Case 1a(8)
Sjaak(40jaar) drijf een eenmanszaak. Sjaak wilt zijn onderneming staken en verkoopt zijn
onderneming aan John. De balans van Sjaak ziet er als volgt uit:
Slotbalans bedragen*1.000
Pand 120 Kapitaal 90
Overige bedrijfsmiddelen 60 For 20
KER 15
, Vreemd vermogen 55
Tot 160 Tot 160
De werkelijke waarde van het pand wordt gewaardeerd tegen 150.000, de Goodwill bedraagt 45.000.
Stel dat de overige bedrijfsmiddelen tegen 60 worden overgenomen.
a. Hoeveel bedraagt in dit geval de overdrachtsprijs?(2)
b. Hoeveel bedraagt de stakingswinst?(2)
c. Hoeveel bedraagt de belastbare stakingswinst?(2)
d. Hoeveel kan Sjaak maximaal aan verhoogde lijfrenteafrek opvoeren?(2)
Case 1b(12)
Balans EZ John bedragen*1.000
Pand 100 Kapitaal 120
Overige bedrijfsmiddelen 40 Vreemd vermogen 20
Tot 140 Tot 140
Petra dochter van John neemt de eenmanszaak van John over. Zij betaald 150 voor het pand en 40
goodwill. Er wordt gebruik gemaakt van de doorschuivingsfaciliteit.
a. Petra werk in loondienst in de onderneming van John. Aan welke eis moet zij voldoen om
gebruik te maken van de doorschuivingsfacaliteit?(2)
b. Hoeveel bedraagt de belastbare stakingswinst?(4)
c. Stel de nieuwe bedrijfseconomische balans op na doorschuiving.(2)
d. Stel de nieuwe fscale balans op na doorschuiving.(2)
e. Stel dat de IB-claim 20% is. Hoeveel bedraagt de overdrachtsprijs dan?(2)
Case 2(10)
Kees en Linda gaan samen een VOF opstarten. Kees brengt een pand in van zijn eenmanszaak. In het
pand zit een stlle reserve van 55.000euro. Kees wil het pand wel inbrengen maar wilt deze stlle
reserve behouden. Kees en Linda hebben een winstverdeling van 60/40% afgesproken.
a. Is deze wens van Kees mogelijk?(2)
b. Stel dat de winst in een zeker jaar 150.000 bedraagt waarvan 50.000 door de verkoop van
het pand afomstg is. Maak hiervan de winstverdeling op indien de wens van Kees doorgaat.
(4)
Na enige twijfel besluit Kees zijn pand niet in te brengen in de vof. In plaats daarvan verhuurt hij zijn
pand aan de vof. Hiervoor rekent hij een jaarlijkse vergoeding van 15.000.
c. Geef aan hoe het principe heet waar Kees gebruik van maakt, en maak de winstverdeling op
voor dezelfde winst van 150.000 in deze uitgangssituate.(4)
Case 3a(12)
, Jan(55 jaar) heef een EZ met een fscale balans eindbalans: *1.000
Pand 150 EV 110
Overige bedrijfsmiddelen 50 For 30
HIR 20
VV 30
Tot 200 Tot 200
Er zit een stlle reserve in het pand van 70 en de goodwill bedraagt 130.
a. Bereken de overdrachtsprijs en de belastbare stakingswinst.(4)
b. Hoeveel bedraagt de maximale lijfrente?(2)
c. Over hoeveel moet er afgerekend worden bij toepassing van een lijfrente?(2)
d. Stel de nieuwe balans op waarbij de lijfrente wordt bedongen bij eigen BV en het
aandelenkapitaal gesteld wordt op 20.000. Geef tevens aan welk wetsartkel relevant is t.a.v.
het bedingen van een lijfrente bij eigen bv.(2)
e. Na een ruisende inbreng is er sprake van zichtbaar goodwill. Geef aan welk voordeel deze
zichtbare goodwill oplevert.(2)
Case 3b(8)
Piet(43 jaar) heef een EZ en wil geruisloos inbrengen, de balans zier er als volgt uit:
Fiscaal WEV Fiscaal WEZ
Goodwill 130 Kapitaal Peter 70 360
Pand 140 200 For 90
OBM 50 50 Crediteuren 20 20
Tot 190 380 Tot 190 380
De waarde in het economische verkeer van de onderneming bedraagt 360.000. Er rust een latente
belastngclaim van 20% op de stlle reserves en de goodwill. Daarnaast heef Peter nog 8.000 schuld
aan privébelastngschulden. De bv geef aandelen uit van 750 per aandeel.
a. Bereken hoeveel aandelen er uitgegeven moeten worden.(4)
b. Bereken het fscale aandelenkapitaal(2)
c. Stel de bedrijfseconomische en de fscale balans op na uitgife van de aandelen.(2)
Case 4a(14)
Jan koopt in 2011 twee aandelen in BV X(2%) voor 3.000. Vervolgens koopt Jan in 2014 10
aandelen(10%) in BV X voor 20.000. In 2015 verkoopt Jan 8 aandelen(8%) voor 32.000.
a. Wat zijn de fscale gevolgen van de aankoop in 2011 voor Jan.(2)
b. Geef aan wat de fscale gevolgenzijn van de aankoop van de 10 aandelen in 2014.(2)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BramNorder. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.