Dit is een samenvatting voor 5 vwo aardrijkskunde van hoofdstuk WERELD Globalisering van BuiteNLand. Dit hoofdstuk gaat over globalisering, transport en voedsel. Het is een zeer goede samenvatting, alle belangrijke elementen zijn erin verwerkt en hij is gecontroleerd door de vakdocent aardrijkskun...
2.1 Krimpende wereld
Mondialisering of globalisering is het proces waarbij de
verwevenheid tussen gebieden en samenlevingen toeneemt.
Veel gebieden op de wereld worden nu wel een global village
genoemd, dit betekent dat de wereldbevolking een
gemeenschap is waarin relatieve afstand en isolatie sterk
verminderd zijn door transport- en communicatietechnologie.
We spreken ook wel van tijd-ruimtecompressie, de relatieve
afstand daalt.
De relatieve afstand is de afstand uitgedrukt in tijd, geld en
moeite die het kost om afstand af te leggen. De relatieve afstand
hangt af van verbindingen met (lucht)havens en economische
centra.
Afstandsverval is het verschijnsel dat de interactie tussen
gebieden afneemt naarmate de afstand toeneemt. De absolute
afstand is de afstand uitgedrukt in kilometers. Staatsgrenzen met
strenge grenscontroles en globalisering gaan slecht samen.
2.2 Transport en informatie
Een van de belangrijkste motoren achter het proces van
globalisering is de ontwikkeling van de transporttechnologie. Het goederentransport heeft
drie ontwikkelingen doorgemaakt:
1. Reis- en vervoerstijden zijn in de 20e eeuw erg gedaald
2. Transport is goedkoper geworden door een grotere capaciteit
3. De infrastructuur is enorm verbeterd (luchthavens, spoorwegen enz.)
Of goederen van het ene gebied naar het andere te vervoeren zijn, kan in de loop van de tijd
veranderen door:
- het verbeteren van de infrastructuur in een gebied
- het verdwijnen van politieke en economische barrières tussen gebieden
- innovaties op transportgebied. De meeste havens hebben zich aangepast aan de
komst van containers. Deze havens vormen belangrijke knooppunten in het
transportnetwerk voor goederen.
Volgens de interactietheorie moet aan drie basisvoorwaarden worden voldaan voordat er
uitwisseling van goederen tussen gebieden tot stand komt:
- Complementariteit. Het ene gebied moet iets kunnen leveren waar t andere gebied
naar vraagt.
- Transporteerbaarheid. Het product moet tegen een redelijke prijs en binnen een
redelijke tijd vervoerd kunnen worden. Dit verschilt wel per product.
, - Geen tussenliggende mogelijkheden. Het moet voor beiden het voordeligst blijven.
2.3 Globalisering tot 1980
Vanaf de grote ontdekkingsreizen in de 16e eeuw krijgen continenten en landen steeds meer
met elkaar te maken. Een land dat gedurende een bepaalde periode grote delen van de
wereld domineert op economisch, militair, financieel en cultureel gebied, noem je een
hegemoniale staat. Zo waren Portugal en Spanje twee hegemoniale staten.
De Nederlandse dominantie in de wereld was gebaseerd op scheepvaart, visserij en vooral
handel. De oprichting in 1602 van de Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC) leverde een
grote bijdrage aan het kolonialisme van Nederland. De invloed van deze eerste mno in de
wereld beperkte zich niet alleen tot de kuststrook rond versterkte handelsposten (bron 17),
maar drong ook tot ver in het achterland door. Er ontstonden twee soorten koloniën:
- Exploitatiekoloniën. Deze koloniën moesten grondstoffen leveren
- Vestigingskoloniën. Hier bleven de kolonisten permanent wonen. Europeanisering is
tot op de dag van vandaag in veel koloniën nog zichtbaar
Engeland nam de rol van de hegemoniale staat over om haar imperialisme te vergroten. In
de lange periode van Britse overheersing werden de banden tussen gebieden in de wereld
verstevigd door een combinatie van twee factoren:
- Door de industriële revolutie nam de vraag naar grondstoffen erg toe, deze
importeerden moederlanden uit haar koloniën
- Door verbetering van transport raakten de koloniën steeds meer verweven met het
moederland, economisch, sociaal-cultureel en politiek gezien
In de 19e eeuw, na de 2e Wereldoorlog, begon de dekolonisatie, maar de contacten tussen de
moederlanden en voormalige koloniën bleven nog lang intact.
2.4 Globalisering na 1980
Na 1980 ging globalisering nog sneller, door 3 met elkaar verweven ontwikkelingen:
1. Multinationals hebben een wereldnetwerk opgebouwd
2. Grote landen gooien hun grenzen open waardoor wereldwijde handel makkelijker
wordt, ook sluiten ze handelsakkoorden
3. De snelle ontwikkeling van transport- en communicatietechnologie
Wat zijn de geografische gevolgen van deze snelle globalisering?
- Arbeidsmarkten worden wereldwijd met elkaar verbonden. Steeds meer sectoren
gaan naar de (semi)periferie toe, dit komt voornamelijk door het lagere loon. Dit
proces heet uitschuiving
- Door het vele werk in de nieuwe industrielanden gaat ook het loon en de welvaart
omhoog, ze worden steeds interessanter als afzetmarkt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller quinnvanvugt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.