100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Complete samenvatting deel 1 en 2 Bewustzijnsfilosofie $8.16   Add to cart

Summary

Complete samenvatting deel 1 en 2 Bewustzijnsfilosofie

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Volledige samenvatting van alle tentamenstof van deel 1 en deel 2 van Bewustzijnsfilosofie (500184-B-5) aan Tilburg Universiteit. Alle powerpointslides en stof uit het boek samengevat in het Nederlands. Bestaat uit hoorcolleges 1 tot en met 13. Zelf heb ik met deze samenvatting voor de endterm een ...

[Show more]

Preview 4 out of 32  pages

  • Yes
  • March 12, 2024
  • 32
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Bewustzijnsfilosofie



Hoorcollege 1 Inleiding en het Substantiedualisme
Het concept filosofie heeft meerdere definities:
1. Filosofie is een conceptueel onderzoek: hoe verhouden de twee wereldbeelden zich met
elkaar: manifeste en wetenschappelijk wereldbeeld?
- Manifeste wereldbeeld= beeld dat we krijgen door middel van interactie via onze
zintuigen.
- Wetenschappelijk wereldbeeld= beeld dat we krijgen aan de hand van empirisch
onderzoek en feiten
2. Filosofie als conceptuele verheldering: je kijkt naar de wetenschap om de concepten bij te
stellen. Filosofie helpt om concepten te verklaren aan de hand van wetenschap.
3. Filosofie als geldigheidswetenschap: zijn de concepten die we gebruiken wel geldig? HUME:
kunnen we causaliteit wel gebruiken als concept.
4. Filosofie als perspectief wisseling: door begrip voor standpunten van anderenkan je veel
kennis opdoen over concepten
5. Filosofie als zoektocht naar de waarheid: filosofie gaat over de waarheid van de concepten
en niet hoe overtuigend iemand is. Socrates was de eerste die zich verzette de
sofisten/overtuigers.
We willen weten wat we bedoelen met onze concepten, we willen dat ze geldig zijn, en om daar
achter te komen moeten we soms een ander perspectief innemen, zodat we alles zo helder en
duidelijk mogelijk krijgen.

The problem of conciousness: mensen hebben dualistische intuïties – d.w.z. dat ze de intuïtie
hebben dat lichaam en geest twee totaal verschillende dingen zijn, die onafhankelijk van elkaar
kunnen bestaan en functioneren. IS DUS NIET ZO
Maar tegelijkertijd merken we dat als er iets met je lichaam gebeurt ook iets met de geest gebeurt en
andersom. Maar hoe interacteren die met elkaar dan?

Wat is bewustzijn? Bewustzijn bestaat uit bewuste ervaringen, cognitie en emoties:
- bewuste ervaringen: what-it-is-likeness= quale. Kwalitatieve aspecten van ervaringen
worden qualia genoemd. → fenomenale ervaringen
- cognitie: propositionele attitudes PA’s die gaan over intentionaliteit. Het gaat ergens over
(aboutness). Dus niet iets doen met opzet/purpose. PA’s zijn discrete entiteiten; ze staan los
van elkaar.
- emoties: combi van ervaring en cognitie→ Emoties hebben dus zowel [1] een kwalitatief
karakter, als ook [2] intentionaliteit. Vb je bent kwaad op een automobilist. Kwaad is emoties
is ervaring. En het gaat ergens over namelijk de automobilist.

There might be mental states that do have intentionality without having quale→ robot may be able
to have cognitive states while lacking the ability to experience anything at all.
Or mental states that do have quale but not intentionality/aboutness: you can ‘see stars’ if you close
you eyes and push tour eyeballs. You see different colors but you also know they have nothing to do
with real stars.

,Hoe past bewustzijn in de fysische wereld?
Als je weet hoe ervaringen in de wereld passen en hoe cognitieve toestanden in de wereld passen,
weet je dat ook voor emoties.
1. Substantie-dualisme: de geest bestaat onafhankelijk van het lichaam en vice versa;
2. Idealisme: de fysische wereld is afhankelijk van de geestelijke wereld;
3. Behaviorisme: de geest is eigenlijk gedrag;
4. Reductionisme / identiteitstheorie: mentale toestanden zijn hersentoestanden;
5. Eliminativisme: de geest bestaat niet;
6. Functionalisme: mentale toestanden worden gerealiseerd door hersentoestanden;
7. Connectionisme;
8. Embodied & Embedded en zelfs Extended mind.

1e methode Descartes:
Is de info die we krijgen van wetenschappers wel betrouwbaar? Manier om te zorgen dat de kennis
klopt is om te twijfelen. Zo ging hij terug naar de wiskunde om een betrouwbaar fundament/basis te
krijgen waarop we vanuit hier weer kennis op door konden bouwen.
➔ Docenten waren niet goed
➔ Eigen waarneming/zintuigen ook niet want kunnen ons bedriegen (horizon-illusie)’
➔ Enigste wat hij wist is: Cogito ergo sum. Ik denk dus ik besta.
➔ Als er iets is waar niet over te twijfelen valt, dan bestaat het.

2e methode Descartes:
Als iets helder en duidelijk wordt ingezien, dan bestaat het/is het waarheid. Heldere en duidelijke
inzichten. Hij ziet helder en duidelijk dat God bestaat. God bestaat en god is goed daarom zal hij
Descartes nooit bedriegen omdat bedriegen imperfect is en god was perfect. Sinds God niet bedriegt,
zijn Descartes ideeën over zijn lichaam en andere fysische dingen waar. Dit betekent dat Descartes
nu zeker is dat hij beide geest en lichaam is → Descartes ziet in dat hij een res cogitans & een res
extensa / een uitgebreide substantie.

Substantie-dualisme → René Descartes
• Er zijn twee substanties: de denkende/mentale substantie (Res cogitans) en de uitgebreide
substantie (Res extensa). Zij kunnen op zichzelf bestaan. En hebben elkaar niet nodig.
• De essentiële eigenschap van de denkende substantie is denken.
• De essentiële eigenschap van de fysieke substantie is: uitgebreidheid. Uitgebreidheid is
plaats innemen in de ruimte. Kan maar 1 object op een bepaalde plek op een bepaalde tijd
staan. Beweging ontstaat door botsing.
• Thinking substance does not have a place in space.

Interactieprobleem:
Vanuit de behoudswetten komt voort dat er geen energie in of uit → causale geslotenheid. Elke
fysische gebeurtenis heeft een fysische oorzaak. Maar dan zitten we met een “Patrick Swayze
probleem”: hoe kan een niet-fysische substantie (zonder uitgebreidheid) botsen met de fysische
substantie?

Descartes correspondeerde met prinses Elizabeth van Bohemen→ “How can the soul of man, being
only a thinking substance causally interact with his physical body?” Descartes weet het zelf niet want
volgens hem zijn we duidelijk 2 substanties maar hij zegt ook dat lichaam en geest interacteren. We
kunnen [a] en [b] niet tegelijk denken. Dus conceptueel incoherent.
Volgens D: Lichaam en geest interacteren in de pijnappelklier. Maar dit verklaart niet hoe ze dan
interacteren met elkaar.

,Oplossing van Descartes→ God regelt die interactie: Hij had ons zo kunnen maken dat als we in een
spijker trappen dat we dan de smaak van chocolade zouden ervaren.

Hoe god hier verantwoordelijk voor is, wordt niet verklaard. Er zijn hier dus meerdere interpretaties
van:
➔ Occasionalisme: Alleen God is de ware oorzaak van dingen in de wereld; Dus lijkt het slechts
dat als ik mijn hand op wil steken, dat die gedachte / wens de oorzaak ervan is dat ik dat ook
doe; Mijn wens/gedachte is de gelegenheid (occasion) voor God om mijn arm op te steken.
➔ Parallelisme: Als we twee klokken hebben die synchroon lopen, dan komt dat doordat ze zo
gemaakt zijn. Ze zijn zo gemaakt dat ze parallel aan elkaar lopen. Hetzelfde geldt voor
lichaam en geest. The will and the motion both depend on God, who also made them in such
a way that they run parallel to each other.

Zowel occasionalisme als parallellisme zitten met hetzelfde probleem: Hoe doet God dit dan? Het
levert geen inzicht op: het ene probleem (hoe interacteren lichaam en geest?) wordt vervangen door
het andere probleem (God regelt het, maar hoe dan?)


College 2 Het idealisme en het behaviorisme
IDEALISME
Idealisme: het materiele is afhankelijk van de geestelijke/mentale substantie. Het materiele is wat
we zien, voelen en taste. Maar er is geen onderliggende materiele/fysische substantie. De materiele
substantie wordt niet erkend.
Het antwoord op het interactieprobleem van George Berkeley (GB) is eenvoudig: er is maar één
substantie: de geestelijke substantie. Dus ontstaat het probleem niet. → Dit is dus een vorm van
monisme: de positie dat er maar één substantie is de geestelijke, de fysische of nog heel wat anders.

Volgens GB geldt Esse est percipi; zijn is waargenomen worden. Dingen bestaan enkel alleen omdat
je ze waarneemt dus dingen bestaan niet meer als je ze niet meer waarneemt.
In zijn werk laat GB Philonous (de geestminnaar) in debat gaan met Hylas (de stofman). Philonous
ontkent het bestaan van de materiële substantie, maar niet het bestaan van materie. Het materiele
bestaat wel maar is afhankelijk van de geestelijke substantie.

Hij beredeneerde dit via het empirisme. Kennis opdoen door waarneming (via zintuigen). Volgens GB
kunnen we geen substantie zien, maar we zien de secondaire eigenschappen zoals geuren, kleuren
en smaken. Die bestaan enkel als ze waargenomen worden. Deze theorie bouwt verder op die van
John Locke → primaire eigenschappen zijn onafhankelijk vd mens, dus ze bestaan echt in de wereld
en secondaire eigenschappen alleen als ze waargenomen worden, niet objectief want ervaring kan
verschillen van persoon tot persoon. Voorbeeld van primaire eigenschap is temperatuur. Water heeft
temp die niet afhankelijk is van onze perceptie. Of het water warm of koud is, hangt af van de
waarnemer dus secondaire eigenschap.
Berkeley vond eigenlijk dat alle eigenschappen secondaire eigenschappen zijn. Net zoals grootte→
als iets groot is, dan is dat afhankelijk van een waarnemer; GB: dus is grootte een secundaire
eigenschap.
Maar GB redeneerde niet goed. Of iets groot of klein is, is afhankelijk van de waarnemer maar de
hoogte/grootte is dat niet. Vergelijk: de temperatuur van water is onafhankelijk van de waarnemer,
maar of het warm of koud is niet.
Bovendien: waar is het bier als je de koelkast sluit? Dus: GB heeft God nodig om de wereld niet te
laten verdwijnen. GB beredeneerde dat wij als mens niet alles zien maar God neemt wel alles waar

, en zorgt er voor dat de wereld niet verdwijnt als die niet wordt waargenomen. Dat levert ons geen
inzicht op; want je kan dan weer stellen ‘hoe doet God dit dan? ‘
➔ Dus: idealisme neemt de wetenschap niet serieus. Idealisme heeft God nodig om dingen te
verklaren (net zoals dualisme), en neemt de wetenschap dus niet ernstig.

Behaviorisme
Behaviorisme was een stroming aan het begin van de twintigste eeuw. Behavioristen meenden dat –
wil de psychologie wetenschappelijk worden – we geen onobserveerbare mentale entiteiten kunnen
accepteren en dus ook geen woorden mogen gebruiken die naar dat soort niet waarneembare zaken
verwijzen. → houden aan observaties/waarnemingen zoals gedrag.
Input (stimuli) gaat in the black box. Output komt eruit ([talig] gedrag). Wat er in de black box
gebeurt, daar heeft de behaviorist het niet over. Met de black box wordt de geest bedoeld.
Behaviorist alleen geïnteresseerd in het waarneembare dus de output en input die via experimenten
te onderzoeken zijn .

PSYCHOLOGISCH BEHAVIORISME
Dit is hetzelfde als methodologisch behaviorisme. “Human thought is human behavior.” →
menselijke geest is te bestuderen door het gedrag te bestuderen, SKINNER.
Een andere verdediger was Watson. “Psychology as the behaviorist views it is a purely objective
experimental branch of natural science. Its theoretical goal is the prediction and control of behavior.
Introspection forms no essential part of its methods, nor is the scientific value of its data dependent
upon the readiness with which they lend themselves to interpretation in terms of consciousness.”
(Watson, 1913) → hoe meer psychologie op de natuurwetenschap lijkt, hoe objectiever het is --->
volgens watson. Dus doel is om het gedrag te voorspellen en te controleren. En dit te doen via
experimenten. (tegen introspectie)

Voorbeeld: Watsons studie van Little Albert
1. (Buiten het zicht van Albert) sla op metaal om hem te laten schrikken; 2. Laat hem een rat zien (hij
is daar niet bang van); 3. Dan laat je hem het dier zien terwijl je ook op het metaal slaat; 4. Nu is
Albert bang van de rat (ook zonder het geluid).
Watsons conclusie: Alberts angst voor de rat was het resultaat van conditionering; Watson meende
dat alle emoties uiteindelijk in stimulus-respons correlaties uitgelegd konden worden. Emoties waren
resultaat van conditionering en konden dus uitgelegd worden door stimulus-repons correlaties.

Bestaat de geest dan niet? Soms zeiden behavioristen (zoals Watson en Skinner) dat ze alleen maar
geïnteresseerd waren om het bereik, de methode en het doel van de psychologie te veranderen; Ze
claimden soms dan ook dat ze niet geïnteresseerd waren in metafysische vragen als Wat is de geest?
Maar ze zouden echt moeten zeggen dat er geen geest is naast het gedrag.

Het dilemma → If it did not study the fundamentals of the human ‘psyche’, then it could hardly claim
to be introducing a new way of doing psychology.” (Lyons). Behavioristen zouden eigenlijk moeten
claimen dat de menselijke geest = menselijk gedrag. Anders zouden ze niet het gedrag bestuderen
om zo de geest te bestuderen. Maar geloven zij echt dat er naast gedrag disposities niet iets is als
een conscious mind?
Julian Jaynes : “But having once been a part of this major school, I confess it was not really what it
seemed. […] [B]ehaviorism was only a refusal to talk about consciousness. Nobody really believed he
was not conscious.”


FILOSOFISCH BEHAVIORISME
➔ Analytisch behaviorisme
➔ Linguïstisch behaviorisme

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller roosschneider. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.16. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75632 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.16
  • (0)
  Add to cart