100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Aantekeningen hoorcolleges Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten $3.75
Add to cart

Class notes

Aantekeningen hoorcolleges Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten

 15 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Aantekeningen van de hoorcolleges van Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten (2023/2024)

Preview 4 out of 36  pages

  • March 22, 2024
  • 36
  • 2023/2024
  • Class notes
  • Mariet hefting
  • All classes
avatar-seller
Biodiversiteit en ecosysteemdiensten

College 1

Duurzaamheid essentieel voor economische activiteit  oogsten natuurlijke hulpbronnen,
luchtverontreiniging, watervervuiling

Ecologie = wetenschap die bestudeerd hoe organismen samen leven met hun abiotische (b.v. zon) en
biotische (levend) factoren  jonge wetenschap (150 jaar)

Exploitatie  hoe mens milieu en natuur beïnvloedt

Duurzaamheid  hoe natuur en milieu grenzen stellen aan economische exploitatie door de mens

Watervervuiling Brabant  schuim in water, gebrek aan licht, geen fotosynthese, ecosysteem stort
in

Breedtegraad gradienten als analoog voor temperatuur

Natuurlijk evenwicht  ingrijpen mens; overbevolking

Menselijke activiteiten belasten milieu  voedselproductie  ontbossing, biodiversiteit, ecosysteem

Gebruik van zoet water  extremere droogtes, dammen verhinderen rivierdelta

Natte ecosystemen (wetlands)  enorme hoeveelheden koolstofopslag

Palmolie i.p.v. fossiele brandstoffen  veengronden droogleggen + aanleg plantages = veel CO2 vrij

Hulpbronnen uit de zee  structureel probleem bij vissen, populaties kunnen niet herstellen

Biodiversiteit direct gekoppeld aan functioneren ecosystemen

Living Planet Index = maat voor biodiversiteit

Ecological footprint = hoeveelheid biologisch productief land en water nodig is voor voorziening van
ecologische resources

Duurzaamheid  gecontinueerd of herhaald in voorziene toekomst

Biocapaciteit = schatting productie bepaalde biologische materialen zoals natuurlijke hulpbronnen en
de absorptie en filtering va na andere materialen zoals koolstofdioxide

Fundamentele vergelijking ecologie  slides (delta N = D -….)

Zolang geboortecijfer boven sterftecijfer ligt = exponentiële groei

Westerse wereld  sterftecijfer daalt sneller dan geboortecijfer (medische voorzieningen)

Ontwikkelingslanden zelfde, maar dan later

Reductie geboortecijfers niet voldoende  leeftijdsopbouw ook van belang

Carrying capactity aarde  onduidelijk, afhankelijk van aannames

Belangrijk component draagkracht  oogsten natuurlijke resources

Voorbeeld visserij  overexploitatie (b.v. kabeljauw Newfoundland Canada, instorten economie)

,Kweken monocultuur (één bepaald gewas/één soort vee) zo efficiënt mogelijk geoogst, controle
over productie, ziektes, bodemerosie, watervervuiling

Plaag = soort voor mens ongewenst

Natuurlijk vijanden ter bestrijding  verdwijnen bij monocultuur/gebrek aan biodiversiteit

Chemische pesticiden:

- Korte termijn oplossing
- Niet selectief genoeg  ook natuurlijke vijanden worden gedood
- Resistentie-opbouw plaagsoort
- Daarom vaak: biologische controle (= natuurlijke vijanden)

Zoet water  belangrijk, maar schaars  toekomstige bron oorlogen, landbouw intensief gebruiker

Bescherming milieu heeft zich ontwikkeld  wereldwijde schaal (Parijs (klimaat), Rio de Janeiro,
Montreal (CFK’s, ozon) verdragen)

Nog steeds vaak symptoombestrijding i.p.v. bij wortel aan te pakken

Duurzame oplossingen  milieuproblemen door inefficiënt gebruik hulpbronnen

Drie basisvoorwaarden duurzame ontwikkeling:

- Sociale
- Economische
- Milieudoelstellingen



College 2

Mens is onderdeel van natuur en afhankelijk van natuurlijke
ecosystemen voor economisch belangrijke hulpbronnen en
ecologische diensten die ssentieel zijn voor voerleving en lange-
termijn welvaart en gezondheid

De ecologie is de wetenschappelijke studie van de verspreiding
en aantallen van organismen en van de interacties die deze
verspreiding en aantallen bepalen  mens belangrijke rol

Hiërarchie ecologische systemen:

Verschillende communities  ecosysteem

Biosfeer = enorm biologisch systeem dat gehele planeet omvat

Gesloten systeem  materialen gerecycled om leven in stand te
houden

Enige bijdrage buiten is zonne-energie  energie voor
levensprocessen

Bestaat uit begrensde gebieden (biomen)  hfdstk 5

Specifieke fysische/chemische condities/groepen organismen

,Ecosysteem = het systeem dat resulteert uit de interacties tussen organismen en hun omgeving
(Arthur Tansley)

Omgeving bestaat uit:

- Abiotische factoren
o Klimaat (neerslag, wind, lucht, temp.)
o Edaphic (bodem, pH, nutriënten, topografie)
- Biotische factoren

Fundamentele ecologische principes

- Omgevingsfactoren (abiotische factoren variëren in ruimte/tijd)
- Organismen hebben constant intern milieu nodig  homeostase
- Functioneren alleen mogelijk binnen beperkt tolerantiebereik
(niche)  verschilt tussen organismen (resource-optimum)

Niche = scala aan fysieke en chemische omstandigheden waaronder een
soort kan voortbestaan (overleven en reproduceren) en de reeks essentiële
hulpbronnen die ze gebruikt

- Functionele relaties van organisme met omgeving  veelheid dimensies = hypervol
- Soms ook rol van organisme in omgeving/bezetting

Habitat = verblijfplaats soort  voldoet aan niche variabelen

Niche/optimum curve kan veranderen  acclamatie organismen, verschillende levensfasen

Niche breedte  smal, hoog = kleine tolerantie (specialisten), breed = grote tolerantie (generalisten)

Optimumcurve niet altijd klokvormig (b: straling, c: zink)




Niche variabelen:

- Condities
o Veranderbaar
o Niet consumeerbaar
o Voorbeelden:
 Temp.
 pH
 zoutgehalte
 vochtigheid
 vervuiling
 frequentie van verstoring (b.v. grasmaaien)

, - Resources
o Veranderbaar
o Consumeerbaar
o Voorbeelden:
 Straling
 CO2
 Water
 Nutriënten
 Voedsel
 Nestplaatsen (consumeert omdat er een paar vogels per nest kan zitten)

Biotische componenten = organismen in ecosystemen  vormen levensgemeenschappen

Concurrentie tussen soorten in zelfde habitat als niches overlappen

Mens belangrijke concurrent in natuurlijke systemen  geavanceerde technologie/enorme
populatie maken mogelijk om veel soorten weg te concurreren  lange termijn dominantie
schadelijk

Fotosynthese = basis voor alle leven op aarde 
zonne-energie voor omzetting (straling (PAR)
belangrijke resource)

Deel straling spectrum bruikbaar voor fotosynthese  380 – 710 nm

Varieert in tijd op lokale schaal, inkomend varieert op wereldschaal met breedtegraad

Voorbeeld: naaldbomen aangepast aan fotosynthese-arme omgeving (efficiënt, rond om al het
zonlicht op te nemen, leven lang, weinig onderhoud)

Bomen  binnenkant stam dood om verbruik energie te voorkomen, buitenkant transport
voedingsstoffen

Efficiëntie fotosynthese is erg laag

Glucose gebruikt in productie Bruto Primaire
Productie (biomassa/zetmeel)

Overblijvend = Netto Primaire Productie  in
voedselketen

Trofisch niveau = positie organisme in
voedselketen (planten 1, herbivoren 2)

Lengte voedselketen beperkt door verlies
energie bij overgang trofisch niveau (10% per
stap)

Begin kleine basis = plankton  veel productie biomassa, maar ook snel opgegeten

Bottom-up regulatie: Planten  herbivoren  predatoren (planten beschermen zelf tegen
herbivoren)

Top-down regulatie: predator  herbivoor  planten (predatoren controleren herbivoren en
beschermen daarmee vegetatie)(b.v. verdwijnen wolf  toename herten  erosie)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kimsjs. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.75  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added