Small Business and Retail Management, vak: Finance and Law.
Boek: wetboek voor webwinkels - hoofdstuk 1, 2, 6, 9, 10, 11, 12, 13.
Bevat ook extra informatie vanuit PowerPoint en oefenvragen.
Finance and Law
Betreft: Law (intellectuele eigendomsrechten, e-commerce en internationale koop)
Student: Maria Bruijn (s1118551)
Klas: SBRM2a
Literatuur: Wetboek voor webwinkels van C. Meindersma
Contracten in de internationale handel van S. van Hall
Leerdoelen: - Student kan advies geven over de verschillende eigendomsrechten.
- Student kent de betekenis van E-commerce en kan adviseren bij mogelijke
juridische problemen hieromtrent.
- Student kent de regels van de internationale koopovereenkomst en de
overeenkomsten welke op afstand zijn gesloten en kan deze toepassen
1 Intellectuele eigendomsrechten
Wetboek voor webwinkels – hoofdstuk 1, 2 en 6
1.1 Hoofdstuk 1 Starten
1.1.1 Ondernemingsplan
Een ondernemingsplan is een plan van aanpak van een startende onderneming of gewijzigde
bedrijfsactiviteit. De meeste financiers beoordelen aan de hand van het ondernemingsplan of
hun investering rendabel kan zijn. Een dergelijk plan is niet verplicht.
Een mooie basis voor een ondernemingsplan is het ‘Business Model Canvas’, weergegeven op
blz. 11 van het Wetboek voor webwinkels. Dit bestaat uit negen blokken met als uitgangspunt
wat je gaat doen.
1.1.2 Rechtsvormen
De keuze van de rechtsvorm heeft gevolgen voor:
- de regeling van de aansprakelijkheid.
- de mogelijkheden om vermogen aan te trekken.
- het publiceren van financiële gegevens.
- de omvang van de te betalen belastingen.
De meest gebruikelijke rechtsvormen zijn:
1 de eenmanszaak: ‘een natuurlijk persoon die een onderneming voert. Deze heeft geen
rechtspersoonlijkheid’.
a voordelen
- snelle besluitvorming mogelijk doordat de eigenaar niet met mede-
eigenaren hoeft de overleggen.
- grote betrokkenheid van de eigenaar bij het bedrijfsgebeuren, omdat zijn
inkomen afhankelijk is van de resultaten van zijn zaak.
- geen publicatieplicht.
b nadelen
- het voortbestaan kan in gevaar komen, doordat deze hoofdzakelijk
afhankelijk is van één persoon.
- het inkomen van de eigenaar kan sterk schommelen.
- privé-aansprakelijkheid.
, 2 vennootschap onder firma (vof): ’diegene welke met het oog op de uitoefening van een
koopmansbedrijf onder een gemeenschappelijke naam wordt aangegaan door twee of
meer personen, die hoofdelijk en onbeperkt aansprakelijk zijn voor het passief van de
vennootschap’.
a voordelen
- de mogelijkheden om de onderneming voort te zetten, zijn beter dan bij
een eenmanszaak doordat de firmanten elkaars taken kunnen
overnemen.
- het eigen vermogen wordt meestal ingebracht door twee of meer
firmanten en kan daardoor groter zijn dan bij een eenmanszaak.
- het risico wordt over de firmanten gespreid.
- een betere bedrijfsvoering is mogelijk doordat iedere firmant zijn
specifieke kwaliteiten inbrengt.
- onderling overleg tussen de firmanten kan leiden tot een betere
besluitvorming.
- een vof heeft geen publicatieplicht.
b nadelen
- verschil van inzicht tussen de firmanten kan tot onderlinge strijd en
slecht management leiden.
- firmanten zijn ook met hun privévermogen volledig aansprakelijk voor
de schulden van de firma (hoofdelijke aansprakelijkheid 1).
- privéschulden van de firmanten kunnen op het eigen vermogen van de
firma worden verhaald. Dit kan tot faillissement van de vof leiden.
3 besloten vennootschap (B.V.): ‘vennootschap opgericht door één of meer personen,
waarbij het maatschappelijk kapitaal verdeeld is in aandelen die niet vrij overdraagbaar
zijn’.
a voordelen
- de aandelen van een B.V. zijn niet vrij verhandelbaar. Hierdoor is het voor
buitenstaanders niet mogelijk de zeggenschap in een B.V. te verkrijgen.
- de directeur-aandeelhouder is niet met zijn privévermogen aansprakelijk
voor de schulden van de B.V.
- de B.V. heeft een beperkte publicatieplicht.
b nadelen
- veel administratieve plichten (bv. jaarrekening).
- fiscaal niet gunstig; een B.V. brengt hoge kosten met zich mee.
1.1.3 Kamer van Koophandel
Elke onderneming is verplicht zich in te schrijven in het Handelsregister; mede de handelsnaam
en de rechtsvorm worden hierin opgenomen.
1.1.4 Stenen winkel vs. online
In sommige gevallen heeft de consument online meer rechten dan offline; in een stenen winkel.
Zoals het recht van ontbinding: ‘het recht van de consument om zich binnen veertien dagen te
ontbinden van de gekochte producten’; offline is ruilen geen recht, maar een service.
1
Aansprakelijkheid van meerdere personen voor een ondeelbare prestatie of gehele schuld, voor zover dit
voortvloeit uit de wet, gewoonte of rechtshandeling. Bv.: bij een geldlening voor twee personen, zijn
beiden aansprakelijk voor terugbetaling van de volledige lening.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariabruijn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.
