100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Boek Hoofdstukken Vermogensrecht $5.96   Add to cart

Summary

Samenvatting Boek Hoofdstukken Vermogensrecht

6 reviews
 161 views  21 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een samenvatting van alle hoofdstukken van het boek Hoofdstukken Vermogensrecht van J.H. Nieuwenhuis zoals voorgeschreven voor het vak Inleiding Privaatrecht voor de opleiding Rechtsgeleerdheid aan de UvA.

Preview 4 out of 34  pages

  • Yes
  • December 10, 2018
  • 34
  • 2018/2019
  • Summary

6  reviews

review-writer-avatar

By: sofiamuijs • 1 week ago

review-writer-avatar

By: odinzuijderland • 3 year ago

review-writer-avatar

By: Bjornnvd • 4 year ago

review-writer-avatar

By: Annevanamstel • 4 year ago

review-writer-avatar

By: lucyljayh • 5 year ago

review-writer-avatar

By: leeannsx • 5 year ago

avatar-seller
Samenvatting Privaatrecht – Boek Hoofdstukken Vermogensrecht

Hoofdstuk 1: Vermogensrechten

1.1 Inleiding

Burgerlijkrecht bestaat uit personen- en familierecht en vermogensrecht
- Het vermogensrecht (objectieve zin) wordt gevormd door (subjectieve)
vermogensrechten

Vermogen bestaat uit goederen
- Goederen zijn alle zaken en alle vermogensrechten
- Zaken: de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten
- Vermogensrecht is wel een goed maar geen zaak
- Registergoederen: goederen voor welker overdracht of vestiging inschrijving in
daartoe bestemde openbare registers noodzakelijk is (art. 3:10 BW)
o Alle onroerende zaken zijn registergoederen
o Sommige roerende zaken (art. 8:199 en 8:790 BW)
o Sommige vermogensrechten (art. 5:85, 3:98 en 3:89 BW)

1.2 Eigendom en vorderingsrecht
Grondvormen van het vermogensrecht

Absolute en relatieve rechten
Vorderingsrecht is relatief – rechtsbetrekking tussen twee bepaalde personen
Eigendom is een absoluut recht – kan worden gehandhaafd jegens iedereen
- Exclusiviteit: eigenaar behoeft niet te dulden dat een ander van de zaak gebruik maakt
- ‘Gevolg’ (droit de suite): eigendomsrecht blijft op de zaak rusten, ook al raakt zij in
andere handen
o Revindicatie (art. 5:2 BW)

Zakelijke en persoonlijke rechten
Zakelijk recht is een recht op een zaak (stoffelijk object)
- Eigendom
Persoonlijk recht is een aanspraak jegens een bepaalde persoon
- Vorderingsrecht

Zakelijke rechten zijn onderworpen aan twee beginselen: het individualiseringsproces en het
eenheidsbeginsel

Individualisering: eigendom van uitsluitend naar soort en hoeveelheid bepaalde zaken is niet
mogelijk

Eenheidsbeginsel: de gebruiker ervaart de combinatie van onderdelen als 1 geheel en het
recht volgt hem hierin  bijvoorbeeld een fiets
- Om uit te maken wat als bestanddeel geldt  art. 3:4 BW
o Verkeersopvatting
o Zeer hechte fysieke verbinding
- Eenheidsbeginsel beperkt zich tot zakelijke rechten

,Beperkte rechten
Uit de volheid van zijn recht kan de eigenaar bepaalde bevoegdheden afsplitsen en verlenen
aan een ander (art. 3:8 BW)

Limitatief in de wet opgesomd
- Gebruiksrechten: geven beperkt gerechtigde bepaalde bevoegdheden tot gebruik
- Zekerheidsrechten: strekken ertoe de rechthebbende meer zekerheid te verlenen bij
het verhaal van zijn vorderingsrecht

Wanneer beperkte recht uitsluitend kan worden gevestigd op een zaak (bv. Erfpacht)  boek
5
Wanneer beperkte recht ook op vermogensrecht kan worden gevestigd (bv. Vruchtgebruik en
hypotheek) boek 3

Beperkte rechten zijn absolute rechten

Botsing van twee beperkte rechten:
- Wanneer het tot een conflict komt: het oudere beperkte recht gaat voor

Botsing van vorderingsrechten
- Vorderingsrechten zijn gelijk ongeacht de volgorde waar zij in ontstaan zijn
o Soms doorbroken door wet erkende regels van voorrang (art. 3:227)

Vermogensrechten in het faillissement
- In het geval van faillissement wordt het vermogen van de failliet te gelde gemaakt om
uit de opbrengst de gezamenlijke schuldeisers zoveel mogelijk te voldoen 
faillissementscurator verdeelt te gelde gemaakte vermogen onder schuldeisers

Vervagende grenzen
Relativering van een absoluut recht
- Wie een roerende zaak kwijtraakt, kan zijn eigendomsrecht soms niet vervolgen onder
een derde die de zaak te goeder trouw kreeg (art. 3:86 BW)

Een relatief recht met absolute trekken
- Relatief recht kan absolute trekken vertonen wanneer het als het ware een gevolg
heeft
- Bijvoorbeeld  Wanneer onderhoudsverplichtingen het eigendom van een huis volgt
 vorderingsrecht gaat over op nieuwe eigenaar  vorderingsrecht is kwalitatief
- Tegenprestatie voor de onderhoudsverplichtingen zijn ook kwalitatief  art. 6:251
BW

Invloed van het prioriteitsbeginsel ten aanzien van vorderingsrechten
- Vorderingsrechten zijn gelijkwaardig, ongeacht de datum van hun ontstaan
- Art. 3:298 BW  oudste recht op levering gaat voor, tenzij uit de wet, uit de aard van
hun rechten, of uit de eisen van redelijkheid en billijkheid anders voortvloeit.

,Hoofdstuk 2: De totstandkoming van obligatoire overeenkomsten

2.1 Inleiding
Obligatoire = verbintenisscheppend

Obligatoire overeenkomst vormt bij uitstek het middel waardoor partijen zelfstandig
onderlinge rechtsbetrekkingen kunnen aanknopen.

Verbintenis = vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee (of meer) personen
krachtens welke de schuldenaar tot een bepaalde prestatie verplicht is, terwijl de schuldeiser
tot die prestatie gerechtigd is

Verbintenis kan direct uit een wet ontstaan  art. 1:392 BW
Wet kan verwijzen naar bron waaruit verbintenis kan voortvloeien  art. 6:213 BW

2.2 Aanbod en aanvaarding
Art. 6:217 BW  Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en aanvaarding daarvan
- Aanbod = wilsverklaring waarin een voorstel tot het sluiten van een overeenkomst is
vervat  dient duidelijkheid te verschaffen over de belangrijkste verplichtingen die
uit de overeenkomst zullen voortvloeien
- Uitnodigen tot het doen van een aanbod = wanneer een voorstel om een overeenkomst
te sluiten onvoldoende duidelijkheid verschaft omtrent de belangrijkste verplichtingen

Aanbod gevolgd door aanvaarding leidt tot het tot stand komen van een overeenkomst
 Verbindende kracht van obligatoire overeenkomst brengt mee dat na een tijdige
aanvaarding de aanbieder niet langer op zijn aanbod kan terugkomen en zich eenzijdig aan
contractuele gebondenheid kan onttrekken

Aanbod verliest kracht in de volgende gevallen
a) Aanbod wordt verworpen door degene tot wie het gericht is (art. 6:221 lid 2).
b) Tijdverloop
a. Is de termijn niet uitdrukkelijk bepaald dan hangt geldigheidsduur af van wijze
waarop het aanbod is gedaan.
c) Doordat aanbieder zijn aanbod herroept
a. Art. 6:219 lid 2 BW

Twee afwijkende vormen van het aanbod: het vrijblijvend en het onherroepelijk aanbod
- Vrijblijvend aanbod: kan ook na aanvaarding het aanbod worden herroepen op
voorwaarde dat dit onverwijld geschiedt (aanbod met verzwakte verwerkte art. 6:219
lid 2 BW)
- Onherroepelijk aanbod kan gedurende de termijn van onherroepelijkheid niet worden
herroepen, ook al is het aanbod nog niet aanvaard (aanbod met versterkte werking art.
219 lid 1 BW)

Onherroepelijkheid kan zich voordoen in de volgende varianten
1. Partijen scheppen langs contractuele weg een onherroepelijk aanbod
2. Uit het aanbod zelf vloeit voor dat het gedurende bepaalde tijd niet kan worden
herroepen

, Het herroepen van een aanbod moet worden onderscheiden van het intrekken van een
verklaring
- Bij intrekken van een verklaring is er nog geen geldig aanbod tot stand gekomen (art.
3:37 lid 5 BW)

Op welk tijdstip komt de overeenkomst tot stand?
De overeenkomst komt tot stand door aanvaarding van het aanbod
- Beslissende moment is derhalve de aanvaarding

Wanneer is er sprake van aanvaarding?
- Duidelijk bij mondeling en telefonisch contact
- Bij trager werkend communicatiemiddel onduidelijk
o Twee vragen onderscheiden:
 Hoe lang kan een aanbod worden herroepen? (Art. 6:219 lid 2 BW)
 Op welk tijdstip komt de overeenkomst tot stand? (Art. 3:37 lid 3 BW)
 Een tot een bepaalde persoon gerichte verklaring (zoals een
aanvaarding) moet, om haar werking te hebben, die persoon
hebben bereikt (ontvangsttheorie)

2.3 Handelingsbekwaamheid
Rechtshandeling vormt het middel waarmee we aan het rechtsverkeer deelnemen

Rechtshandelingen kunnen diep ingrijpen in de belangen van het individu  mogelijkheid tot
het verrichten van rechtshandelingen wordt slechts geboden aan hem van wie kan worden
verwacht dat hij de daarbij betrokken belangen juist kan taxeren en de draagwijdte van zijn
initiatieven kan overzien  anders bijstand door een vertegenwoordiger

Handelingsbekwaamheid = de mogelijkheid zelfstandig rechtshandelingen te verrichten
waaraan men zelf onaantastbaar wordt gebonden.
- Gebondenheid voortvloeiend uit een onrechtmatige daad (geen rechtshandeling) en de
mogelijkheid een rechtshandeling te verrichten in naam van een ander worden
derhalve niet bestreken door het vereiste van handelingsbekwaamheid

Leeftijdgrens van handelingsbekwaamheid = 18 jaar  gevallen waarin de minderjarige
zelfstandig volledig geldige rechtshandelingen kan verrichten
- Art. 1:234 lid 1 – een minderjarige is bekwaam in eigen naam rechtshandelingen te
verrichten, mits met toestemming van zijn wettelijke vertegenwoordiger
- art. 1:234 lid 3 – toestemming wordt verondersteld te zijn verleend, indien het een
rechtshandeling betreft ten aanzien waarvan in het maatschappelijk verkeer
gebruikelijk is dat minderjarigen van deze leeftijd deze zelfstandig verrichten.
- Art. 1:235 (handlichting) – handlichting is het middel om aan minderjarigen beperkte
handelingsbekwaamheid te verlenen. Hiertoe is nodig een beschikking om de
kantonrechter waarbij de verleende bevoegdheden uitdrukkelijk worden omschreven.

Gevallen van handelingsonbekwaamheid bij meerderjarige – curatele
- Curatele biedt het middel bepaalde meerderjarige (onder andere geestelijk gestoorden,
drugsmisbruikers en alcoholici) handelingsonbekwaamheid te ontnemen (art. 1:381)
o Ondercuratelestelling wordt uitgesproken door de rechter

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dionnesteenbeek. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77254 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.96  21x  sold
  • (6)
  Add to cart