Intro:
Gezondheid + voeding = voedingsleer → preventie
Ziekte + voeding = dieetleer → symptoomreductie, curatief, complicaties voorkomen en ook
palliatief (aangenaam maken ondank de patiënt terminaal is)
Therapeutisch dieet
- Om medische redenen aangepast aan de behoeften van de patiënt
- Verschilt van gezonde voeding in: samenstelling, bereidingswijze, consistentie,
toedieningsvorm, …
Gewijzigde samenstelling:
• Voedingsstofbeperkte diëten: E-, V-, Lact. -, En-, …
• Voedingsstof verrijkte diëten: E+, vdvz+, En+, …
• Voedingsstofvrij/ eliminatiediëten: Glu°, lact°, KME°, …
• Voedingsstof gesubstitueerde diëten (S): SM.K. T = energiebron aanleggen (MKT
zijn snellere vetten)
• Voedingsstofconstante diëten: Vct (vetconstant) = aantal dagen dezelfde massa
vet innemen (vb. 80 gram vet)
• KA = kiem-arme voeding bij hogere kans op infectie!
Basisprincipes van het ziekenhuis:
Gezonde voeding Adequate voeding Palliatieve voeding
Termijn Lang Middellang Kort
Energiebehoefte 25 60+ 25 overgewicht Individueel
(kcal/kg LG) 30 <60 30 60+
35 <60
40 Verliezen
= malabsorptie
Eiwitbehoefte 0,83 1 of > Individueel
(g/kgRefG)
→ Hier de richtlijnen bij volwassenen, op groepsniveau, lichte activiteit
→ Lang ondervoed: re-feeding syndroom = voeding moet geleidelijk aan worden
opgebouwd anders krijgt men cardiovasculaire, gastro-intestinale en neurologische
klachten.
, Gewijzigde bereidingswijze:
• Aanwenden van V- bereidingstechnieken
• Wijzigen van de verhouding van ingrediënten en bereidingswijze (bv. Bereiding
van glutenvrij brood)
• Steriele voeding/ steriele sondevoeding:
Bevat geen m.o, Onder vorm van sondevoeding (SV) of parenterale voeding (PN)
met aanvulling van UHT-melk, bijvoeding, …
Vb. bij leukemie met een te laag aantal lymfocytenaantal (TLA)
• Kiemarme voeding (KA) = kiemgetal lager dan bij gewone voeding
Bevatten geen potentieel pathogene m.o
Vb. bij orgaantransplantatie en behandeling met immunosuppressiva, andere
vormen van kanker (CA) met een te laag TLA, > 20 % BSA burn
Immunosuppressiva = afstoting van het nieuwe orgaan vermijden, dus
contaminatie vermijden! Voeding is te vergelijken met dat van een zwangere
vrouw.
Gewijzigde consistentie:
• Vloeibaar (vlb): bij mondinfecties, ook onder niet zure vorm
• Dik vloeibaar (dikvlb): bij stenose van de keelholte tgv CA, daaro geen vlb want
kans op verslik- en stikgevaar!
• Gemalen (gem): bij kauwproblemen
Gewijzigde porties en maaltijdspreiding:
• Kleine frequentie maaltijden (KFM), vb. bij beperkte eetlust (vertraagde
maaglediging → op de 2 uur iets kleins eten en zorgen dat er altijd voeding in
handbereik is)
• Laatavond-snack (LA), vb. met complexe Kh bij leverlijden (bij reflux: 3 uur voor
het slapen niets eten)
Diabetes (I) → insuline zodat koolhydraten kunnen benut worden. Daarom ook
eten van een LA-snack en tussendoortjes want insuline zou van basaal metabool
suikers uit het bloed gaan werken!
• Nachtelijke SV, vb. bij mucoviscidose zo kan de E-behoefte van overdag worden
aangevuld.
2
, Gewijzigde toedieningsvorm:
→ Zoveel mogelijk orale voeding toevoegen!
• Niets per os (NPO):
Vb. nuchter voor operatie
Soms met heldere dranken (water, thee, koffie, bouillon)
Soms in combi met SV en PN
• Aanvullende voeding of bijvoeding:
Let op: valt zwaar dus in kleine slokjes tijdens de maaltijden!
• Sondevoeding:
Nasogastrisch, nasuduodenaal, nasojejunaal
Percutane endoscopische gastrostomie (PEG), jejunostomie (PEJ), gastro-
jejunostomie (PEG-J) indien > 3 weken
• Parentale voeding = rechtstreeks via het bloed (elektrolytenstatus of
aminozuren)
Via infuus in de arm, niet langer dan 1 week combi met andere voeding
Via centrale katheter voor parenterale voeding
→ Liever sondevoeding (lichaam is anders niet meer gewoon aan voeding)
Modulaire preparaten = wordt toegevoegd aan orale voeding om de voeding te verrijken
(vb. MKT-poeder)
Monomeer preparaten = voeding aangebracht door parenterale nutritie
• Bijvoeding van 1,5 kcal/ml = Fortimel yog, energy, juicy (niet zomaar op het
plateau zetten maar moet verspreid worden over de hele dag)
De Fortimel met yoghurt is lichter verteerbaar
• Bijvoeding 2 kcal/ml = Fortimel compact (aanvulling bij gewone voeding)
• SV:
Hypo calorisch (0,5 – 0,75 kcal/ml); isocalorisch (1 kcal/ml); hypercalorisch (1,5–2
kcal/ml)
Bolus = op korte tijd zoveel mogelijk SV
Intermitterende SV = druppelsgewijs (late avond of ’s nachts)
Continue SV = 24 aan een stuk druppelsgewijs (debiet is afhankelijk van de plaats
van toediening, PEG heeft een hogere frequentie)
Oligomeer/polymeer is afhankelijk van de plaats en de verteringsfunctie
Minder dan 3 weken = via de neus
Chronisch = via een voedingsstoma
• Totale parenterale voeding
Monomeer = glucose, aminozuren, vezels, …
→ Water, elektrolyten, glucose, …
TPN max. 20 g N waarbij 1 g N = 6,25 g eiwitten (1 g eiwitten bestaan uit 16 % N
dus 0,16 g N = 1 g eiwit)
TPN wordt gegeven via de vena subclavia!
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller timothygyselbrecht. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.64. You're not tied to anything after your purchase.