100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Economie in Context Hoofdstuk 14 $3.78   Add to cart

Summary

Samenvatting Economie in Context Hoofdstuk 14

 60 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Samenvatting Economie Hoofdstuk 14 voor 5vwo. Boek: Economie in Context.

Preview 2 out of 5  pages

  • December 5, 2018
  • 5
  • 2017/2018
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Economie Hoofdstuk 14: Economische machtsvorming

14.1 Economische machtsvorming
Bij volstrekt vrije en volkomen markten met veel concurrentie dalen de winsten op termijn tot
nul. Daarom proberen ondernemingen de markt en de marktvorm te beïnvloeden. Door
markering, uitschakelen van concurrenten en samenwerking met anderen proberen ze een
zekere machtspositie op te bouwen.

Marketing is verkoopbeleid gericht is op de beïnvloeding van de wensen en behoeften van de
afnemers. De meeste bedrijven hebben een eigen marketingmix. De marketingmix is de
combinatie van Productbeleid, Prijsbeleid, Plaatsbeleid en Promotiebeleid: de vier P’s.

Een octrooi is een exclusief recht op een uitvinding, waarmee een ander verboden wordt de
uitvinding na te maken, te verkopen of in te voeren, tot het moment dat de octrooiperiode is
verstreken ben je als monopolist de enige eigenaar van je uitvinding. Op die manier heb je
geen concurrentie op de markt. Je kunt je uitvinding overigens wel aan een ander verkopen.
Innovatie door investeringen in onderzoek en ontwikkeling kan dus marktmacht overleveren.
Via octrooien verkregen monopoliemacht kan leiden tot hoge(re) prijzen voor de consument
en zo ook tot welvaartsverlies. Anderzijds is innovatie een belangrijke motor voor nieuwe
ontwikkelingen en economische groei. Naast octrooirechten bestaan er nog andere
intellectuele eigendomsrechten. Zo biedt het auteursrecht bescherming voor literair werk,
wetenschappelijke publicaties en kunstwerken. Het merkenrecht is er voor woord- en
beeldmerken. En het kwekersrecht voor nieuwe gewassen.

Op talloze markten werken bedrijven samen met andere ondernemingen. Samenwerkende
bedrijven beperken de onderlinge concurrentie en kunnen zo hogere prijzen op de markt
bedingen. Ook zijn kostenbesparingen mogelijk. Hun winstpositie kan verbeteren.
Samenwerken of samengaan van ondernemingen heet concentratie. Voorbeelden van
concentratie zijn: kartelvorming, franchising/systeemlicentie, joint venture, consortium, fusie
en overname.

Nadelen van concentratie zijn:
 Voor consumenten kan samenwerking tussen bedrijven nadelig zijn omdat vele
samenwerkingsvormen gericht zijn op marktbeheersing om de verkoopprijs te
verhogen.
 Samenwerkende ondernemingen kunnen rationalisatiemaatregelen doorvoeren
waardoor werkgelegenheid verloren kan gaan.
 Toeleveringsbedrijven kunnen in een ondergeschikte positie komen te staan.
 Mogelijke concurrenten kunnen moeilijker de markt binnendringen.

Ter beperking van de nadelen bestaan er wetten. De controle heeft de overheid overgedragen
aan een aantal toezichthouders.
De Nederlandse Mededingingsautoriteit ziet toe op eerlijke concurrentie in alle soorten van de
Nederlandse economie, bestrijdt partijen die kartels vormen en prijsafspraken maken,
bestrijdt misbruik van economische machtsposities en toetst fusies en overnames. De
Consumentenautoriteit is de toezichthouder van de overheid die kan optreden tegen
overtredingen van het consumentenrecht die de belangen van meerdere consumenten
schaden. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) is toezichthouder op fnanciële markten waar
het gaat om sparen, beleggen, verzekeren en lenen. De Onafhankelijke Post en
Telecommunicatie Autoriteit (OPTA), houdt toezicht op de telecommunicatie- en postmarkt.
Meer concurrentie op deze markten betekent voor de consumenten: eerlijke prijzen en meer
keuzemogelijkheden.

14.2 Monopoliemacht en welvaartsverlies
Kenmerken van monopolie zijn:
 Eén aanbieder, veel vragers. Als enige producent heeft een monopolist de macht om
niet alleen de productieomvang, maar ook de verkoopprijs vast te stellen: hij is
prijszetter.

,  Onvolkomen markten. In de praktijk passen monopolisten productdiferentiatie met
prijsdiferentiatie of zelfs prijsdiscriminatie toe.
 Uitgangspunt volstrekt marktvrijheid, maar de werkelijkheid is anders. Potentiële
concurrentie wordt bijvoorbeeld verhinderd door octrooi-, merk- en auteursrechten.

De marginale opbrengt (MO) is de extra omzet (∆TO) als je één extra eenheid product (∆q=1)
verkoopt.de O-lijn is de zwaartelijn van de dalende prijsafzetlijn. De omzet is maximaal als MO
= ). In dat geval is de prijselasticiteit van de vraag gelijk aan -1.
De winst is maximaal als de marginale opbrengst gelijk is aan de marginale kosten (MK): MO
= MK. Winstverhoging is mogelijk met prijsdiscriminatie. Prijsdiscriminatie heeft voor een
bedrijf alleen zin als de markt splitsbaar is in deelmarkten met een verschillende
prijselasticiteit van de vraag.
Een monopolist kan invloed uitoefenen op de prijs. Op een monopoliemarkt bestaat geen
mechanisme dat leidt tot een productieomvang en marktprijs waarbij p = MK, afwezigheid
van concurrentie kan zo leiden tot productiebeperking en hogere prijzen. Door economische
machtsvorming treedt welvaartsverlies op. Alhoewel het producentensurplus hoger is dan bij
volledige mededinging is het consumentensurplus lager.

Wanneer een monopolie leidt tot een ongewenste inkomensverdeling, tot niet beoogde
externe efecten of tot inefciënte allocatie kan de overheid net als op andere markten
ingrijpen. Omdat particuliere monopoliemacht misbruikt kan worden en kan leiden tot
welvaartsverlies is overheidsbeleid vooral gericht bestrijding van economische
machtsposities. De Nederlandse en Europese Mededingingswet verbieden kartels, misbruik
van economische macht en niet gemelde concentraties van ondernemingen. De Nederlandse
Mededingingsautoriteit (NMa) ziet toe op naleving van de Mededingingswet. Bij overtreding
kunnen hoge boetes worden opgelegd. Ook kan aangifte worden gedaan. De overheid kan
ook ingrijpen met prijsvoorschriften. De optimaal vast te stellen prijs is die prijs, waarbij p =
MK.

De meest vergaande vorm van ingrijpen in de markt is die waarbij een monopoliebedrijf in
eigendom van de overheid is of wordt gebracht. In Nederland waren tot voor kort alle grote
monopoliebedrijven overheidsmonopolies. Bekende voorbeelden waren de
elektriciteitsbedrijven, het postverkeer, het telefoonverkeer, het loodswezen en de sociale
ziekenzorg. Veel overheidsmonopolies zijn de afgelopen jaren geprivatiseerd.
Kostenbesparingen, doelmatiger productie en vrijemarktwerking waren de redenen. Om het
gevaar van machtsvorming te beperken zijn er sindsdien verschillende toezichthouders
benoemd. Deze toezichthouders zijn door de overheid ingestelde zelfstandige
bestuursorganen. Een zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) is een organisatie die zelfstandig een
overheidstaak uitvoert. Er zijn ZBO’s die goederen produceren, kwaliteitscontroles uitvoeren,
vergunningen en subsidies verlenen of toezicht houden. Zij hebben het alleenrecht (het
monopolie) in de uitvoering van hun taak.

TO = GO x Q = AC x OA = oppervlakte OACD = 5 x 3 = 15
TK = GTK x Q = AB x OA = oppervlakte OABE = 3 x 3 = 9

TW = (GO – GTK) x q = BC x OA = oppervlakte BCDE = 2 x 3 = 6

PowerPoint 14.1 en 14.2
Kenmerken marktvorm monopolie:
 1 aanbieder
 Veel vragers
 Onvolkomen markt → aanbieder is prijszetter.

Monopolie – prijs bepalen
De producent bepaald zelf de prijs, maar moet daarbij rekening
houden met de betalingsbereidheid van de consument, deze
wordt weergegeven door de formule Qv = …..
Stel Qv = -p + 8

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sper01. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.78
  • (0)
  Add to cart