Uitgebreide toetsdoelen/samenvatting Psychologie van het persoonlijke waarbij gebruik is gemaakt van het boek: Personality Psychology (2e druk): Domains of Knowledge About Human Nature van McGraw- Hill. Naast het boek zijn ook de aantekeningen uit de lessen verwerkt in deze samenvatting. Dit vak wo...
Personality Psychology - A Conclusive Summary with visual aids that is easy to study
Personality Theory & Assessment - Exam Materials: Complete Book AND Lectures - BSc Psychology Y1, Period 5 - VU University Amsterdam
All for this textbook (5)
Written for
Hogeschool Leiden (HSL)
Toegepaste Psychologie
Psychologie van het persoonlijke
All documents for this subject (14)
9
reviews
By: oliwiabandura • 5 year ago
By: lu_alvescruz98 • 5 year ago
By: sulecopur • 5 year ago
By: mjflipsen • 5 year ago
Translated by Google
Hi Sulecopur, first of all thank you for your review. I would like to hear how you came to your review so I might be able to change things.
By: wram • 5 year ago
By: nassim-kasserine • 5 year ago
By: samverdaasdonk • 5 year ago
Translated by Google
A really bad summary with repetitions all the time, incorrect sentence structure, far too long, unclear or no explanation.
By: mjflipsen • 5 year ago
Translated by Google
Hello samverdaasdonk, how annoying to hear that the summary is not enough for you. I will definitely take your feedback with you. I hope you will be able to get your money back
By: joycevdven10 • 5 year ago
Show more reviews
Seller
Follow
mjflipsen
Reviews received
Content preview
Toetsdoelen Psychologie van het persoonlijke
Met betrekking tot de hoofdstukken: hoofdstukken 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 13, 14,
15, 16, 17 en 18, hoofdstuk 14 uit het boek van Zimbardo (Psychologie, een inleiding) en
de stof die aan bod is gekomen tijdens de werkcolleges.
Week 1: H1 & H2 (18 t/m 31)
Toetsdoelen week 1:
Hoofstuk 1:
1. De student kan de defnitie geven van het begrip persoonlijkheid, die in het
boek gehanteerd wordt als uitgangspunt
Persoonlijkheid: bestaat uit de verzameling persoonlijke kenmerken en mechanismen
binnen het individu die zijn georganiseerd. Deze verzameling is relatief langdurig en
beïnvloedt iemands interacties met en aanpassingen aan de intrapsychische, fysieke en
sociale omgeving. Psychological traits
2. De student kan de zes invalshoeken binnen de persoonlijkheidspsychologie
van elkaar onderscheiden.
3 niveaus om persoonlijkheid te kunnen analyseren:
1. Op het niveau van het menselijk ras (we zijn allemaal hetzelfde, theorie van Freud,
alle mensen hebben zich op een bepaalde manier gedragen wat invloed heeft op hun
verdere leven) The human nature level
2. Op het niveau van individuele of groepsverschillen (het verschil van
persoonlijkheid tussen groepen en individuen (zijn alle HBO studenten hetzelfde? Zijn alle
vrouwen hetzelfde en mannen? The level of individual and group diferences
3. Op individueel niveau. the individual uniqueness level
Als Tp’er zul je het meest op individueel niveau naar persoonlijkheid kijken.
De 6 domeinen/invalshoeken:
1. Dispotionele invalshoek: aanleg hebben voor iets, in hoeverre iemand op een
bepaalde manier een eigenschap bezit. Is het zo dat een introvert persoon ook sneller
verlegen is? dat soort vragen worden beantwoord. Op zoek naar een eenduidige
manier om de mens te beschrijven in (karakter)trekken (traits) binnen jezelf. : op zoek
naar een eenduidige manier om de mens te beschrijven in (karakter) trekken (traits) en
betekenisvolle verschillen tussen mensen dispositional domain
2. Biologische invalshoek: Stel je bent zeer dominant (uit test gebleken) dan kun je
daar een biologische reden achter zoeken genen, erfelijkheid of fysiek. biological
domain
3. Intrapsychische invalshoek: Humanistische invalshoek: puur betrekking tot
persoonlijkheid. Mensen worden gedreven door innerlijke processen:gedachten, angst,
verlangens of bijv. onbewuste motieven. Persoonlijkheid is misschien een uiting van
innerlijke driften vanuit de kindertijd die tot uiting komen is hier een voorbeeld van.
Freud, Maslow en Rogers komen hier aan bod. intrapsychic domain
,4. Cognitieve ervaringsinvalshoek: Grondlegger hiervan is George Kelly. Gaat over
het zelfbeeld: hoe zie jij jezelf en hoe zou je willen zijn. Welke gedachtes heb je in
bepaalde situaties en tot welk gedrag leidt dat? Emoties spelen hierbij ook een
belangrijke rol. cognitive-experiential domain
5. Sociaal- culturele invalshoek: sociale omgang en bepaalde technieken die je
daarbij hebt: zoals manipuleren, relaties en de verschillen tussen mannen en vrouwen en
culturen. social and cultural domain
6. Aanpassingsinvalshoek: Minder verklarend, maar meer een gevolg van je
persoonlijkheid. In hoeverre jou persoonlijkheid beïnvloed in hoeverre je om kunt gaan
met stressmomenten en spanning.(hoe je omgaat met/ aanpast aan ups & downs van het
dagelijks leven). Vb: dat je een probleem hebt daar goed op reageert situatie
neemt te lang aan waardoor uitputting van de situatie ontstaat, je kunt het niet meer
handelen. Bijv. omgaan met stress (coping) adjustment domain
deze domeinen vullen elkaar aan.
Hoofdstuk 2:
3. De student kan de verschillende soorten persoonlijkheidsdata onderscheiden
en toelichten aan de hand van voorbeelden.
Informatie krijg je op 4 manieren van iemands persoonlijkheid:
- Self-Report Data (S-Data): kan verkregen worden op verschillende manieren
zoals: vragenlijsten, interview met een persoon, dagboekverslag. Dit is handig als
je gericht informatie over een persoon wilt krijgen en zijn leven/omstandigheden
en/of gebeurtenissen (informatie die alleen die bepaalde persoon weet). let op!
Vragenlijsten horen hierbij en niet bij test data.
- Observer-Report Data (O-Data): vragenlijst ingevuld door iemand uit de
omgeving professionele observator. Iemand observeert en doet daaruit uitspraak
over iemands persoonlijkheid (van wat te zien is). Dit kan gaan over iemands
sociale reputatie of de impressie die iemand maakt.
inter-rater reliability: als er meerdere verschillende obervators zijn waardoor
onderzoekers kunnen meten in hoeverre en of de opgedane informatie van de
observators met elkaar overeenkomt. Dit is betrouwbaarder want er zijn meerdere
mensen die geobserveerd hebben.
- Test Data (T- Data): FMRI, experimenten. Deze methode gaat over het
uitvoeren van gestandaardiseerde testen. Bij deze testen/metingen, worden
testpersonen geplaatst in een gestandaardiseerde (objectief, volgens een vast
protocol) test situatie. Hierbij wordt gekeken of verschillende mensen op een
andere manier reageren op dezelfde situatie.
- Life- Outcome Data (L-Data): geboorteregister, facebook. Heeft betrekking tot
informatie die opgedaan kan worden van gebeurtenissen, activiteiten en
uitkomsten in iemands leven die beschikbaar zijn voor openbaar nauwkeurig
onderzoek. Bijvoorbeeld: huwelijken en scheidingen zijn zaken die openbaar zijn.
Persoonlijkheidspshychologen onderzoeken soms ook welleens hoe vaak iemand
en welke clubs iemand bezoekt.
,Week 2: Part 1 The Dispositional Domain blz 47
- Hoofdstuk 3: Trait and Trait Taxonomies blz 48 t/m 52 halverwege (tot:
Personality Coherence) blz 59 t/m 77 (vanaf Taxonomies of Personality)
- Hoofdstuk 4: Theoretical and Measurement Issues in Trait Psychology blz 78 t/m
halverwege 84 (tot: PersonSituation Interaction) blz 88 t/m blz 98 (vanaf
Measurement Issues) NB: NIET A Closer look: Observed and True Scores
- Hoofdstuk 5: Personality Disposition over Time: Stability, Coherence and Change
blz 99 t/m 102 (tot Personality Stability over Time) NB: NIET A Closer Look: A Case
of Personal Stability Blz 106 t/m 119 (vanaf Rank Order Stability in Adulthood) NB:
NIET A Closer Look: Adult Outcomes of Children with Temper Tantrums
Hoofdstuk 3
• De student kan verschillende taxonomieën van persoonlijkheid onderscheiden
en toelichten.
a) Hoe heet zijn model?
b) Hoeveel persoonlijkheidskenmerken heeft zijn model?
c) Welke persoonlijkheidskenmerken heeft zijn model (indien niet meer dan 10
kenmerken) en/of geef een korte beschrijving van het model.
1. Hans Eysenck
a) Hiërarchisch model van persoonlijkheid: PEN
b) Drie factoren
Psychoticisme (iemand met psychotische trekken, een psychopaat)
Extraversie- introversie
Neurotiscisme- emotionele stabiliteit
Hierachisch model die blz. 59.
Raymond Catell
a) de 16 persoonlijkheidsfactoren (personality factor system)
b) 16 persoonlijkheidskenmerken (je hoeft alleen te weten dat het er 16 zijn)
c) Zie boek blz. 64. Door middel van factoranalyse van S-data en T-data kwam hij tot deze
16 factoren) door middel van dit model kun je de basisdimensies van persoonlijkheid
identificeren.
waarschijnlijk heeft hij rekenfouten gemaakt: zijn onderzoek is niet meer te
reproduceren.
Jerry Wiggins
, a) Circumplex Taxonomies of Personality.
b) 2 dimensies/assen: vriendelijk/vijandig= x en dominant/onderdanig=y
c) Dominant- onderdanig en vijandig/ vriendelijk door het bestuderen van de taal,
kwam Wiggens tot deze dimensies in een cirkel. Deze twee dimensies geven een indicatie
bij welke persoonlijkheidskenmerken je het meest in de buurt komt.
Relaties tussen eigenschappen op 3 manieren:
1. Adjacency: trekken die naast elkaar of in de buurt van elkaar liggen, hebben een
positieve correlatie. (postieve correlatie)
2. Bipolarity: Trekken die elkaars tegengestelde zijn, liggen tegenover elkaar in het
circumplex. (negatieve correlatie)
3. Orthogonality: Trekken die haaks op elkaar staan (dus waar een hoek van 90 graden
tussen ligt), zijn ongerelateerd, dus hebben een correlatie van 0. (neutrale correlatie)
The Big fve : OCEAN: De theorie van de Big Five geeft vijf dimensies waarmee het
karakter, ofwel de persoonlijkheid, van personen beschreven kan worden door van elk
van die dimensies aan te geven of die meer of minder van toepassing is op die persoon.
1. Openheid
2. Conscientieusheid
3. Extraversie
4. Agreeableness- otewel vriendelijkheid of meegaandheid
5. Neurotiscisme
* Adaptieve nut van de Big Five:
– Vriendelijkheid (samenwerken – egoisme)
– Emotionele stabiliteit (angst om buitengesloten te worden)
– Extraversie (korte termijnrelatie – lange termijnrelatie)
Engelse vertaling: Hexaco model: zijn 6 persoonlijkheidseigenschappen die mensen
kunnen hebben:
Honesty- Humility
Emotionality
Extraversion
Agreeableness
Conscientiousness
Openness to experience
Hoofdstuk 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mjflipsen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.08. You're not tied to anything after your purchase.