Dit document bevat uitwerkingen van alle kennisclips van trace vermogensrecht, blok 1 tot 6. Ik heb het tentamen met een 8 behaald en de groepsopdracht met een 9. De uitwerkingen zijn zeer volledig.
Internationaal privaatrecht, tracé vermogensrecht
Samenvatting kennisclips en jurisprudentie
,Blok 1 – Contractuele verbintenissen
Het thans in Nederland geldende conflictenrecht voor overeenkomsten is in sterke mate
gevormd door regels van Europese origine. Overeenkomsten die zijn gesloten in het tijdvak 1
september 1991 tot en met 16 december 2009, worden beheerst door het in 1980 in Rome tot
stand gekomen EEG-Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit
overeenkomst (EVO). Overeenkomsten die zijn gesloten op of na 17 december 2009, worden
daarentegen beheerst door Verordening (EG) 593/2008 (Rome I). Het systeem en de inhoud
van de Rome I-Verordening stemt overeen met het EVO, behoudens enkele wijzigingen. De
inhoud van de Rome I-Verordening staat in deze week centraal.
De conflictregels van de Rome I-Verordening berusten op een viertal beginselen. Het
uitgangspunt is dat partijen de vrijheid hebben om het op de overeenkomst toepasselijke recht
te kiezen (art. 3 Rome I). Bij gebreke aan een rechtskeuze, geldt het beginsel van de nauwste
verbondenheid; wat specifiek is uitgewerkt door middel van objectieve conflictregels voor een
aantal benoemde overeenkomsten (art. 4 Rome I). Daarnaast geldt een aantal bijzondere
objectieve conflictregels voor consumenten-, arbeids-, vervoers- en
verzekeringsovereenkomsten (art. 5-8 Rome I), waarbij de mogelijkheden voor het maken van
rechtskeuze worden ingeperkt. Ten slotte bestaan er correctiemechanismen in de vorm van
voorrangsregels (art. 9 Rome I) en de openbare orde (art. 21 Rome I). De vier genoemde
beginselen worden nader besproken en uitgewerkt in de videocolleges. Tevens wordt
aandacht besteed aan de verhouding tussen de Rome I-Verordening en Weens Koopverdrag
ten aanzien van het recht dat van toepassing is op internationale koopovereenkomsten.
Leerdoelen Na het afronden van dit blok:
• Kunt u het EVO-verdrag en de Rome I verordening van elkaar onderscheiden;
• Kunt u beredeneren wanneer het EVO-verdrag, dan wel de Rome I verordening van
toepassing is;
• Kunt u de belangrijkste conflictregels van de Rome I verordening toepassen op een
casus en aantonen wat het toepasselijk recht is op de casus;
• Kunt u beredeneren wanneer het Weens Koopverdrag van toepassing is in een
internationale casus.
Literatuur
• Strikwerda/Schaafsma, nrs. 224-233, 145-151
Jurisprudentie
• HR 13 mei 1966, NJ 1967/3 (Alnati)
• HR 12 januari 1979, NJ 1980/526 (Surinaams deviezenrecht)
• HR 25 september 1992, NJ 1992/750 (Balenpers)
• HvJ EG 6 oktober 2009, C-133/08, NJ 2010, 168 (ICF/Balkenende)
• HvJ EU 8 juli 2016, C‐191/15, EU:C:2016:612 (VKI/Amazon)
• HvJ EU 18 oktober 2016, C-135/15, ECLI:EU:C:2016:774 (Nikiforidis)
• HvJ EU 3 oktober 2019, C-272/18, JOR 2020/34 (VKI/TVP) m.nt. T.A.G. Bens
Wet- en regelgeving
• Verordening (EG) 593/2008 (Rome I)
• Art. 10:153-156 BW
• VN-verdrag inzake internationale koopovereenkomsten van roerende zaken van 1980
(Weens Koopverdrag)
,Kennisclips
Videocollege 1/3
Videocollege 1
• Inleiding
• Toepassingsbereik EVO/Rome I
• Rechtskeuze
Videocollege 2
• IV. Objectieve conflictregels
• V. Bijzondere conflictregels
• VI. Voorrangsregels en openbare orde
Videocollege 3
• VII. Weens Koopverdrag
I Inleiding – Bronnen
Toepasselijk recht: Conflictenrecht (verwijzingsregels)
• EEG-Verdrag inzake het toepasselijk recht op verbintenissen uit overeenkomst,
ondertekend te Rome op 19 juni 1980 (EVO)
• Verordening (EG) nr. 593/2008 inzake het recht dat van toepassing is op
verbintenissen uit overeenkomst (Rome I)
• Boek 10, Titel 13, art. 153-156 BW
Toepasselijk recht: Uniform (materieel) recht
• VN-Verdrag inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken,
ondertekend te Wenen op 11 april 1980 (Weens Koopverdrag)
I Bronnen in historisch/systematisch verband
De ontwikkeling van het Europese IPR begon met de invoering van het Verdrag van Brussel
(EEX-verdrag, executieverdrag) op waarvan de bevoegdheid en de erkenning en de
tenuitvoerlegging werd geregeld. Het Weens Koopverdrag staat los van Europese
, ontwikkeling. Het EVO werd in 1980 geïntroduceerd. Eigenlijk hebben daarna voornamelijk
nationale IPR wijzingen plaatsgevonden.
Het verdrag van Brussel is begin van deze eeuw omgezet naar de Brussel i verordening. In
het verlengde daarvan is de Rome II verordening aangenomen. De Rome II beheerst het
recht dat van toepassing is op niet-contractuele verbintenissen. Rome I is opgenomen als
opvolger van de EVO.
Vervolgens is in 2012 een aantal artikelen in het BW ontstaan die voorzien in de gevallen die
niet binnen de werkingssfeer van de Rome I of Rome II verordening. Ten slotte is de Brussel
I Bis verordening in het leven geroepen.
De Rome I en Rome II staan tot op zekere hoogte in verband met de Brussel I Bis
verordening. Gelijke termen moeten zoveel mogelijk gelijk geïnterpreteerd worden.
Omdat het Weens Koopverdrag materiele rechtsregels bevat, is het ook mogelijk dat dat
recht als toepasselijk wordt aangewezen.
II Toepassingsbereik EVO/Rome I
• Materieel: Verbintenissen uit overeenkomst (in burgerlijke en handelszaken) – art. 1
lid 1 EVO/art. 1 lid 1 Rome I
• Formeel: Universeel – art. 2 EVO/art. 2 Rome I
• Temporeel:
o Overeenkomst gesloten tussen 1 september 1991 en 16 december 2009 –
EVO (zie art. 29 EVO + Trb. 1991, 109)
o Overeenkomst gesloten op of na 17 December 2009 – art. 28 Rome I
Burgerlijke en handelszaken zie je niet in EVO, maar wel in Rome I. Daarin zie je verband
met Rome I en Rome II en Brussel I Bis. Dit is relevant omdat deze termen en de
interpretatie daarvan moet worden aangehaakt bij rechtspraak HvJEU. Een verbintenis uit
overeenkomst is elke verbintenis vrijwillig aangegaan jegens een andere partij. Daarop zijn
uitzonderingen.
Het formele toepassingsgebied van de EVO en Rome I is universeel. Dit betekent dat het
recht dat wordt aangewezen niet het recht van een Europese Lidstaat hoeft te zijn. Dit is
anders dan in de systemen van de internationale bevoegdheid waarin altijd een rechter van
de Europese uni wordt aangewezen en enkel van toepassing zijn indien verweerder
woonplaats heeft in de EU. Hier maakt dat niet uit want formele werkingssfeer is universeel.
De rechters van de EU lidstaten passen dit toe. Het maakt aldus niet uit of je naar de DU of
NL rechter gaat. Afhankelijk van het verschil zou op grond van Rome I het recht moeten
worden toegepast.
Voor toepasselijk recht moet je kijken naar de datum waarop de overeenkomst is
gesloten.
De term verbintenis uit overeenkomst is zeer ruim geïnterpreteerd in die zin dat elke, vrijwillig
aangegane overeenkomst jegens een andere partij daaronder valt. Dat betekent niet dat élke
verbintenis daaronder valt, enkel die van burgerlijke en handelszaken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LisannedeGraaf. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.67. You're not tied to anything after your purchase.