Samenvatting 1e jaar Privaatrecht Rechtsgeleerdheid UvA
10 views 2 purchases
Course
Privaatrecht
Institution
Universiteit Van Amsterdam (UvA)
Book
Hoofdstukken vermogensrecht
Vrijwel al de literatuur van 1e jaar Privaatrecht aan de UvA is samengevat. Ook zijn er verwijzingen gegeven naar jurisprudentie en de belangrijke rechtsoverwegingen, met uitleg erbij. Verder staan er in de tekst overzichtelijke markeringen en opsommingen ter verduidelijking van de literatuur. Cijf...
Week 1
Hoofdstukken vermogensrecht
1.1 – 1.2.1
Burgerlijk recht omvat het personen- en familie recht en het vermogensrecht.
Het vermogen bestaat uit goederen, een ‘goed’. Goederen zijn zaken en vermogensrechten
(art 3:1). Zaken zijn stoffelijke objecten (art 3:2) en dieren (art 3:2a). Vermogensrechten zijn
wel goederen maar geen zaken. Boek 3 BW heeft betrekking op zowel zaken als
vermogensrechten, boek 5 alleen op zaken (de stoffelijke objecten).
Registergoederen zijn goederen waarbij voor de overdracht of vestiging er inschrijving nodig
is in de openbare registers. Alle onroerende zaken zijn registergoederen, ook sommige
roerende zaken zijn registergoederen (hele zware vrachtschepen en vliegtuigen). Daarnaast
kunnen ook sommige vermogensrechten registergoederen zijn (erfpachtrecht en
opstalrecht).
Onder het vermogensrecht vallen eigendom en vorderingsrecht.
Vorderingsrecht is een relatief recht ->het heeft betrekking tussen maar 2 personen, de
schuldenaar en de schuldeiser.
Eigendom is een absoluut recht -> het kan worden gehandhaafd tegenover iedereen. Iets is
van jou en niemand anders. Hier vallen 2 aspecten onder:
- Exclusiviteit
- Gevolg
Eigendom is een exclusief recht, jij bent de eigenaar en niemand anders, alleen jij mag je
fiets gebruiken.
Daarnaast heeft eigendom een gevolg, ondanks dat je fiets gestolen wordt blijf jij de
eigenaar. Als iemand jou fiets steelt behoort dat niet tot het vermogen van de dief.
2.1 – 2.4
Een obligatoire (verbintenisscheppende) overeenkomst zorgt dat partijen zelfstandig
rechtsbetrekkingen (=juridische verhouding) kunnen uitvoeren. Een verbintenis is een
vermogensrechtelijke verhouding tussen 2 of meer personen. De crediteur is tot een
prestatie gerechtigd, de debiteur is tot een bepaalde prestatie verplicht.
Soms ontstaat een verbintenis rechtstreeks uit de wet, anders scheppen de partijen zelf
overeenkomsten.
Naar obligatoire overeenkomsten heb je ook bijv familierechtelijke overeenkomsten en
bewijsovereenkomsten (hoe feiten tussen partijen bewezen moeten worden).
Art 6:217 BW stelt dat een overeenkomst ontstaat door aanbod en aanvaarding. Aanbod kan
worden omschreven als een wil die zich openbaard door een verklaring, een wilsverklaring
(het is een rechtshandeling art 3:33 BW). Het aanbod biedt de belangrijkste verplichtingen
die uit de overeenkomst voortvloeien, aanvaarding doet de overeenkomst tot stand
brengen.
Soms, zoals in de casusvraag in de wg, is een aanbod dusdanig vaag of is er onvoldoende
duidelijkheid omtrent de belangrijkste verplichtingen, dan is er sprake van een uitnodiging
tot het doen van een aanbod.
, Artikelen Privaatrecht
Hierin is het arrest Hofland/Hennis van belang, bovenste rechtsregel pag 79: de HR stelde
hier dat een advertentie waarin een individu een zaak voor een bepaalde prijs verkoopt, dit
in beginsel moet worden opgevat als een uitnodiging om in onderhandeling te treden. Het
hebben van een advertentie wordt niet gezien als het doen van een aanbod.
Als er niet anders is overeengekomen bij het sluiten van de overeenkomst, dan vloeien uit de
wet de eisen van redelijkheid en billijkheid voort.
Soms wordt een overeenkomst gesloten zonder dat duidelijk is welke verklaring het aanbod
en welke de aanvaarding bevat.
Wanneer een aanbod is aanvaard is er sprake van een overeenkomst. Het aanbod kan niet
meer worden ingetrokken. Voorafgaande aan de aanvaarding kan dat nog wel. Het aanbod
schept een wilsrecht, tot wanneer is deze van kracht?
Een aanbod is niet meer van kracht als:
- Het aanbod wordt verworpen (art 6:221 lid 2 BW).
- Door tijdsverloop, een mondeling aanbod dient meteen te worden aanvaard, tenzij
er een uitdrukkelijk termijn is bepaald.
Een schriftelijk aanbod dient binnen redelijke tijd te worden aanvaard (art 6:221 lid 1
BW), tenzij in het aanbod een termijn is opgenomen.
- De aanbieder herroept het aanbod (art 6:219 lid 1 BW).
Een herroeping kan alleen als het aanbod niet is aanvaard of er niet een mededeling voor
aanvaarding is verzonden (art 6:219 lid 2 BW).
Als er sprake is van een vrijblijvend aanbod, dan kan het aanbod nog worden ingetrokken
ook nadat het is aanvaard (art 6:219 lid 2 BW). Dit is een aanbod met verzwakte werking.
Als er een onherroepelijk aanbod is gedaan, dan kan het aanbod niet worden ingetrokken,
ook niet voordat het aanbod is aanvaard (art 6:219 lid 1 BW). Dit is een aanbod met
versterkte werking.
Een onherroepelijk aanbod doet zich voor:
- Via een contractuele weg wordt een onherroepelijk aanbod gedaan
Maak gebruik van dit als huur, wens je het te kopen dien je 500 euro te betalen. Staat dit
contractueel vastgelegd dan is het een onherroepelijk aanbod.
- Er een termijn voor aanvaarding is
Dit kan je kopen voor 300 euro, de offerte is geldig tot het eind van de maand. Dit is een
onherroepelijk aanbod door de gestelde termijn.
Onherroepelijk aanbod is vaak uitdrukkelijk vermeld, maar wordt anders verwoord als
‘aanbod geldt tot’ of ‘aanvaarding voor…’.
Het intrekken van een verklaring is anders dan een herroeping. Een herroeping kan worden
gedaan na het doen van een geldig aanbod voordat er aanvaarding heeft plaatsgevonden. Bij
het intrekken van een verklaring wordt er voorkomen dat er een geldig aanbod tot stand
komt (art 3:33 lid 5 BW), door bijvoorbeeld te laten weten dat het gedane aanbod onjuist is,
of dat er sprake is geweest van een vergissing. Het intrekken van een verklaring dient voor of
gelijktijdig met het aanbod degene tot wie het is gericht, te bereiken.
, Artikelen Privaatrecht
De aanvaarding laat de overeenkomst tot stand komen. Vraag is op welk moment er sprake
is van een aanvaarding. Bij mondeling en telefonisch contact is dit direct, dit is geen
probleem. Wanneer is er dus sprake van een aanvaarding?
Voorbeeld: Bij het doen van een aanbod kan er een herroeping plaatsvinden tot het
moment dat de persoon aan wie het aanbod gericht is het aanbod aanvaard. Dus als iemand
via een brief laat weten dat diegene het aanbod accepteert, dan kan er geen herroeping
meer plaatsvinden, nu is er echter geen sprake van een overeenkomst. Van een
overeenkomst is pas sprake als de aanvaarding aan is gekomen bij de persoon (dit is de
ontvangsttheorie). Hier gaat het om het moment dat de persoon het had kunnen lezen (bijv
op 14jan) en niet pas op het moment dat de persoon dit daadwerkelijk leest (bijv 16jan). De
overeenkomst komt dus tot stand op het moment dat de aanvaarding gelezen had kunnen
worden door de aanbieder.
Het is van belang om te weten dat een herroeping ontvangen moet zijn voordat de
aanvaarding is verstuurd (art 3:37 lid 3). De herroeping kan dus verstuurd zijn voordat de
aanvaarding is verstuurd, alleen als de herroeping nog niet ontvangen is voordat de
aanvaarding wordt verstuurd, is de herroeping niet geldig. De overeenkomst heeft
plaatsgevonden.
Sommige personen dienen niet zelfstandig aan het rechtsverkeer deel te nemen, zij worden
vertegenwoordigd. Dit zijn de handelingsonbekwame. Handelingsbekwaamheid is dat je zelf
rechtshandelingen kan verrichten.
Wat niet valt onder handelingsbekwaamheid is gebondenheden die voorvloeien uit
onrechtmatige daden (dit zijn geen rechtshandelingen) en de mogelijkheid een
rechtshandeling voor een andere uit te voeren (geen eigen gebondenheid). <18 jaar wordt
gezien als handelingsonbekwame (tenzij gehuwd). In beginsel is de rest handelingsbekwaam.
Uitzonderingen van de wetgever op de regel dat <18 niet handelingsbekwaam is en
daarboven wel iedereen:
(1) Gevallen waarin minderjarige zelf rechtsgeldige handelingen kan verrichten:
- Toestemming van wettelijke vertegenwoordiger (art 1:234 lid 1 BW) -> bijv met
toestemming ouders
- Veronderstelde toestemming (art 1:234 lid 3 BW) -> het is normaal dat deze
minderjarige bijv boodschappen doen.
- Handlichting (art 1:235 BW) -> Minderjarige van minstens 16 krijgen beperkte
handelingsbekwaamheid van de kantonrechter
- Maken testament (art 4:55 BW) -> minderjarige van minstens 16 kunnen
onaantastbare testamenten maken.
- Geneeskundige behandeling (art 7:447 lid 1 BW) -> minderjarige van minstens 16
mag een geneeskundige behandeling aangaan.
- Aangaan arbeidsovereenkomst (art 7:612 lid 1) -> een arbeidsovereenkomst
aangaan.
(2) Gevallen waarin meerderjarige niet handelingsbekwaam geacht worden:
- Bijvoorbeeld alcoholisten, geestelijk gestoorden, drugsverslaafden etc worden door
de wetgever geacht niet handelingsbekwaam te zijn.
, Artikelen Privaatrecht
Curatele ontneemt meerderjarige van hun handelingsbekwaamheid, een curator wordt
benoemd die de ‘belangen’ waarneemt, deze is nu de wettelijke vertegenwoordiger van de
curandus.
Het recht van de handelingsonbekwame kent meer prioriteit dan de belangen van het
handelsverkeer. Als een handelingsonbekwame minderjarige iemand misleidt, kan de
vertegenwoordiger de overeenkomst tenietdoen. In sommige gevallen kan er door de
handelingsbekwame partij wel een schadevergoeding gevorderd worden.
2.4
Een rechtshandeling is opgebouwd uit wil en verklaring. Aan contractuele gebondenheid ligt
ten grondslag een volwaardig wilsbesluit en de verklaringsleer, wat inhoudt dat men
gebonden is aan de verklaring. Dit kan tot moeilijkheden leiden, de wetgever heeft gekozen
voor de dubbele grondslag leer. De wil is de primaire grondslag, daarna komt subsidiair het
opgewerkte vertrouwen. Als overduidelijk is dat de wil en de verklaring niet overeenkomen,
is de overeenkomst niet geldig. Art 3:35 BW luidt echter dat als iemand een aanbod doet die
redelijkerwijs kloppend zou kunnen zijn, via de vertrouwensleer alsnog een geldige
overeenkomst kan vormen.
Dus goed kijken naar wat is de wil, hoe ver ligt de wil af van de verklaring (is dit gigantisch of
is er sprake van een redelijkerwijs normaal aanbod). Dan nagaan of er sprake is van een
geldige overeenkomst.
2.4.1
De door een handelingsonbekwame gesloten overeenkomsten zijn vernietigbaar, zo ook bij
mentaal zieken (art 3:34 BW). Bij mentaal zieken wordt geacht de overeenstemmende wil te
ontbreken, ondanks dat op het oog een aanbod qua wil en verklaring redelijkerwijs goed
overeenkwamen. Dit is helemaal zo, als een aanbod voor de mentaal zieke persoon nadelig
is voor hemzelf, de tegenpartij kan echter met tegenbewijs komen, als volgens art 3:35 BW
er sprake is van gerechtvaardigd vertrouwen (vertrouwensbeginsel) dan kan een beroep op
een geldige overeenkomst succesvol zijn.
2.4.2
Art 3:35 BW beschermt de ‘fidens’ (degene met gerechtvaardigd vertrouwen) tegen degene
die verklaarde dat de overeenstemmende wil ontbrak, de ‘nolens’. Vraag is wanneer het
vertrouwen gerechtvaardigd is. Dit hangt af van de gegeven omstandigheden, die gaan
steeds zwaarder wegen naarmate de overeenkomst voor de nolens steeds nadeliger wordt.
Het vertrouwensbeginsel is ook van belang als er misverstanden ontstaan uit de
overeenkomst.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller guusbeaumont. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.36. You're not tied to anything after your purchase.