In deze samenvatting worden voor het vak orthopedagogiek de volgende boeken samengevat:
- Hoof&Vries. Als opvoeden niet vanzelf gaat. H.12,13,14
- Nabuurs. Systeem gericht werken. H. 1 t/m 9
Puberteit en adolescente orden vaak door elkaar gehaald. Puberteit is eigenlijk een onderdeel van
de adolescente of je zou kunnen zeggen dat de puberteit voor de adolescente komt.
Ontwikkelingsopgaven
Jongeren krijgen te maken met biologische veranderingen (hormonen). Ook de hersenen veranderen
aanzienlijk: er zijn drie pieken, namelijk rond het t aalfde levensjaar in de frontaalk ab, rond het
zestende levensjaar in de temporaalk ab (emotes) en rond het t intgste levensjaar in de
occipitaalk ab (visuele informate).
De cogniteve ont ikkeling kenmerkt zich onder andere door het formeel-operatoneel denken.
Jongeren kunnen hypothetsch-deductef denken. Daarbij kunnen ze introspectef kijken.
T ee ont ikkelingsopgaven in deze periode zijn: het ont ikkelen van een eigen identteit en het
ont ikkelen van een eigen aardesysteem. Deze hangen samen met een andere
ont ikkelingsopgave; het ont ikkelen van emotonele zelfstandigheid.
Opvoedingsopgaven
De ouders moeten een goede balans vinden tussen afstand en nabijheid. Daarnaast staat de relate
tussen ouder en kind centraal, omdat deze verhouding gaat veranderen. Ook is het voorbeeldgedrag
van de ouders in deze periode van belang. Tijdens de identteitsont ikkeling probeert de jongere zijn
eigen aarden en normen te bepalen. Van ouders ordt ver acht dat ze hun sturing en
ondersteuning steeds meer kunnen bieden vanuit een onderhandelingsposite. Opvoeden ordt
begeleiden. Voorbeeldgedrag van de ouders en aangeven at hun normen en aarden zijn en elke
ver achtngen ze hebben van hun kind, zijn van belang. Als daarbij uitleg ordt gegeven, kan de
jongere daar zijn eigen mening over vormen.
Problemen bij de ontwikkeling en opvoeding
- Persoonlijkheidsproblemen – een persoonlijkheidsstoornis onderscheid zich van normale
verschijnselen door een aanhoudend patroon van gevoelens, gedachten en gedragingen, dat
duidelijk af ijkt van de ver achtngen binnen de cultuur aarin de jongere leef.
o Antsociale persoonlijkheidsstoornis – ordt pas gediagnostceerd na het 1i e
levensjaar.
o Borderline persoonlijkheidsstoornis (BPS) – een diepgaand en instabiel patroon in
het gevoelsleven, zelfeeld en intermenselijke relates en een duidelijke impulsiviteit.
Jongeren met deze stoornis zijn moeilijk in de omgang. Hebben voornamelijk
problemen op afectef gebied (Kok), in intermenselijke relates en op het conateve
gebied, het zelfeeld en zelfgevoel. Het is van belang om duidelijke grenzen te
stellen.
- Stemmingsstoornissen – de hormonale veranderingen en het zoekende karakter van
jongeren kunnen ertoe leiden dat de stemming isselt. Maar anneer het kind/de jongere
last krijgt van een uitgesproken ernstge neerslachtge stemming, een chronisch gevoel van
somberheid of het ene moment uitgesproken euforisch is en het andere moment
uitgesproken neerslachtg, kan er sprake zijn van een stemmingsstoornis.
, o Unipolaire stoornissen – kan een depressie of dysthyme stoornis (lichtere vorm van
depressie) betrefen. Hoge erfelijkheidsfactor en de ouder-kindinteractes kunnen
ook van belang zijn. Van ege het lage zelfvertrou en, is een beschermende
omgeving van belang. Vriendschappen zijn heel erg belangrijk.
o Bipolaire stoornissen – mensen met een bipolaire stoornis orden ook el manisch
depressief genoemd. Sterk genetsche overdracht.
- Middelenmisbruik – jongeren experimenteren; dit gebeurt op allerlei gebieden. Jongeren
kunnen zich door middel van drugs en alcohol afzeten tegen de ouders en de omgeving,
maar het is ook een manier om zichzelf even te laten gaan. Er is een verschil tussen
middelenmisbruik en middelenafankelijkheid.
- Eetproblemen – een eetprobleem kan een eetstoornis orden anneer voedsel niet meer
ordt ingenomen om zichzelf te voeden. Waar eetproblemen nog kunnen voortkomen uit
lichamelijke problemen, uit protest tegen ouders, niet goed eten elke voeding nu goed en
juist is, gaat het bij een eetstoornis om controle en angst. De jongere is dan zo obsessief
bezig met eten dat dit het dagelijks leven overheerst.
o Anorexia nervosa – jongeren die eraan lijden zijn geobsedeerd bezig met het
verliezen van ge icht. Type een (purgerende/eetbuitentype); jongeren die eetbuien
hebben, maar niet illen dat het opgenomen orden, dus braken of gebruik van
laxeermiddelen. Type t ee (beperkende type); jongeren die steeds beperkter gaan
eten. Daarnaast hebben ze een opvallende be egingsdrang en illen ze extreem
veel sporten om af te vallen.
o Boulimia nervosa – bij boulimia staan de eetbuiten centraal. Jongeren kunnen bij
deze stoornis de ene periode heel veel eten en de andere periode sterk lijnen. Type
een (purgerende type); aarbij een eetbui ordt opgevolgd door braken en/of het
gebruik van laxeermiddelen. Type t ee (niet-purgerende type); aarbij de jongere
na een eetbui extreem gaat lijnen.
o Eetstoornis niet anderszins omschreven (NAO) – binge eatng disorder. Een stoornis
aarbij jongeren eetbuien hebben aarin ze veel meer eten dan ze nodig hebben.
Het verschil met boulimia is dat jongeren niet proberen te compenseren. Hierdoor
kunnen ze last krijgen van overge icht en obesitas.
- Suïcidaal gedrag en suïcide – jongeren hebben vaker een negatef zelfeeld. Ook hebben ze
vaker een psychiatrische stoornis.
H.13 Gezinsproblemen
Systeemtheorie
Deze theorie bestudeert het individu in relate tot zijn omgeving en gaat daarbij uit van circulaire
verklaringsmodellen in tegenstelling tot lineaire oorzaak-gevolgmodellen. Men gaat er vanuit dat het
gedrag van een kind verklaarbaar is vanuit de context aarbinnen het zich ont ikkelt. Maar ook het
gedrag van het kind maakt dat de omgeving er op een bepaalde manier op reageert. Het is een dus
een doorgaand proces. Kerpunten van de systeemtheorie:
1. Een systeem bestaat uit verschillende delen die onderling samenhangen en alkaar ederzijds
beïnvloeden. Veranderingen in één deel van het systeem orden altjd gevolgd door
veranderingen in andere delen.
2. Systemen kunnen orden gezien als zichzelf handhavende eenheden, die voortdurend in
issel erking staan met hun omgeving.
, 3. Een systeem heef de mogelijkheid in zich om zich te handhaven. Het stemt zich voortdurend
af op de omgeving en is in een dynamisch even icht met die omgeving. Alle gedragingen van
de eenheden in het systeem hebben hier een functe in.
4. Systemen hebben het vermogen om zichzelf te besturen en te reproduceren.
Een gezin is een voorbeeld van zo’n systeem. Binnen een gezinssysteem kijk je naar de rollen die
aangenomen orden in dat gezin.
Perverse triade heef de volgende kenmerken:
- Er is een situate aarin drie mensen ver ikkeld zijn. T ee daarvan behoren tot hetzelfde
hiërarchische niveau, de derde tot een lager niveau.
- Een persoon van het hogere niveau gaat een coalite aan met die derde, die gericht is tegen
de hiërarchische gelijke. Er zijn gemeenschappelijke actviteiten, tegen die hiërarchische
gelijke gericht.
- De coalite tussen die t ee ordt door hen ontkend.
Het kind komt hiermee in de posite dat die partj moet kiezen voor één van de ouders. Dit is iets at
nooit van een kind gevraagd mag orden. Om die reden ordt een gezin, ar sprake is van een
perverse triade, ook el een pathalogisch gezinssysteem genoemd.
Vijf gezinstaken:
1. Het voeren van een huishouding.
2. Het handhaven van een posite ten opzichte van de maatschappelijke omgeving.
3. Het elzijn en de ont ikkeling van de afzonderlijke gezinsleden.
4. De relate tussen de partners
5. De opvoeding
Op ieder terrein kunnen problemen ontstaan. Het is mogelijk dat eerst andere problemen aangepakt
moeten orden, voordat er bij de ouders ruimte ontstaat om meer aandacht te besteden aan de
opvoeding.
Ouders kennen verant oordelijkheid op drie gebieden:
Ouders hebben ook illusies met betrekking tot de opvoeding.
Gezingsproblemen
Kindermishandeling:
Bij hoge mate van pedagogisch besef zal er minder risico zijn voor kindermishandeling. (Uitzondering
is seksueel misbruik). In feite is kindermishandeling een opvoedingsprobleem die geuit ordt in de
vorm van mishandeling en ver aarlozing. Maar kindermishandeling onderscheidt zich van andere
opvoedingsproblemen in het feit dat er bij kindermishandeling sprake is van een botsing van
belangen, aarbij de belangen van het kind op ernstge ijze door de opvoeder orden geschaad.
Vormen van kindermishandeling:
1. Lichamelijke mishandeling – alle vormen van actef lichamelijk ge eld tegen het kind.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 18kim. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.