
Claude beseft dat hij alleen is
‘Het regent’
= loos onderwerp / onderwerp voor de vorm
Natuurgebeuren of onbekendee oorzaak
Als OND wordt herhaald door die / dat herhalend onderwerp
‘Er stond een agent op de stoep’
Plaatsonderwerp er
(getals)onderwerp een agent
Zinnen zonder (getals)onderwerp:
- Niet uitgedrukt wie de handeling verricht
- Persoonsvorm is gebiedende wijs
‘te’ hoort ook bij ww. gez.
‘zich’ hoort bij ww. gez als deze onvervangbaar/niet weg te laten is
Werkwoorden met vaste aanvullingen: inhalen / boekhouden / wegsterven
Werkwoordelijke uitdrukkingen rekening houden met / ervandoor gaan / een flater slaan (=
blunderen) / een poets bakken (= bedotten) / het hoofd verliezen / het hazenpad kiezen /
voor de wind gaan / blootstellen
Naamwoordelijk gezegde nw. gez. noodzakelijke niet-werkwoordelijke aanvulling op
het hoofdwerkwoord. Voorbeelden: in zijn knollentuin zijn
met koppelwerkwoord (zijn (iets, niet waar / alleen in toestand, niet in actie), worden (niet
van ontstaan), blijven, blijken, lijken, schijnen (niet van licht geven), heten, dunken,
voorkomen
Ik vind dat bier niet te zuipen LV
Het / dit / dat + werkwoord + naam in enkelvoud of meervoud werkwoord past zich aan
Gezegde nomaliseren = pv infinitief: De zon schrijnt fel. Het felle schijnen vd zon
1
,Bij een zin met een naamwoordelijk gezegde kan PV + WW (als achteraan in de zin) niet
worden omgedraaid en anders wel.
Ik weet dat Loes is ziek…..
Zij schijnt zangeres geworden te zijn
kww
Zijn horloge bleek defect geraakt te zijn
kww
Koppelwerkwoord:
1. Vervangende koppelwerkwoorden:
a. Zijn staan, zitten, vallen
b. Worden raken
2. In naamwoordelijk gezegde meer werkwoorden koppelwerkwoord schuift dan op
3. Alleen ‘zijn’, ‘worden’, ‘blijven’ zijn echte koppelwerkwoorden. Rest kan met ‘te’ +
zijn / worden / blijven
Fred schijnt ziek te zijn
4. ‘heten’ als koppelwerkwoord een naam hebben
‘heten’ niet als koppelwerkwoord de reputatie hebben (+ te + kww)
5. Als koppelwerkwoord zonder naamwoordelijk deel van gezegde voorkomt, zijn het
zelfstandige werkwoorden
6. Zijn met ‘te’+ onb. wijs = bijvoeglijk naamwoord en NIET kww
Dat is wel te doen
Dat is doenlijk
KWW voorbeelden:
Zijn depressief geraakt nw. gez.
1.11 9 Zijn behoorlijk in de war nw. gez.
1.11 14 Zijn behoorlijk in de maling genomen ww. gez.
1.13 11 Was bijna de oorzaak van een grote vliegtuigramp nw. gez.
Is klaar nw. gez.
Heeft zich gevestigd ww. gez.
Wordt in gebruik genomen ww. gez.
Blijkt arts geworden te zijn nw. gez.
1.14 15 zijn voor eeuwig grote poplegendes geworden nw. gez.
1.19 2 distantieerde zich = ww. gez.
1.19 16 verontschuldigde zich = ww. gez.
Is belust nw. gez.
LV bij ww. gez. deel van de zin dat werkwoordelijk gezegde ‘ondergaat’
LV is altijd een zelfstandig naamwoord, zelfstandig voornaamwoord (hem / haar / het / allen /
iedereen) of woordgroep die daardoor vervangen kan worden.
LV vinden zin naar tijd en vorm omzetten
Maar niet mogelijk bij werkwoorden als ‘hebben’, ‘krijgen’, ‘bevatten’, ‘omvatten’ dan
nominaliseren.
Zij heeft een dier Het hebben van een dier
‘zich’ vast bij werkwoord hoort bij gezegde als onvervangbaar door een ander woord (bijv.
te vervangen door iemand)
2
, Loos LV ‘het’ als geen echte betekenis: Ik krijg het warm
LV begint nooit met een voorzetsel (behalve als dit in de naam van bijvoorbeeld een boek zit)
LV komt nooit voor bij naamwoordelijk gezegde.
Opsporingsproef LV
1. Lijdende vorm (werd) bekeken
2. Nomalisering met ’van’ Velen bekeken het programma. Het bekijken van het
programma door velen
3. Loos LV: Marie heeft het warm
4. Herhalend LV: Mijn broer, die ken ik
Meewerkend voorwerp: MV: zinsdeel dat meewerkt de handeling van het gezegde mogelijk
te maken.
Aan / voor kunnen weggelaten worden.
MV kan in zin met / zonder LV zijn en in zin met nw. gez. ( Die zaak was Wim duidelijk).
Bij nominalisering komt MV altijd met aan / voor
Het geven aan de Hartstichting
MV met ‘voor’ belanghebbend voorwerp
MV ook bij ondervinding / lichamelijke ervaring
Hij is mij te onvriendelijk
De tranen stonden Gerard in de ogen
Dat mij dat moet overkomen
mv ond ww. gez.
De winnaar kreeg een bon aangeboden
ond wwg lv ww. gez.
De winnaar werd een bon aangeboden
mv wwg ond ww. gez.
Heeft hij aan haar gedacht
ww. gez. ond ww. gez.
Het is mij helaas niet gelukt
loos ond ww. gez. mv ww. gez.
De tranen stonden haar in de ogen
ond ww. gez. Mv
Jouw manier lijkt mij niet heel erg verstandig
ond nw. gez. mv nw. gez.
Hij bleek de taal niet machtig te zijn
Ond nw. gez. ov nw. gez.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vogelssanne. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.78. You're not tied to anything after your purchase.