Summary
Samenvatting BMW I&I: Immunologie (eindtoets)
- Course
- Institution
Uitgebreide samenvatting van de colleges, werkcolleges en Abbas voor de eindtoets van Infectie en Immuniteit.
[Show more]
2 reviews
By: evangalen97 • 6 year ago
there are quite a lot of typing errors
By: yvetteschoot • 6 year ago
Seller
Follow
amberrrrr
Reviews received
Content preview
Infectie en immuniteitImmunologie
Week 1 en 2 → innate immuniteit
Voorkennis
Overview immuunresponsen
Hoofstuk 1 en 2
Fysiologische functie van het immuunsysteem → bescherming tegen infectieuze microben, maar ook
andere substanties en producten van beschadigde cellen kunnen een immuunrespons veroorzaken.
Deze mechanismen kunnen soms ook leiden tot weefselschade en ziekte. Ook kan een
autoimmuunrespons ontstaan.
Innate en adaptief immuunsysteem
Innate is belangrijk bij het tijdrekken in eerste uren en dagen door mechanismen die altijd aanwezig
zijn. Daarna komt het adaptieve systeem op gang, die specifiek reageert op antigenen.
Innate Adaptief
Karakteristieken
Specificiteit Moleculen die worden gedeeld Specifieke microbe en niet
door groepen microben en microbe antigenen
moleculen die worden
geproduceerd door
beschadigde gastheercellen
Diversiteit Klein, ligt vast in genen Groot, want receptor genen
worden gevormd door
somatische recombinatie van
gen segmenten in lymfocyten
Geheugen Niet Wel
Componenten
Cellulaire en chemische Huid, mucosa epitheel, Lymfocyten in epitheel en
barrières antimicrobiële moleculen antistoffen geproduceerd bij
epitheeloppervlak
Humoraal Complement, lectines en Antistoffen
agglutininen
Cellulair Fagocyten, dendritische cellen, Lymfocyten
NK-cellen, mestcellen, innate
lymfoïde cellen
,Adaptieve immuniteit
• Zelf tolerantie → immuunsysteem reageert niet op eigen antigenen. Dit kan door
verschillende mechanismen: inactiveren of remmen van zelf-reactieve lymfocyten.
Abnormaliteiten kunnen leiden tot auto-immuunziektes.
• Responsen op een secundaire infectie zijn sneller en groter, omdat er geheugencellen meer
voorkomen en sneller reageren dan naïeve lymfocyten bij de primaire infectie. Na de eerste
infectie raakt een individu gesensibiliseerd voor een antigen.
• Klonale selectie → lymfocyten met verschillende specificiteiten aanwezig en de juiste wordt
geselecteerd en gaat prolifereren (= klonale expansie). Totale repertoire aan lymfocyten is
dus erg divers.
• Soorten adaptieve immuniteit
o Humoraal → antilichamen
▪ Bevinden zich in het bloed en mucosale secreties
▪ Geproduceerd door B-cellen
▪ Afweermechanisme voor microben en hun toxines buiten de cel.
▪ Antigenen → eiwitten, polysachariden, lipiden en kleine moleculen.
• Polysachariden en lipiden → IgM
• Eiwitten → IgG, IgA en IgE kunnen ontstaan uit een enkele kloon B-
cellen. Voor de respons op eiwitten zijn activerende signalen van een
, Th-cel nodig. Th-cellen zorgen ook voor antistoffen met hogere
affiniteit (= affiniteit maturatie).
▪ Effect
• Preventie infecteren cellen → neutralisatie
• Opsonisatie door IgG
• Activeren van complement door IgG en IgM
• Neutraliseren microben in lumen van mucosale weefsels door
secretie van IgA door mucosa epitheel. Hierdoor wordt infectie
voorkomen.
• Beschermen baby’s door maternale IgG
▪ IgG heeft een halfwaardetijd van 3 weken en andere klassen een paar dagen.
▪ Sommige plasmacellen migreren naar beenmerg of mucosale weefsels en
produceren daar voor lange tijd lage levels antistoffen. Zorgt samen met
geheugencellen voor directe bescherming als een microbe terugkomt.
o Celgemedieerd
▪ Destructie van microben in fagocyten en gastheercellen.
▪ T-cellen herkennen peptides van vreemde eiwitten gebonden op MHC
▪ Soorten
• T-helper cellen (Th-cel) → functies vooral gemedieerd door cytokines
o Aantrekken leukocyten
o Stimuleren fagocyten
o Activeren eosinofielen voor doden van parasieten die te
groot zijn om te fagocyteren.
o Stimuleren B-cel responsen
• Cytotoxische T-cellen (CTL) → produceren moleculen die andere
cellen doden.
• Regulatoire T-cellen → inhiberen immuunresponsen.
, • Klassen lymfocyten
• Soorten immuniteit
o Actief → blootstelling aan vreemd antigeen
o Passief → transfer van antistoffen van een geïmmuniseerd individueel naar een niet
geïmmuniseerd individueel.
▪ Persoon wordt immuun zonder in contact te zijn gekomen met het antigeen.
▪ Geen geheugen.
▪ Voorbeeld → overdragen van maternale antistoffen (IgG) via de placenta aan
foetus, waardoor baby’s voor enkele maanden beschermd zijn.
• Begrippen
o Antigenen → moleculen die binden aan specifieke lymfocyt receptoren
o Immunogenen → stimuleren een immuunrespons.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller amberrrrr. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.83. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
51662 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now