Aantekeningen hoorcolleges IBK2
Hoorcollege 1, 03-11-2021
IBK2 richt zich op:
- De sturing van een organisatie zelf
- En de manier waarop deze reageert op veranderingen in de omgeving
Drie sturingsrollen:
- Leider
- Manager
- Ondernemer
Leiders, Managers en Ondernemers zijn alle drie in staat om mensen in de organisatie in beweging te
brengen. Hoe doen ze dat?
- Leider:
o Vooral d.m.v. charisma
o Combinatie van karakter + stijl/gedrag + situatie
- Manager:
o Effective executive
o Problemen oplossen, besluiten nemen, routines verbeteren
o Kleinere stappen: mensen meenemen. Niet het roer ineens omgooien, maar manager
probeert stapsgewijs verandering teweeg te brengen
- Ondernemer
o Ziet mogelijkheden/kansen
o Persoonlijke interpretatie van de wereld
o Sociale bevestiging → bijvoorbeeld team/klant, alleen red je het niet.
Vormen van sturing
Kenmerken van het ene kan terugkomen bij een andere sturingsrol. Afhankelijk van persoonlijkheid
en functieprofiel/bedrijf. Bij het ene bedrijf rol afgebakend, bij andere wat vrijer.
, MG – Sterk Merk
Merk: ieder teken, symbool of uiterlijke verschijning waardoor een product of dienst zich
onderscheidt van concurrerende producten of diensten.
Functies: merk zorgt vooral voor erkenning, herkenning en onderscheidend vermogen voor de
consument.
Hoorcollege 2, 08-11-2021
Strategie:
- Lange termijn visie
- Alternatieven wegen om tot de beste optie te komen
- Keuzes maken
- Verantwoordelijkheid dragen van deze keuzes met hele sterke implicaties
- Machtsstrijd om besluiten te mogen nemen
Strategie is:
- De set aan lange termijn doelen van de organisatie
- Het patroon van keuzes die de organisaties maakt
- De manier waarop de organisatie zijn middelen inzet/alloceert
- De manier waarop de organisatie omgaat met zijn externe omgeving
Strategie is een combinatie van alle 4:
➔ Het patroon van keuzes die een organisatie maakt, met betrekking tot de allocatie van
middelen (intern = bijv. waarvoor je je geld/mensen inzet) en de relatie met haar externe
omgeving (bijv. concurrentie), om haar lange termijn doelen te halen.
➔ Soms vooraf opgesteld, soms niet opgeschreven maar in het hoofd gehouden.
Hoe ziet een (goede) strategie eruit?
Gegeven dat strategie een patroon van keuzes is, is strategie niet een tastbaar goed
Voorbeeld: IKEA
- Kiest ervoor om zich voornamelijk op de verkoop van woonartikelen te richten
- Kiest voor enkele grote filialen per land (inzet van middelen)
- Kiest voor welke activiteiten zij uitvoeren (bijv. niet in elkaar zetten van meubels)
- Dit allemaal om kosten te drukken, hierdoor goedkoper te zijn dan concurrenten (externe
omgeving) en zodoende op de lange termijn winst te blijven maken
- Dit patroon helpt om nieuwe keuzes te maken, want consistentie is belangrijk:
- Toevoegen van restaurant vs. Toevoegen van een fitnessruimte (past niet bij IKEA)
,Wat is niet strategie?
Voorbeeld: Veolia die plant, aan de hand van vraag (extern) naar transport, hoe zij de komende
maand haar bussen kan inzetten op welke routes
- Het betreft hier een keuze, niet een patroon van keuzes;
- De keuze heeft kleine implicaties voor de lange termijn doelen van de organisatie.
Hoe weet je of een strategie goed is of niet?
Er zijn 5 elementen waarop je kunt testen of strategie goed is of niet:
- Externe fit → Strategie moet passen bij de omgeving (bijv. klanten, leveranciers)
- Interne fit → Strategie moet passen bij o.a. de middelen van de organisatie (bijv.
werknemers)
- Dynamic fit → Strategie moet toekomstbestendig zijn
- Competitive advantage → Als concurrenten beter zijn, word je vanzelf ingehaald. Voordeel
hebben t.o.v. concurrent.
- Performance → Als je geen winst maakt, heb je geen goede strategie (als bedrijf)
Hoe ziet een minder goede strategie eruit?
Bijvoorbeeld een organisatie die zich bezighoudt met:
Te weinig synergie tussen de verschillende activiteiten; onduidelijk patroon van keuzes.
Weinig interne fit, minder goede performance en geen competitive advantage.
Veel verschillende soorten leveranciers, werknemers, etc. Heel moeilijk te managen.
Recab van de voorbeelden
Slechte strategie Goede strategie
Strategie Fland IKEA
Geen strategie Veolia
- Het is dus essentieel om te weten wat strategie is, wat een strategie goed maakt, en wat
strategie niet is
- Tevens moet je dit in de praktijk kunnen toepassen, dus de voorgaande zaken beantwoorden
aan de hand van een casus
, Een definitie van strategie?
Er zijn nog veel meer definities van strategie:
- Michael Porter: Positionering in industrie of markt, vooraf bepaald op basis van een gedegen
analyse
- Henry Mintzberg:
o Strategie als een plan: doelbewust en vooraf ontwikkeld plan/richtlijn voor
toekomstige actie(s)
o Strategie als ‘ploy’ (list, truc): een manoeuvre of gerucht om concurrenten op het
verkeerde been te zetten
o Strategie als patroon: patroon in een geheel van activiteiten (al dan niet doelbewust)
o Strategie als positie: positie innemen in een bepaalde markt of industrie door het
nastreven van verschil
o Strategie als perspectief: gedeeld perspectief (set van overtuigingen) binnen een
organisatie op de realiteit, vertaalt zich in intenties en acties
Deze definities hoef je NIET te kennen!
Strategie bestaat op verschillende niveaus
Uitgevoerd door: Voorbeelden strategische keuzes
Top management team In welke markten moeten we
actief zijn?
Hoe kunnen we het beste
Middle management,
concurreren tegen speler Y op
Leiders van markten
deze markt?
Leiders van primaire processen, Hoe kunnen we ervoor zorgen dat
bijvoorbeeld productie onze producten snel bij de klant
zijn?
Hoe verhoudt strategie zich tot andere concepten?
Strategie en concurrentievoordeel:
- Strategie en concurrentievoordeel (competitive advantage, of wel CA) zijn nauw verbonden
- Externe omgeving is een belangrijk element van de definitie van strategie
- Bij bedrijven gaat het dan vaak om hun concurrenten; als je niet goed concurreert ga je
immers failliet (wat vaak niet het lange termijn doel is)
- Je kunt aan een bedrijf zien of het concurrentievoordeel heeft wanneer de organisatie meer
winst maakt dan de andere bedrijven in dezelfde markt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noudb1908. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.09. You're not tied to anything after your purchase.