100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Orientatie op geschiedenis C Hf 8, 9, 10 $3.23   Add to cart

Summary

Samenvatting Orientatie op geschiedenis C Hf 8, 9, 10

5 reviews
 627 views  17 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Met deze samenvatting heb ik mijn propedeuse gehaald.

Preview 5 out of 18  pages

  • Yes
  • October 13, 2013
  • 18
  • 2012/2013
  • Summary

5  reviews

review-writer-avatar

By: danylplasmeijer • 7 months ago

review-writer-avatar

By: jobwijnhoff • 6 year ago

Translated by Google

Many spelling and language errors in the text, very annoying to read someone's notes that apparently are not adjusted later on.

review-writer-avatar

By: Stephanie1996 • 6 year ago

review-writer-avatar

By: elviramoerenhout • 8 year ago

review-writer-avatar

By: martinusleune • 10 year ago

Translated by Google

Summary is ok but hard to read through the many spelling errors and awkward sentence constructions.

avatar-seller
Hoofdstuk 8

8.1

- Edmund Burke: samenleving is een verbond tussen de levende, de doden en die nog geboren
moeten worden.

Ideologieën

- Ideologie: samenhangend ideeëngoed waarmee de bestaande werkelijkheid dient te worden
veranderd.

Romantiek en conservatisme

- Romantiek: 1800 romantici geloofde niet in vooruitgang en rationeel denken zij stelde voelen
boven denken.
- Conservatieve: tegen revolutioneren gedachte goed, herstelbeweging franse monarchie
weer aan de macht en droit vine gedachte onderleiding van Joseph Maistre.
- Reactionairen: herstel conservatieve
- 19e eeuws conservatism: haaks tegen over revolutie en verlichting, verdedigde tradiotionele
positie kerk en adel en samenleving met idealen als noden voor de massa.

Liberalisme

- Thomas Paine rights of man: pleitte voor een grondwet en politieke vrijheden die zijn
afgeleid van de natuurrechten. Wilde Geordende samenleving bestuurd door vrije burgers.
- Modern liberalisme: verbonden met gedachte goed verlichting. Vrijheid en welzijn van
burgers voorop maar duidelijke regels in de samenleving zodat niemand zich boven de wet .
o Scheiding van de machte
o 19e vooral zelfsandige burgerij
o Eigendom universeel mensenrecht
o Streefde naar grondwettelijkbestuur, parlementaire vertegenwoordiging en vrijhndl.

Nationalisme

- Volkssoeveraniteit: gezag van staat niet bij vorst maar bij volk waarover vost regeerde. Zij
verleende toestemming aan een regering om staatszaken te leiden. Volk werd burgers.
- Zelfbeschikkingsrecht van volken: volk moest zelf beslissen hoe en door wie bestuurd te
worden met grondwet.
- Nationalisme: een politiek principe dat politiek en nationale territoriale eenheden
samenvallen. Een volk, een staat.
- Gottfried herder: Deutschum: cultuurkring waarin mensen ingedeel waren.
- Gottlieb Fichte: cultuurnatie, volkgeist: volk gemeenschappelijk trekken.
- Nationalisme is niet eeuwe lang gemeenschappelijke inditeit maar andersom nationalisten
ordende de geschiedenis zo dat een moderne natie de uitkomst was.

,Socialisme

- Opkomst 1750-1825 Breuk tussen roussau en de verlichte denkers. Denkers door
natuurrecht vrijheid, roussau meer een sociaal radicaal.
- Socialisten: liberalen zorgde niet voor gelijkheid
- Saint-simon: raditionele en verlichte opvoeding zorgde niet voor sociale gelijkheid. Pleittte
voor gemeenschappelijk eigendom van kapitaal en alle industrieën.
- Robert Owen: oorsprong socialisme: fabrikant die arbeiders stimuleerde om Cooperatieve
verengingen op te richten. Morele dimensie: geluk voor allen, utopisch.
- Karl Marx: geschiedenis constante botsing met bezitters en bezitlozen. Bezitloze overwonnen
in elk van de 5 fases om daarna zelf rol bezitter aan te nemen in 6e fase communistische
klasseloze heilstaat.
- Communisme: Met revolutie samenleving veranderen.
- 19e eeuws Sociaal-democratie: door algemeenkiesrecht op democratisme manier het
kapitalisme hervormen.

8.2

- Powerloom door Cartwright en verbeterde door James Watt zorgde voor korte productie proces en
vanaf 1800 geleidelijk veranderding in Industriele samenleving.

Oorzaken

- Veranderdend geestelijk klimaat sinds 16e eeuw had een nieuwe burger opgeleverd:
denkende koopman ondernemer die opzoek nr succes was en durfde te inversteren.
 Daardoor maakte katoen beter en goedkoper en daardoor veel vraag
 Zij durfde te investeren in mechanisatie was veel nieuwe uitvindingen zogde.
- Bevolkingsgroei: Leverde goedkope arbeidskracht op en vraag naar goederen.
- Door modernisering landbouw(agarische revolutie) kwamen er veel arbeiders vrij.

Effecten

- Transport revolutie: stoomtrein, aanleg kanalen en spoorwegen.
o Zorgde voor verstedelijking en modernisering economie.
o Communicatie makkelijker
- Ontstaan arbeiders klassen
- Proletarisering: ambachtslieden en kleine zelfstandigen werden arbeider.

,8.3

- Koning Willem II was bereid voor democratisering en Thormecke schreef de grond wet in 1848.

Het congres van wenen

- Conservatieve overwinnaars wilde het ancien regimes in Europa weer aan de macht krijgen
en evenwicht tussen de 5 grote mogendheden.
- Grote alliantie: Overwinnaars sloten alliantie met drie doelen:
o Frankrijk in toom houden.
o De nieuwe grenzen van Europa bewaken.
o En voorkomen dat conservatieve politieke orde van binnenuit zou worden bedreigt
door revolutionaire bewegingen die uit waren op nationale onafhankelijkheid,
sociale gelijkheid en democratie.
- Februari revolutie van 1848: Franse burgerkoning Lousis-phillipe wilde niet democratiseren
en werd afgezet. Frankrijk werd 2e republiek

Democratische revoluties in Europa

- Franse februarirevolutie start sein. Volk eiste meer democratie en grondwet gebonden
monarch. Vorsten en overheid gingen opeisen in op traden af.
- Opstandelingen raakte verdeeld: liberalen tegen radicalen democraten en socialisten.
- In najaar Konden autoritaire regimes zich weer herstellen.

Na 1848

- Tweede keizerijk: Napoleon III eerste gekozen president maar trok alle macht naar zich toe.
- Derde Republiek uitgeroepen nadat Napoleon III verslagen was in Frans-Duitse oorlog.
- Italie eenheidsstaat door politicus Cavour een contitutionele monarchie met liberale grndwet

Duitsland en de democratie

- Frankfurter parlement: Een nationale vergadering in 1848 om een Duitse staat te stichten.
- Mislukking de Pruisische keizer wilde de troon niet aannemen van een democratisch DL.
- Otto von Bismarck: Door oorlog tegen denemarken en oosterijk wist hij een Noord-Duitse
bond bijeen te krijgen. En kreeg hij zuid-Duitse staten mee door anti-franse gevoelens.
- 1871 stischting Duitsland doordat Wilhelm I tot Duitse Keizer werd uitgeroepen in Versailes.
8.4

- Kinderwet aangenomen van van Houten 1874.

Een klein land

- Overheid bemoeide zich niet met armoede want dat was rol van de kerk.
- Geen industrialisering zoals in de rest van Europa.

Ontwikkeling in Engeland en Duitsland

- Ontstaan van zelfbewuste Arbeidersklasse protesten voor betere leefomstandigheden.
- Friendly societies: organisaties voor onderlingen steun bij ziekte armoede en overleiden.

, - Reform Bill: Einde aan onrecht in kiesdistricten.
- Charist league: iedere arbeider stemrecht en stukje grond Second Reform Bill: gedeeltelijk
stemrecht.
- Bismarck: zorgde voor wetteli jke verzekering tegen ziekte.
- Door verlicht denken geen de overheid zich meer bemoeie met armen en zwakkeren.
- Meer verantwoordelijk voor gevolgen van Industralisatie maar ook uit eigenbelang.

De sociale kwestie in Nederland

- Sociale kwestie: Voor arbeider vooral een strijd om voor hun eigenbelang op te komen.
- Overheid wilde ook meer doen door dreigend gevaar van klassenstrijd.
- Kiesrecht strijd:
o Census: bepaalde hoeveelheid belasting die je betaalde bepaalde of je stemrecht
kreeg. Werd opgenomen in de Grondwet van Thorbeck.
o 1887 Ook bepaalde hoeveelheid huur bepaalde of je stemrecht kreeg.
o 1896 Samuel van houten zorgde dat de helft van mannen stemrecht kreeg.
o Algemeen mannenkiesrecht werd in 1917 doorgevoerd vrouwen 1919.



8.5

- De eeste feministische golf: Vrouwen namen sinds 1870 actief mee in de samenleving

- De 2e feministische golf na de 2e wereld oorlog.

De erfenis van 1848

- Door grondwet was geloofsvrijheid gegarandeert en konden katholieken emanciperen.
- April beweging haalde handtekeningen op omdat ze bang waren voor katholieken.
- Katholieke zuil: de paus kreeg meer macht in Nederland en Katholieken gingen zich
verenigen en hun geloof openlijk beleiden later ook politieke partijen.




Schoolstrijd en verzuiling

- Kuyper eiste dat de staat niet langer de inrichting van het onderwijs bepaalde.
- Kypers Atithese zorgde voor scheidslijn tussen confessionelen en niet-confessionele.
- Pacificatie: Het onderwijs werd volledig door de overheid betaald en mannenkiesrecht.

Arbeiders

- Oprichting vak centrales
- oprichting arbeiderspartij sociaal democratische bond met domela nieuwhuizen splitsing
peter jelles toelsta ging verder in politiek met SDAP.
- Socialistische zuil ontstond met eigen zender en vakcentrale.

, 8.6

De expansie van Europa

- Europese landen zetten gebieden van afrika en azie onder controlle door:
o Verovering
o Verdeling invloedssfeer
o Protectoraten: Inheemse vorsten alleen in naam de baas.
o Economische machtsmiddelen: leningen, infrastructuur delven grondstoffen.
- Oude koloniale politiek vooral gericht op handel
- Nieuwe koloniale politiek: volledige controle en onderwerping
- 1870 Britten als eerst omdat ze eerder waren geindustraliseerd en de heersers over de
wereld zeeën waren. Daarom nieuwe grondstoffen en afzet markten nodig.
- Britse expansie politiek: nieuw omdat kolonial bezit niet pas bij vrije handel.
- Europese exspansie drift door Nationaal prestige, eerzucht en economisch wederdrijven.

De verdeling van Afrika

- Vooral op afrika rond 1870 omdat die gebieden zo goed als onbekend waren.
- Europese landen richtte 17e eeuwse semi-particuliere compagnie op voor exploitatie.
- Duitsland laat in race om kolonie door Bismarck die een koloniale concurrentie slag niet slim.
- Realpolitiek: Politiek waarbij buurlanden van een land slecher met elkaar kunnen vinden dan
met het land zelf.
- Conferentie van Berlijn: Om Europese oorlog te voorkomen door Afrika te verdelen.
- Fasjoda incident: bijna conflict tussen Engeland en Frankrijk
Azie
- 1850 Europese invloed nam toe met vooral versterking van het gezag dat al sind 17e eeuw
bestond.
- Direct bestuur van Moederland in Kolonie werd uitgebreid en economie ingeschakeld in de
behoefte van de moderne industriële samenlevingen te voldoen.
- China vanaf 1880 een groot vrij handels gebied waar europese landen onder hun eigen
wetgeving zaken konden doen.
- Frankrijk en Engeland annexeerde andere gebieden in Azie.
- Onderleiding van Willhelm II storte Duitsland zich ook in China.
- Japan was na het issolement tot 1854 toen ze door de Amerikanen hun havens opende sterk
gemoderniseerd. En organiseerde vloot en leger naar Westers model.
- Japan ging ook aan modern imperialisme doen.

Achtergronden van het Modern Imperialisme

- Hobson vond modern imperialisme een bij product van het kapitalisme doordat Arbeiders
veel minder loon ontvingen dan zij produceerde hielden ondernemers meer over en ook
goederen omdat de arbeiders die niet konden betalen en daardoor gingen ondernemers in
kolonisatie investeren. En kon pas opgeheven worden als Europese levenstandaard werd
verhoogd.
- Lenin vond dat imperialisme de ergste kant van het kapitalisme liet zien.
- Beide niet waar omdat imperialisme meer kost dan opleverd en Lenin had politiek doel.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MarnixMe. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.23  17x  sold
  • (5)
  Add to cart