Een samenvatting afkomstig uit het boek 'De wereld van arbeidsbemiddeling' van Dorrepaal. I. & Weima-Oberink. M. De behandelde hoofdstukken worden volledig uitgewerkt. Door middel van opsommingen worden bepaalde aspecten verduidelijkt.
Arbeidsbemiddeling samenvatng hoofdstuk 1
Context van arbeidsbemiddeling
1.2 Defniies
Arbeidsbemiddeling: het bij elkaar brengen van werkgever (vraag) en werkzoekende (aanbod) op de
arbeidsmarkt met als doel de totstandkoming van een arbeidsverhouding of een overeenkomst tot
opdracht.
Intermediair: instantie die als derde persoon (tussenpersoon) de bemiddeling tussen vraag en
aanbod op de arbeidsmarkt tot stand brengt.
Opdrachtgever: organisatie die via een intermediair op zoek gaat naar een nieuwe (tijdelijke)
medewerker of een opdracht verstrekt aan een zzp’er.
Prospect: potentiile opdrachtgever.
Inlener: organisatie waarbij de feeibele arbeidskracht te werk is gesteld.
Accountmanager: medewerker in dienst bij de intermediair die verantwoordelijk is voor de acquisitie
bij bestaande opdrachtgevers en prospecten.
Consultant: persoon die vraag en aanbod op de arbeidsmarkt bij elkaar brengt (bijv. een bemiddelaar
van een detacheringsbureau)
Intercedent: medewerker van een uitzendbureau die verantwoordelijk is voor het
bemiddelingsproces.
Kandidaat/werkzoekende: persoon die via een intermediair op zoek is naar een nieuwe (tijdelijke)
arbeidsovereenkomst of die een re-integratietraject ondergaat.
Uitzendkracht: persoon die bij het uitzendbureau staat ingeschreven en voor bemiddeling naar
arbeids in aanmerking wil komen.
Detacheringskracht: werknemer in dienst van de intermediair die tijdelijk werkt bij de inlener.
Flexwerker: medewerker met een feeibel arbeidscontract die gelijktijdig dan wel volgordelijk
werkzaamheden verricht voor diverse organisaties.
Zzp’er: zelfstandige zonder personeel, die kan worden bemiddeld door de intermediair en niet in
dienst treedt bij de inlener of intermediair.
Corporate recruiter: medewerker in dienst van een organisatie die verantwoordelijk is voor het
inrichten en deels uitvoeren van het recruitmentproces van deze specifeke organisatie.
,1.3 De arbeidsmarkt
Arbeidsmarkt: ‘de abstracte markt’ waar vraag en aanbod van arbeids samenkomen.
Arbeidsmarkt wordt bepaald door de ontwikkelingen in de economie. Die bepalen de behoefe aan
nieuwe personeel.
Arbeidsmarkt = niet stabiel! Vraag en aanbod zijn nooit helemaal gelijk. Een aantal indicatoren die
iets zeggen over de toestand waardoor de arbeidsmarkt beter te voorspellen is:
- Aantal faillissementen: stijging geef aan dat de economie krimpt = werkgelegenheid daalt.
Afnemend faillissementen geef aan dat de economie aantrekt = werkgelegenheid stijgt.
- Uitzenduren: stijging van uitzenduren = economie trekt aan. Daling uitzenduren = economie
krimpt.
- Aantal beschikbare vacatures: meer vacatures = meer werkgelegenheid, minder vacatures =
minder werkgelegenheid.
- Arbeidsvolume (de hoeveelheid werk per iidseenheid die is ingezet op de arbeidsmarkt,
wordt uitgedrukt in fe’s): arbeidsvolume toegenomen = meer gewerkt, minder werklozen.
Het arbeidsaanbod, het aantal beschikbare banen wordt beïnvloed door:
- Arbeidsproduciviteit: innoveren in producten en processen waardoor soms banen verloren
gaan maar ook weer nieuwe werkgelegenheid ontstaat. Bijv. een robot die mankracht
overneemt.
- Loonniveau: hoger loon leidt tot een toename van arbeidsparticipatie.
- Onderwiis: hoger opleidingsniveau leidt tot een hogere arbeidsproductiviteit en hoger loon.
- Aanpassing wetteliike regels en bezuinigingen: door veranderende regelgeving kan de
overheid banen binnen een bepaalde sector laten stijgen of afnemen.
Op de arbeidsmarkt zijn diverse spelers actief:
- Overheid
- Werkgevers
- Beroepsbevolking: werkende/niet-werkende
- Intermediairs
Overheid
Streef naar een gunstige economische situatie waaruit voldoende werkgelegenheid voortvloeit. 〶ij
werken nauw samen met sociale partners (werkgever- en werknemersorganisaties) en oefenen
invloed uit door wet- en regelgeving en afspraken in bijv. een regeerakkoord.
Werkgevers
De vraagzijde van de arbeidsmarkt. zij hebben de vraag naar arbeidskrachten die de werkzaamheden
in de betrefende organisatie kunnen verrichten.
Totale vraagziide = bezete arbeidsplaatsen (alle banen die werknemers vervullen) + vacatures (de
onbezete arbeidsplaatsen)
Beroepsbevolking
De aanbodzijde van de arbeidsmarkt; mensen die in staat zijn arbeid te verrichten.
- Alle personen in Nederland tussen de 15 en 65 jaar
- Die minimaal 12 uur per week of meer betaald werken
Intermediairs
,Dienstverlenende instanties die de vraag- en aanbodzijde van de arbeidsmarkt met elkaar in contact
brengen. Het doel van het bij elkaar brengen is het sluiten van een overeenkomst.
Arbeidsovereenkomst: een overeenkomst tussen werkgever en werknemer die betrekking heef op
het verrichten van arbeid.
Werkende beroepsbevolking kan worden onderverdeeld in:
- Werknemers met een vaste arbeidsrelaie: werknemers in vast dienstverband (onbepaalde
tijd)
- Werknemers met fexibele arbeidsrelaie: uitzendkrachten, oproepkrachten, invalkrachten,
payrollkrachten, zelfstandig zonder personeel (〶〶P’ers) mensen met een tijdelijk contract
- Zelfstandigen: zelfstandig ondernemers
Inzet van bedrijven van feeibele arbeidskrachten groeit steeds meer, zij willen slechts een kern van
vaste werknemers overhouden.
2 belangrijke thema’s op de arbeidsmarkt zijn feeibilisering en arbeidsparticipatie.
Flexibilisering groeit steeds meer door de behoefe op snel kunnen reageren op een snel
veranderende omgeving en de huidige generatie werknemers heef meer behoefe aan
onafankelijkheid, projectmatig werken, afwisseling in organisaties en eigen keuzes maken.
Er ontstaan 4 feeibiliteitsmaatregelen:
- Interne kwanitaieve fexibiliteit: door deeltijdcontracten en feeibele werktijden;
- Interne kwalitaieve fexibiliteit: inzet van menselijk kapitaal bij bedrijven door brede
inzetbaarheid van het personeel en het feeibel proces;
- Externe kwanitaieve fexibiliteit: door de inzet van feeibele contracten;
- Externe kwalitaieve fexibiliteit: door in- en uitbesteden van werk.
Arbeidsparicipaie: het aantal mensen van de beroepsbevolking dat daadwerkelijk arbeid verricht.
De arbeidsparicipaiegraad zal in Nederland omhoog moeten om in de toekomst economische groei
te realiseren en de kosten van pensioenen en de verzorgingsstaat te blijven dragen.
Structurele werkloosheid: de vraag van arbeid zal nooit geheel aansluiten op het aanbod van arbeid,
de beschikbare werkervaring of competenties passen bijv. niet binnen een openstaande vacature. De
werkloosheid zal hierom nooit helemaal kunnen verdwijnen.
1.4 Arbeidsbemiddeling in historisch perspecief
Arbeidsbemiddeling: voortdurende bemoeiing met het doel, werkgevers en werkzoekende bij het
zoeken naar arbeidskrachten en arbeidsgelegenheid behulpzaam te zijn.
Ter beschikking stellen: het tegen vergoeding ter beschikking stellen van arbeidskrachten aan een
ander voor het, anders dan op grond van een met deze gesloten arbeidsovereenkomst, in diens
onderneming verrichten van de daar gebruikelijke arbeid. (wet uit 1965)
In 1983 bereikte het werkloosheidscijfer in Nederland een hoogtepunt. De Sociaal-Economische Raad
bracht daarom een adviesaanvraag in voor een nieuwe Arbeidsvoorzieningswet.
, De Arbeidsvoorzieningswet uit 1990 maakte ruimte voor andere vormen van arbeidsbemiddeling.
Tot dusver was alleen de overheid daartoe bevoegd.
De Arbeidsvoorzieningswet uit 1996 stelde als doelstelling: de aansluiting van vraag en aanbod van
arbeid, toegespitst op de doelgroep van moeilijk plaatsbare werkzoekenden.
UWV: op dit moment het enige niet-private, landelijk opererende arbeidsbemiddelende organisatie
die door de overheid is aangewezen om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt bij elkaar te brengen.
Vandaag de dag onderscheiden we veel arbeidsbemiddelende bureaus, daarvan is het UWV de
bekendste. Denk hierbij aan uitzendbureaus, werving- en selectiebureaus, detacheringsbureaus en
headhunters. Kenmerkend is dat zij vraaggericht werken.
Vraaggerichte arbeidsbemiddeling: bemiddeling waarbij de vacature van een organisatie het
vertrekpunt is in de procedure.
Er zijn ook arbeidsbemiddelde bureaus die dienstverlening opstarten vanuit de kandidaat.
Kenmerkend is dat zij aanbodgericht werken.
Aanbodgerichte arbeidsbemiddeling: bemiddeling waarbij de kandidaat die zich (her)oriinteert op
de arbeidsmarkt het vertrekpunt is in de procedure.
1.5 Vraaggerichte arbeidsbemiddeling
Zelfstandig Zonder Personeel (ZZP’er): mensen die niet in loondienst komen bij de opdrachtgever of
de intermediair, maar vanuit zelfstandig ondernemerschap projectopdrachten uitvoeren binnen
organisaties. 〶zp’ers maken steeds meer gebruik van de diensten van een bemiddelingsbureau om
opdrachten binnen te slepen.
Zelfstandig Professional (ZP’er): ondernemers en zelfstandigen met personeel (medewerkers in
dienst dus)
Gemiddeld oriinteert 20% van de beroepsbevolking zich via een bemiddelingsbureau op de volgende
loopbaanstap.
binnen het vlak van arbeidsbemiddeling zijn een aantal functies zichtbaar die direct of indirect een
bijdrage leveren aan het bij elkaar brengen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt:
1 Accountmanager: verantwoordelijk voor het gehele acquisiietraiect (contact leggen met nieuwe
of bestaande relaties om te kijken of er vacatures zijn waarvoor hij kandidaten kan leveren) ook sluit
hij/zij contracten af met opdrachtgever, bespreekt leveringsvoorwaarden en onderhandelt over prijs
van het geleverde werk.
2 Consultant: maakt een functieanalyse en zet deze uit op verschillende media. Vervolgens selecteert
hij geschikte kandidaten en nodigt hen uit voor een gesprek om te zien of zij geschikt zijn voor de
baan. Consultant is in dienst bij een werving- of selectiebureau, detacheringsbureau of een
headhunter.
3 (Re)searcher: zoekt geschikte kandidaten voor vacatures die openstaan bij de
arbeidsbemiddelende organisatie waarvoor hij werkt. Als zij kandidaten hebben gevonden worden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rachelva. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.