Deze doelen worden op de volgende manier concreet uitgewerkt:
1. Studenten kunnen vertellen wat dyslexie is, waar het vandaan komt en wat misvattingen
en ook juist waarheden zijn rondom dit ruim besproken begrip.
2. Studenten beschikken over voldoende theoretisch inzicht om een potentiële dyslectische
leerling als zodanig te kunnen signaleren.
3. Studenten kunnen aanduiden hoe je dyslexiebeleid in een school zou kunnen invoeren.
Hoofdstuk 1: Inleiding
Het protocol dyslexie is een opdracht vanuit het ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap sinds 2004 om meer ondersteuning voor dyslectische leerlingen te kunnen
realiseren. De ondersteuning verandert nogal eens door maatschappelijke wijzigingen zoals
exameneisen, invoering van bepaalde diagnostiek en behandeling van leerlingen en
ontwikkelingen van ondersteunende technologie.
aanpassing Masterplan Dyslexie in 2001 (ook het meer praktisch inzichtelijk maken van
het protocol voor docenten in plaats van voor alleen zorgcoördinatoren).
Het protocol is een leidraad en middel voor het opstellen, uitvoeren en evalueren van het
dyslexiebeleid met de doelen:
Dyslectische leerlingen kunnen die opleiding volgen die ze op basis van cognitieve
capaciteiten aankunnen.
Dyslectische leerlingen kunnen omgaan met hun dyslexie
Dyslectische leerlingen vergroten hun functionele lees- en schrijfvaardigheid, waar
nodig met hulpmiddelen.
Vier uitgangspunten bij hantering dyslexieprotocol:
1. De leerling staat centraal.
a. Wat heeft déze leerling nodig? (begrip, goed onderwijs, algemene afspraken,
individuele hulpmiddelen en/of ondersteuning?)
b. Ondersteuning werkt als de leerling medezeggenschap heeft aansluiting bij
eigen doelen en behoeften
i. Leerling moet zo weinig mogelijk hinder ervaren van de problemen
ii. Leerlingen weten zelf vaak waar het probleem nu echt zit
2. De ondersteuning vereist een geïntegreerde aanpak.
a. Ondersteuning is nodig waar de problemen een leerling belemmeren: lessen
volgen, leren, toets maken, …
i. Nodig: goede afstemming tussen de leerling, ouders en school
b. De meeste winst is te behalen met ondersteuning in de lessen: effectieve
instructie, efficiënt klassenmanagement, sociaal-emotionele ondersteuning
en planmatig handelen bij problemen.
c. Specifieke maatregelen: extra instructie, meer tijd bij proefwerk, aangepaste
spellingbeoordeling, laptop met tekst-naar-spraaksoftware etc.
3. De ondersteuning vindt plaats gedurende de hele schoolloopbaan i.p.v. alleen in de
brugklas vanwege nieuwe moeilijkheden die ontstaan.
4. De ondersteuning gaat uit van wat werkt bij de leerling en wat een zo groot mogelijk
effect heeft (= economisch principe).
, 2
a. Ondersteuning moet zijn gericht op maximaal resultaat met voor de leerling
minimaal extra inspanning (= economisch principe) en niet op kennis of
vaardigheden. Denk aan het behalen van een voldoende, overgaan, etc.
b. Om economisch te werk te gaan, moet in de brugklas informatie aanwezig zijn
m.b.t. de geboden extra ondersteuning in het BO om op aan te sluiten.
Het protocol is voor alle geledingen in de school: directie, middenmanagement en docenten.
- directie: het beleid initiëren, randvoorwaarden scheppen voor uitvoering en na evaluatie
bijstellen.
- middenmanagement: het beleid concretiseren, de uitvoering vorm geven, zorgen voor
evaluatie en voorstellen voor bijstelling leveren.
- mentor en dyslexiecoaches: vooral belangrijk bij opzetten en uitvoeren van beleid en
ondersteuning van docenten.
- docenten: het beleid uitvoeren en ervaringen doorgeven aan het middenmanagement.
Zorgspecialist = alle personen die binnen de school een specifieke functie hebben met
betrekking tot de signalering en ondersteuning van dyslectische leerlingen en het opzetten,
uitvoeren, evalueren en bijstellen van het dyslexiebeleid.
(bijvoorbeeld: remedial teachers, leesspecialisten, dyslexiespecialisten, dyslexiecoaches- en
coördinatoren, taal- en zorgcoördinatoren, onderbouw- en bovenbouwcoördinatoren,
afdelingsleiders en counselers.
GZ-psycholoog = alle psychologen en orthopedagogen die bevoegd zijn de diagnose dyslexie
te stellen en behandeling te geven.
Hoofdstuk 2: Schoolbeleid voor dyslexie
Scholen moeten het protocol gebruiken voor het zelf vormgeven van een dyslexiebeleid met
dagelijkse handelingen.
Het dyslexiebeleid hangt nauw samen met het taalbeleid en het zorgbeleid van de school.
- taalbeleid:richt zich op alle leerlingen en is terug te zien in de plaats van taal binnen het
gehele curriculum.
- zorgbeleid:richt zich op sociaal-emotionele en leerproblemen van individuele leerlingen.
- dyslexiebeleid: raakpunt met taal- en zorgbeleid en beschrijft welke specifieke
ondersteuning de school biedt aan dyslectische leerlingen, in aanvulling op algemene
aandacht voor taal vanuit het taalbeleid.
In het dyslexiebeleidplan staan de afspraken nu en hoe de kwaliteit van het beleid in de
toekomst gehandhaafd zal worden.
het beschrijft de kaders en afspraken die richting en steun geven aan het handelen van
docenten/mentoren en de zorgspecialist in de dagelijkse praktijk.
het is een ‘levend’ document dat iedereen makkelijk kan raadplegen en voortdurend in
ontwikkeling is.
vaste onderdelen van het dyslexiebeleidplan zijn:
1. Beschrijving van het staand beleid:
a. Doel en uitgangspunten van het dyslexiebeleid
, 3
i. Wat zijn de missie en visie van het beleid. De visie moet aansluiten bij
de schoolvisie op onderwijs en begeleiding en sluit aan op de missie en
visie uit het zorgplan.
b. Doelgroep van het beleid: de dyslectische leerling:
i. Korte omschrijving van de dyslectische leerling met de kenmerken
c. Beschrijving van de geboden ondersteuning
i. Welke ondersteuning nu al wordt aangeboden:
1. Signalering en onderzoek
a. Hoe? Met welke informatie? Welke criteria? Door wie?
2. Begeleiding en ondersteuning
a. Binnen en buiten de klas
3. Organisatie en communicatie
a. Wie is waarvoor verantwoordelijk? Welke documenten
als overdrachtsinformatie?
d. Concrete afspraken en procedures in bijlagen
2. Beschrijving van de beleidsontwikkeling
a. Sterkte/zwakte-analyse van verschillende onderdelen van het staand beleid
b. Beschrijving van de beleidsontwikkeling / plan van aanpak
1. Gericht op korte termijn (dit schooljaar) en middellange
termijn (binnen drie à vier jaar)
ii. Wat is de gewenste situatie?
iii. Aan welke doelstellingen gaat de school concreet werken? SMART
iv. Wie doet wat, wanneer en met wie?
v. Met welke andere ontwikkeling moet rekening worden gehouden?
vi. Welke materialen zijn nodig?
vii. Wat leveren de geplande acties op?
c. Evaluatie en bijstelling
i. Evaluatie en borging op welke manier wordt geëvalueerd, door wie
en met welke instrumenten.
Bij het opzetten en onderhouden van haar dyslexiebeleid loopt een school jaarlijks vier
stappen door, de pdca-cyclus (verbeteringen in beweging kunnen houden):
1. Plannen = beleidsvaststelling = plan-fase
a. Onderzoeken, analyseren en plannen maken
2. Uitvoeren = beleidsuitvoering = do-fase
a. Organiseren, regelen, implementeren en voorwaarden scheppen
b. De plannen omzetten in acties
c. ! voldoende oog hebben voor draagvlak, kennis en vaardigheden bij alle
collega’s
3. Evalueren = beleidsevaluatie = check-fase
a. Meten, evalueren en toetsen
b. ! Fase begint als de uitvoering begint. Alle gegevens van begin af aan goed
verzamelen en vastleggen.
c. ! Zorgspecialist / werkgroep Dyslexie verwerkt de gegevens en adviseert de
directie over de bijstelling
4. Bijstellen = beleidsbijstelling = act-fase
, 4
a. Het beleid bijsturen of herzien op basis van de gegevens uit de evaluatie
Aandachtspunt is de borging van het beleid met als doel om succesvolle aanpakken om te
zetten in concrete afspraken en acties in het bestaande beleidsplan.
Voordeel van goede beleidsborging is dat het eenvoudig is over te dragen aan nieuwe
collega’s.
Bij het model van de Achtbaan zijn dezelfde fases als de pdca-cyclus met plan, do, check en
act, maar deze worden ook nog gekoppeld aan de niveaus van met beleid bezig zijn.
Hierdoor onderscheiden ze drie niveaus:
Het strategisch niveau – de directie
o Beleid en beleidsontwikkeling op de (middel)lange termijn
o Beslissen welke ondersteuning een school wel/niet biedt aan dyslectische lln
o Het dyslexiebeleid afstemmen op het totale schoolbeleid (taal- en zorgbeleid)
o Randvoorwaarden voor het bieden van ondersteuning scheppen
Het tactisch niveau – de zorgspecialist / werkgroep Dyslexie
o Het beleid omzetten naar concrete plannen en de uitvoering daarvan
o Vraagbaak voor collega’s en adviserend naar de directie
o Iemand van de directie maakt ook deel uit van de werkgroep
Het operationeel niveau – de docent / de mentoren
o Het uitvoeren van het beleid
Aanpassing van het beleid kan op alle niveaus die hierboven staan, beginnen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vogelssanne. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.67. You're not tied to anything after your purchase.