100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting formuleren $4.42   Add to cart

Summary

Samenvatting formuleren

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Samenvatting van 7 pagina's voor het vak Nederlands aan de HAVO (formuleren)

Preview 2 out of 7  pages

  • March 17, 2024
  • 7
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
NEDERLANDS FORMULEREN

Paragraaf 1 dubbelop (belangrijke paragraaf)
Onjuiste herhaling
 Meestal is het een herhaling van een voorzetsel dat hoort bij een werkwoord
 Zich ergeren aan, waarschuwen voor, geloven in, afhankelijk zijn van, bevriend zijn met,
dwingen tot, informeren naar.

Voorbeelden:
 Met de laatste toets biologie kon Pim zijn rapportcijfer mooi mee ophalen (fout)
 Met de laatste toets biologie kon Pim zijn rapportcijfer mooi ophalen (goed)
 Als je niet in Sinterklaas gelooft, waarin geloof je dan eigenlijk wel in? (fout)
 Als je niet in Sinterklaas gelooft, waar geloof je dan eigenlijk wel in? (goed)

Dubbele ontkenning
 In zinnen met een werkwoord dat een ontkennend karakter heeft wordt soms ten onrechte
een tweede ontkenning toegevoegd.
 voorkomen, misbruiken, verbieden, weerhouden, nalaten, afraden, ontkennen,
ontmoedigen
 niet, niets, geen, nooit

Voorbeelden:
 Je moet je niet laten weerhouden om geen wereldreis te maken (fout)
 Je moet je niet laten weerhouden om een wereldreis te maken (goed)
 Jasmijn ontkent dat ze niets met die gestolen iPhone te maken heeft (fout)
 Jasmijn ontkent dat ze iets met die gestolen iPhone te maken heeft (goed)

Tautologie
 Twee synoniemen (dezelfde woordsoort) gebruiken als er maar één woord nodig is.
 immers – want (bijwoorden)
 glad – vlak (bijvoeglijke naamwoorden)
 leugen – bedrog (zelfstandige naamwoorden)
 moeten – verplicht zijn (werkwoorden)

Voorbeelden:
 De leerlingen van vwo 4 vertelden thuis dat de toets Nederlands heel moeilijk was, maar dat
is volgens hun docenten echter niet waar (fout)
 De leerlingen van vwo 4 vertelden thuis dat de toets Nederlands heel moeilijk was, maar dat
was volgens hun docenten niet waar (goed)
 Sinds maandag ben je verplicht op sommige plaatsen een mondmasker te moeten dragen
(fout)
 Sinds maandag ben je verplicht op sommige plaatsen een mondmasker te dragen (goed)

, Pleonasme
 Een vanzelfsprekende eigenschap van een woord(groep) wordt nog eens door een ander
woord uitgedrukt.
 Die eigenschap en het andere woord zijn niet dezelfde woordsoort.
 Je kunt maar een van de twee weglaten.

Voorbeelden:
 Als eerste wil ik beginnen met het voorstellen van het voetbalteam (fout)
 Ik wil beginnen met het voorstellen van het voetbalteam (goed)
 In het scheikunde lokaal hing altijd al een vieze stank (fout)
 In het scheikunde lokaal stonk het altijd al (goed)

Contaminatie
 Twee woorden of uitdrukkingen die (ongeveer) hetzelfde betekenen door elkaar halen.
 Als je de uitdrukkingen niet kent, is het heel lastig om een contaminatie te herkennen.

Voorbeelden:
 Mevrouw Matthijssen irriteert zich enorm aan contaminaties (fout)
 Mevrouw Matthijssen ergert zich enorm aan contaminaties (goed)
 Veel leerlingen beseffen zich niet dat twee uur huiswerk per dag normaal is in havo4 (fout)
 Veel leerlingen beseffen niet dat twee uur huiswerk per dag normaal is in havo4 (goed)


Paragraaf 2 verwijswoorden (belangrijke paragraaf)
 In zinnen verwijs je soms terug naar een eerder woord of een eerdere woordgroep (het
antecedent)
 Amsterdam ontleent veel van zijn charme aan zijn grachten
 De gemeente Zoetermeer wil haar ambtenaren graag een royaal kerstpakket geven, maar ze
heeft er niet genoeg geld voor.

Onjuist verwijswoord
(hij/zij/het/hem/haar/ze)
Woord waarnaar je verwijst Persoonlijk voornaamwoord Bezittelijk voornaamwoord
(antecedent)
Onzijdig (het-woord) Het zijn/z´n
Mannelijk (de-woord) Hij, hem zijn/z´n
Vrouwelijk (de-woord) Zij, ze haar/d´r
Bij voorwerpen/dingen altijd
ze!
Meervoud Zij, ze Hun

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kyraguilliet. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.42. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.42
  • (0)
  Add to cart