Wijsbegeerte en ethiek
Inhoudsopgave
Filosofie en economie.................................................................................................................................... 2
Transformatie van de waarheid...........................................................................................................................2
Aristoteles.............................................................................................................................................................2
Max Weber...........................................................................................................................................................4
Het esthetische stadium.......................................................................................................................................6
Stadia op de levensweg........................................................................................................................................6
Fenomenologie.....................................................................................................................................................7
Heidegger: Sein und Zeit......................................................................................................................................7
Sein zum tode.......................................................................................................................................................7
De gift (een economie van betekenis)..................................................................................................................8
Ethische theorieën......................................................................................................................................... 9
Utilitarisme.........................................................................................................................................................10
Deontologie: Immanuel Kant.............................................................................................................................12
John Rawls: een theorie van rechtvaardigheid..................................................................................................14
Robert Nozick.............................................................................................................................................. 18
Friedrich von Hayek..................................................................................................................................... 18
Democratie in debat.................................................................................................................................... 21
Karl Marx..................................................................................................................................................... 25
De zoektocht naar betekenis........................................................................................................................ 26
,Filosofie en economie
Inhoud: betekenisverschuiving van economie en geld
Oorsprong filosofie: school van Athene, mannen die voor het eerst samen nadenken over de
wereld en handel
Link tussen filosofie en handel is abstract en vaak negatief
Dood Socrates: Socrates werd geëxecuteerd omdat hij zogezegd kinderen op een foute
manier beïnvloedde. Hieruit ontstaat het verhaal van de discussie met zijn vrienden die de
bewakers willen omkopen en hem willen bevrijden maar hij wil dit niet.
Negatieve attitudes t.o.v. geld en handel
Geld heeft een verontrustend vermogen: zich iets toe-eigenen zonder het te
verdienen, geld werkt corrupterend
Plato tegen handelaars: ze produceren niets, zijn vaak vreemdelingen en waren vaak tegelijk
bankiers.
Daardoor Plato ook tegen havensteden
Socrates en Plato niet tegen bezit of rijkdom, maar wel als deze voortkomt uit handel of
financiële activiteiten. “Goede” rijkdom komt uit productieve arbeid.
Sofisten: verdienen geld door les te geven aan kinderen. Filosofen zijn tegen sofisten
aangezien kennis geen prijs heeft en sofisten volgens hen geen echte kennis hebben. (ze
verkopen “opinies”)
echte filosofen accepteren geen geld als betaling, de waarheid is onbetaalbaar en een
prijs plakken op kennis is intrinsiek problematisch.
Transformatie van de waarheid
Aristoteles
Presocratisch: ‘aletheia’, het “uit de mysterieusheid halen” door waarzeggers
Ontstaan van publieke ruimte: hervorming doordat er publieke ruimtes komen waar krijgers
hun buit ophalen, daar kan discussie gevoerd worden waardoor de waarheid ‘doxa’ wordt en
dus toegankelijk is voor iedereen.
Herwaardering van de sofisten in de context van de moderne democratie?
Nieuwe waarden: niet langer krijger zijn met militaire deugden, maar deelname aan het
leven in de polis.
Plato nog steeds tegen sofisten aangezien ze:
- Een pseudo waarheid verkopen
, - Handelaars zijn (geen auteur maar enkel verkoper)
- Sofisten zijn onwetend
Paradox van de sofisten: ze laten zich betalen (marktruil, dus gelijk aanzien als ruilpartner),
maar ze willen tegelijk prestige en erkenning.
Transformatie van educatie: publieke kennis voor ieder die betaald
! Echte kennis maakt mensen gelukkig
Oikonomia is volgens Aristoteles goed, er mag handel gedreven worden in bepaalde mate
zolang het doel van deze handel het voorzien van het gezin is.
Chremastiek is niet goed, het is handel drijven met het doel om geld te verdienen.
Wereldbeeld van Aristoteles: wetenschap moet enkel observeren, inventariseren en
classificeren.
Aristoteles meet niet, zoekt geen wiskundige verbanden maar probeert de essentie van
dingen te bepalen. Alle wetenschappen vormen volgens hem één geheel in een hiërarchische
volgorde, b.v. biologie < fysica < metafysica
De theorie van de 4 oorzaken:
De materiële oorzaak, de materie waaruit iets bestaat
De formele oorzaak, de vorm van een tafel zorgt ervoor dat deze niet omvalt
De efficiënte/ bewerkende oorzaak, de bron van verandering of rust, de beeldhouwer
is de bewerkende oorzaak van het totstandkomen van het beeld.
De doeloorzaak (teleologie), alles in de werkelijkheid streeft vanuit zichzelf een doel
na.
Teleologisch verklaringsmodel: alles heeft een “natuurlijke plaats”, een steen zijn natuurlijke
plaats is bv de grond. Daardoor valt een steen wanneer je deze loslaat.
Aristoteles: onbewogen beweger alles streeft een inherent doel na en deze doelen zijn
onderling verbonden. Er moet dus een ultiem doel zijn want anders is alle streven zinloos
- God als de onbewogen beweger: hij is zelf onbewogen want hij is volmaakt, hij doet wel
alles bewegen.
Moderne wetenschapsopvatting
Modern, mechanisch wereldbeeld, de natuur is één groot mechanisme
Verwerping van premoderne teleologie, theorie van evolutie (Darwin) + er is geen
doelgerichtheid: “dieper plan” in de natuur.
De (natuurlijke) werkelijkheid functioneert op zichzelf, zonder tussenkomst van God.
Dit is ook wetenschappelijk verklaarbaar.
Albert Camus: de mythe van Sisyphus
de beweging met de steen die telkens naar beneden rolt is zinloos, zinvolheid van het
leven is niet gegarandeerd
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller toonschepers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.