Oefenvragen over alle colleges en artikelen van het vak Forensische Gezinspedagogiek (ook met vragen van het echte tentamen). Het zijn open vragen met uitgebreide antwoorden.
Vragen Forensische
Gezinspedagogiek
College 1: Inleiding in de forensische gezinspedagogiek
1. Welke typen kindermishandeling zijn er en welke komt het meeste voor in Nederland?
2. Wat valt onder fysieke verwaarlozing?
3. Wat zijn de korte en lange termijn consequenties voor kinderen die mishandeld zijn?
4. Zijn kinderen die mishandeld zijn vaker onveilig gehecht? En gedesorganiseerd gehecht?
5. Is er een verschil tussen kinderen die daadwerkelijk mishandeld zijn en kinderen die veel
(5+) risicofactoren hebben in de gedesorganiseerde gehechtheid?
6. Sociale steun is een mediator en moderator in relatie tussen psychopathologie en
meegemaakte kindermishandeling (Sperry & Widom, 2013), wat houdt dit in?
7. Wat is het verschil in effect van psychopathologie van vaders en moeders op het kind?
8. Hoeveel procent van de kinderen in een normale populatie is veilig gehecht?
9. Wat is het verschil tussen mannen en vrouwen in sociale steun in relatie tot
kindermishandeling?
College 2: De diagnostische cyclus
1. Waarom is het zo belangrijk om via de diagnostische cyclus te werken?
2. Welke beslissing moet je al in de aanmeldingsfase maken?
3. Als een collega van jou zegt: ‘ik denk dat het gedrag van M. komt doordat ouders
emotioneel onbereikbaar zijn’ in welke fase van diagnostische cyclus zit je dan?
College 3: Instrumenten en onderzoek
1. Wat zijn de voor- en nadelen van een klinisch interview?
2. Wat houdt een projectieve test in en hoe kan je het gebruiken?
3. Zelf-rapportages worden veel gebruikt maar zijn niet altijd even geschikt omdat het de
perceptie van iemand meet en dat komt niet perse overeen met feitelijk gedrag. Welke twee
domeinen zijn wel goed te meten met zelfrapportage?
4. Waardoor is er vaak vertekening van besluitvorming?
5. Je zou verwachten dat professionals beter de risico’s in kaart kunnen brengen dan studenten
(die hier geen ervaring in hebben en niet in opgeleid zijn), maar is dat ook zo in het onderzoek
van De Ruiter?
1
, 6. Wat is de belangrijkste risicofactor van kindermishandeling?
7. Is een uithuisplaatsing doormiddel van het risicotaxatie instrument CARE-NL te
voorspellen?
8. Welke soorten behandeling worden er in een gezinskliniek allemaal aangeboden?
9. Wat betekent het als een instrument een lage sensitiviteit heeft?
10. Wat voor een soort onderzoek deed de Ruiter, et al. (2012)?
11. Als een collega van je zegt: deze tienermoeder voedt haar kind vast niet goed op, dat is
altijd zo bij dit soort moeders. Dan is er vertekening van besluitvorming. Hoe noem je dit?
College 4: Mishandeling LVB
1. Waarom is het thema LVB belangrijk in de forensische context?
2. Wat houdt het interactiemodel in die Feldman heeft ontwikkeld over het psychosociaal
functioneren van ouders en opvoeding van het kind in relatie tot omgevingsfactoren?
3. Stel, je ouders zijn licht verstandelijk beperkt, heb je dan minder kans op een veilige
gehechtheid dan je buurjongen die een moeder heeft met een gemiddeld IQ? (Granqvist,
2014).
4. Het grootste knelpunt voor ouders met LVB in de hulpverlening is het begrip van tijd. Wat
wordt hiermee bedoeld (2 benaderingen)?
5. Piet en Jantje zijn beide in hun jeugd mishandeld. Jantje is licht verstandelijk beperkt, Piet
niet. Wie heeft de grootste kans om een zedendelict te plegen en waarom?
6. Stappen van beslismomenten zijn vast te leggen in een trechter. Hoe loopt deze trechter en
waarom is het belangrijk om elke stap te doorlopen en af te wegen?
7. Wat zijn de 3 kenmerken van een verstandelijke beperking?
8. Waar werd de controlegroep op gematcht in het onderzoek naar LVB en gehechtheid van
Granqvist, et al. (2014)?
9. Wat wordt bedoeld met ‘tick-box social work’?
College 5: Beslisdiagnostiek
1. Welke 7 dingen maken de beslissing wel of niet uit huis plaatsen zo lastig?
2. Wat zijn de resultaten van het onderzoek van Bodden & Dekovic (2016) naar de
onderverdeling van multi-problem gezinnen?
3. Welk van de 4 instrumenten kan het beste ingezet worden bij beslissingen nemen over
gezinnen volgens Bartelink, Van Yperen & Ten Berge (2015):
- Gestructureerde beslissingen nemen
- Risicotaxatie instrumenten
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller amberboomx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.