Ontwikkelingspsychologie: Het verkrijgen van inzicht in de algemene menselijke ontwikkelingslijn en welke
factoren bepalend en van invloed zijn op de ontwikkeling.
Waarom zouden we dit willen als social worker willen onderzoeken, weten?
- we kunnen bijdragen aan een betere leven van mensen doordat we meer weten over wat gezond is en wat
niet.
-door te weten wat normaal is kun je ook beter signaleren wat afwijkt is en hierop eventueel ondersteunen.
1.3: De menselijke ontwikkeling
Ontwikkelingsfasen/leeftijdsgroepen:
Prenatale ontwikkeling (de periode van conceptie tot geboorte)
Baby (0-1)
Dreumes (1-2)
Peuter (2-4)
kleuter (4-6)
Basisschoolkind (6-10)
pubertijd (10-14)
Adolescent (14-22)
Ontwikkelingsgebieden:
Fysieke ontwikkeling: ontwikkeling die betrekking heeft op de fysieke opbouw van het lichaam, zoals
de hersenen, het zenuwstelsel, de spieren, de zintuigen en de behoefte aan eten, drinken en slaap.
Cognitieve ontwikkeling: Ontwikkeling die betrekking heeft op de manier waarop het gedrag van
mensen wordt beïnvloed door groei en verandering in de eigenschappen die de ene persoon van de
andere onderscheiden. Houd zich bezig met leren, geheugen, probleemoplossingen en intelligentie.
Sociale Ontwikkeling: ontwikkeling die betrekking heeft op sociale relaties en interacties met anderen
en op duurzame eigenschappen die de ene persoon van de andere onderscheiden.
Morele ontwikkeling: De rijping van iemands rechtvaardigheidsgevoel en van zijn besef van goed en
fout.
Seksuele ontwikkeling:
Motorisch ontwikkeling: Grove motoriek vb lopen. Fijne motoriek vb. Tekenen, schrijven, knippen,
plakken.
Emotionele ontwikkeling:
Taal ontwikkeling:
Persoonlijke ontwikkeling:
Ontwikkelingskenmerken:
- Cumulatief: Vaardigheden en ervaringen bouwen op elkaar voort. Opbouwend je leert steeds meer.
Bijvoorbeeld lopen eerst omdraaien rollen kruipen dan lopen.
- Een differentiatieproces: Specifieke vaardigheden ontstaan uit meer algemene vermogen je leert basis
wanneer zet welke vaardigheid in?
- Georganiseerd: voltrekt zich in een vaste, logische volgorde en is onomkeerbaar. Je leert het op logische
volgorde.
- Holistisch: Alle aspecten van een persoon veranderen samen en integreren met elkaar
,-Continue verandering; gaat om een geleidelijke ontwikkeling waarbij prestaties; ontwikkeling bij een bepaald
niveau voortvloeien uit dat van vorige niveaus bv, lengte,. Kwantitatief. Kwantitatieve verandering: nieuwe
vaardigheden vloeien automatische voort uit eerdere verworven vaardigheden. Dit is een continu proces,
iemand krijgt er steeds meer vaardigheden bij.
-Discontinue verandering; Ontwikkeling die een aparte stappen of stadia plaatsvindt. Trapje ( elke stadium
gedrag oplevert dat kwalitatief anders is dan gedrag in eerdere stadia). Kwalitatieve veranderingen: Elke fase
levert nieuwe gedrag op, dat wezenlijke verschilt met de vorige fase.
Wat is de relevantie van de nature vs nurture discussie voor de invulling van social beleid:
je kan kiezen voor de nature kant of nurture kant. Dus je kan geloven dat iemand zo is geboren dan is het
nature of je kan maatregelen inzetten omdat je gelooft dat iemand nog iets aangeleerd kan worden, nurture.
, Hoofdstuk 2: Ontwikkelingstheorieën
Erik Erikson: psychosociale ontwikkeling
Jean Piaget: cognitieve ontwikkeling
Lawrence Kohlberg: morele ontwikkeling
Lev Vygotsky: sociale ontwikkeling
Albert Bandura: sociale ontwikkeling
2.2: Erik Erikson
Psychosociale identiteit: Binnen elke levensfase dient er gewerkt te worden aan een verdere uitbouw van de
psychosociale identiteit. Elk begin van een nieuwe fase wordt namelijk gemarkeerd door een crisis, conflict of
uitdaging die het hoofd gebonden moet worden opdat men zich optimaal verder kan ontwikkelen.
Samenvatting van de stadia van Erikson (De leeftijden zijn bij benadering en niet strikt te interpreteren)
Stadium Leeftijd Positieve resultaten Negatieve resultaten
Vertrouwen vs Geboorte tot 1,5 Gevoelens van vertrouwen Angst en bezorgdheid met
wantrouwen jaar (Babytijd) betrekking tot anderen.
Autonomie vs 1,5- 3 jaar Zelfstandigheid als Twijfels over zichzelf, gebrek
schaamte en twijfel (Peutertijd) verkenning wordt aan onafhankelijkheid
gestimuleerd
Initiatief vs 3- 6 jaar Ontdekken van manieren Schuldgevoel door gedrag en
schuldgevoel (Kleutertijd) om dingen in gang te zetten gedachten
Vlijt vs 6- 12 jaar Ontwikkeling van een besef Gevoelens van
minderwaardigheid (Basisschoolleeftijd) van het eigen kunnen minderwaardigheid; geen
gevoelens van competentie
Identiteit vs Adolescentie (12- Bewustzijn van de eigen Onvermogen om de juiste
identiteitsverwarring 18 jaar) uniekheid en van de eigen rollen in het leven te
(Adolescentie) rol in het verdere leven identificeren
Steun op Erikson Theorie:
Het idee van hoe sociale factoren van invloed zijn op onze ontwikkeling binnen de verschillende levensfase,
kreeg veel bijval. De levensfasen die Erikson onderscheidde worden nog steeds gebruikt in vervolg studies.
Kritiek op Erikson theorie:
- De theorie richt zich meer op mannen dan op vrouwen en de vraag blijft in hoeverre de theorie universeel
toepasbaar is aangezien sommige aspecten die Erikson beschreef cultuur gevoelig zijn.
-De theorie is op sommige punten vaag en niet goed beschreven.
2.3:Jean Piaget
Hoe Ontwikkelen kinderen zich volgens Piaget:
- kinderen hebben van nature een nieuwsgierige en leergierige aard, en moeten vooral hierin gestimuleerd
worden.
- Écht leren/ontwikkelen gebeurt wanneer iemand zelf oplossingen zoekt vanuit deze enthousiaste
nieuwsgierigheid.
- Ontwikkeling dus niet alleen van buitenaf, maar óók niet alleen als gevolg van biologische processen. Hoe
dan wel?
Contructieproces: Kinderen leren simpelweg door hun omgeving te onderzoeken en vervolgens te reageren of
zich aan te passen aan alle nieuwe informatie die zij binnenkrijgen. Dit proces noemt Piaget Adaptie.
Schema: generalisaties die de ervaringen vanuit de wereld vormen. Schema’s organiseren vroegere
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yasminboulalouah. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.56. You're not tied to anything after your purchase.