36.1 Balans en winst-en-verliesrekening
Balans: overzicht van bezittingen, schulden en eigen vermogen op een bepaald moment
Debet: vaste activa, vlottende activa (max 1 jaar mee)
Aan de debetkant is de volgorde van meer naar minder lang aanwezig. Dit principe doe je
ook binnen de 2 groepen zelf:
Vaste activa: Een gebouw gaat langer mee dan een machine, daarom gebouw boven
machine binnen de vaste activa
Vlottende activa: Debiteuren zijn in het algemeen langer aanwezig dan kas, daarom
debiteuren boven kas.
Credit: eigen vermogen, de schulden op lange termijn (> 1 jaar) en de schulden op de
korte termijn (<1 jaar)
Aan de creditkant is de volgorde ook van meer naar minder lang aanwezig.
Eigen vermogen: aandelenkapitaal langer aanwezig dan reserves
Vreemd vermogen: volgorde op basis van looptijd: hypotheek, crediteuren, te betalen
belasting, lening bank
Kijk goed naar bovenstaande volgorde van de balansposten (moet zelf ook balans
samenstellen en posten in de goede volgorde zetten).
Nav de sommen:
In de sommen maakt men verschil tussen afschrijving en afschrijvingskosten
Bv gebouw 3.500.00, afschrijvingen 1.715.000 en afschrijvingskosten 136.000
Dit verwerkt je als volgt:
balans: 3.500.000-1.715.000=1.785.000
w/v rekening: afschrijvingskosten 136.000
Maatschappelijk aandelenkapitaal: het max bedrag dat de onderneming aan aandelen
mag uitgeven volgens de statuten.
,Voorzieningen: reservering voor tegenvallers, staat onder de reserves en boven vreemd
vermogen
Winst-en-verliesrekening : overzicht van de opbrengsten en de kosten van een
onderneming over een bepaalde periode.
Het verschil tussen de opbrengsten en de kosten noemen we het resultaat of winstsaldo.
Sommen gaan uit van een BV/NV, er moet dan vennootschapsbelasting (VPB) over de
winst betaald worden (20%). Winstsaldo wordt dan gesplitst in netto winst en VPB.
Btw=21%
W/V in scontrovorm:
In dit voorbeeld is het winstsaldo voor belastingen (want er staat geen VPB in😊).
W/V in paginavorm:
Bij paginavorm werkt men dus met bruto winst waarvan dan weer de overige kosten
worden afgehaald.
Als een onderneming de interestkosten- en opbrengsten liever apart houdt ,
neemt ze het financieringsresultaat (het verschil tussen de interestkosten en
de interestopbrengsten) apart op. Waarom? Dan geef je meer inzicht hoe het
resultaat is opgebouwd, als je bv visboer bent en 90% van het resultaat komt uit rente en
slechts 10% uit de visverkoop, dan zegt dat wel iets over de bedrijfsvoering.
Stel dat het bedrijf boekwinst maakt op de verkoop van een auto/pand etc: dan
voeg je een regel toe net zoals de interestkosten/opbrengsten:
verkoopopbrengst 50.000
boekwaarde 35.000
, boekwinst 15.000
Je hebt dus eerst omzet, inkoopkosten van de omzet, dit geeft bruto winst, dan
bedrijfskosten eraf
en dan mogelijk nog wat bijzondere dingen zoals boekwinst, financieringsresultaat.
Voorbeelden van balans- en w/v- mutaties
1. Koopt goederen op rekening voor 420.000
Let op: Btw werkt alleen door crediteuren en te vorderen BTW.
I
2. Verkoopt goederen voor 630.000 op rekening en 15.000 contant (excl btw).
Deze goederen hebben 500.000 gekost:
Omzet: + 645.000
Inkoopwaarde omzet: +500.000
Voorraad: -500.000
Debiteuren +762.300 (630.000+21%)
Kas +18.150 (15000+21%)
Te betalen BTW: +135.450 (645.000*0,21%)
Winstsaldo: 145.000
Let op: de Btw werkt dus alleen door in een ophoging van debiteuren en kas en te betalen
btw.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller michelleroos55. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.