25 – OORLOG EN REVOLUTIE 1914-1919
De weg naar oorlog | Wat was de oorzaak voor het uitbreken van WOI?
Er was in WOI geen belangrijkste doel. Groeiende compette om kolonies en wereldmarkten, een
wapenwedloop en diplomateke crises verscherpten de internatonale spanningen. Aan het thuisfront
versterkten nieuwe vormen van populistsch natonalisme het geloof in ‘my country right or wrong’ terwijl
binnenlandse conficten de overheden aanspoorden om agressief buitenlands beleid na te streven, hopend op
natonale eenheid.
Groeiend internatonaal confict
WOI begon deels omdat Europese staatsmannen diplomateke problemen die de Duitse macht versterkten niet
oplosten. De Frans-Pruisische Oorlog en de unifcate van Duitsland openden een nieuwe periode in
internatonale relates. In 1871 was Duitsland de sterkste nate in Europa. Bismarck vond het zo prima en wilde
de vrede bewaren. Hoe?
o Zorgen dat Frankrijk in diplomatek isolement bleef, zonder bondgenoten;
o De multnatonale rijken van Oostenrijk-Hongarije en Rusland waren een bedreiging voor de vrede.
In 1890 kwam keizer Wilhelm II, die Bismarcks goede werk wat buitenlands beleid betrof tenietdeed. Duitsland
hernieuwde de vredesovereenkomst met Rusland niet, waarna Frankrijk zich aansloot bij Rusland met geld,
wapens en support. In 1894 werden zijn militaire bondgenoten. Contnentaal Europa werd zo verdeeld in twee
concurrerende blokken. De Triple Alliance van Oostenrijk, Duitsland en Italië (na 1914 ging Italië weg, omdat
Oostenrijk volgens hen een agressie oorlog had gestart) kwam tegenover de Dual Alliance van Rusland en
Frankrijk te staan. Duitsland begon in het geheim een twee frontenoorlog voor te bereiden.
Het beleid van GB werd belangrijk. Veel Duitsers en wat Briten vonden dat het Angelsaksische volk beter was
dan de rest en daardoor automatsch bondgenoot van elkaar. De goede relates tussen Pruisen en GB maakten
plaats voor een bitere Angelgermaanse rivaliteit.
Er waren meerdere redenen voor deze ontwikkeling:
o Commerciële rivaliteit in de wereldmarkten van Duitsland en GB namen toe in de 1890s, toen
Duitsland een grote industriële macht werd;
o De ambite van Duitsland om kolonies te verkrijgen waren een bedreiging voor de Briten;
o De beslissing van Duitsland om de vloot te vergroten was een gevaar voor Engeland;
o Als reacte op de Duitse expansie, sloten Britse leiders bondgenootschappen met de VS, Japan en
Frankrijk.
Gealarmeerd door de band tussen GB en Frankrijk, besloten Duitse leiders om de kracht van het
bondgenootschap te testen. Wilhelm II verklaarde dat Marokko onafankelijk was en dat Duitsland dezelfde
handelsrechten wilde als Frankrijk. Frankrijk en GB werden alleen maar closer en Duitsland kreeg niks.
Het resultaat van de Eerste Marokkaanse Crisis (1905) was een diplomateke revolute. GB, Frankrijk, Rusland
en de VS zagen Duitsland als bedreiging. Duitse leiders zagen comploten rondom Duitsland. Rusland maakte
het goed met GB in Perzië en Centraal-Azië en tekende het Anglo-Russian Agreement. Dit was de basis van de
Triple Entente – een bondgenootschap tussen GB, Frankrijk en Rusland voor en tjdens WOI.
Duitslands keuze om de marine te versterken, vergroote de internatonale spanning. Duitse patrioten zagen
een grote marine als recht op veel wereldmacht en bron van natonale trots. Britse leiders zagen dit als
militaire uitdaging waardoor ze het People’s Budget op vechtschepen moesten zeten ipv sociale zekerheid.
De leidende nates van Europa waren gescheiden in twee vijandige kampen, beide niet goed voorbereid om om
te gaan met de verslechterende situate op de Balkan. De Triple Entente was directe tegenstander van de Triple
Alliance. In 1914 was iedereen overtuigd dat oorlog onvermijdelijk was.
De gemoedstoestand van 1914
Diplomateke rivaliteiten en internatonale crisis waren sleutelrollen in de weg naar oorlog, maar ook de
houdingen en overtuigingen van Europeanen in 1914 waren van belang. Militarisme en natonalisme
moedigden leiders en burgers aan om internatonale relates te zien als plek voor het testen van natonale
macht, met oorlog als dat nodig was.
Militaire insttutes speelden een prominente rol in afaires van de staat en in de levens van gewone mensen
door heel Europa. Politci steunden op generaals en militaire experts om het publieke beleid te vormen.
Dienstplicht stelden veel jonge mannen bloot aan militaire cultuur en discipline.
Europeanen onderschaten de destructeve potente van moderne wapens. Aangemoedigd door patriotsche
natonale druk, geloofden velen dat oorlog geweldig was. Ze dachten dat het snel voorbij zou zijn. Oorlog werd
afgebeeld als krachtstest die tot natonale eenheid en vernieuwing zou leiden.
, Support voor militaire waarden hing samen met natonalisme, het idee dat het eigen land beter was dan alle
anderen. Uitngen van ant-oorlogssentment van socialisten of vrouwen werden gezien als landsverraad. Het
grootste deel van de populate was klaar voor oorlog.
Leidende staatsmannen hadden praktsche redenen om militarisme en natonalisme de promoten. Politek
leiders gebruikten buitenlands avonturisme en diplomateke misleiding om mensen af te leiden van
binnenlands confict (GB: burgeroorlog met Ierland; Rusland: Russo-Japan Oorlog; Duitsland: overwinning van
Marxist Sociaaldemocratsche Partj; Frankrijk: arbeids- en budgetproblemen).
Vastberaden om de macht vast te houden en bang voor burgerbewegingen, wilden de heersende klassen
gokken op diplomatek op de rand van oorlog leven en zelfs oorlog starten om de sociale en politeke conficten
oplossen uit te stellen. Overwinning beloofde behoud van privileges voor de elite en het samenkomen van de
massa achter het natonale doel.
Het uitbreken van oorlog
28 juni 1914 werd Francis Ferdinand vermoord door Servische revolutonairen tjdens staatsbezoek door
Gavrilo Princip.
Princips daad leidde Europa de wereldoorlog in. In de vroege jaren van de 20 e eeuw leek oorlog in de Balkan
onvermijdelijk. Tussen 1900-1914 hadden de westerse machten de Otomaanse leiders gedwongen om hun
Europese territoria op te geven. Die landen wilden onafankelijkheid, en etnisch natonalisme vernietgde het
Otomaanse Rijk en bedreigde Oostenrijk-Hongarije.
De eerste Balkanoorlog was de strijd van een ‘monsterverbond’ van
Balkanstaten - Servië, Griekenland en Bulgarije – tegen het
Ottomaanse Rijk om dit rijk van het Europese vasteland te
verdrijven. Dit slaagde vrijwel geheel.
De tweede Balkanoorlog ging over de vraag wie de resten van dat
Ottomaanse Rijk op de Balkan zou krijgen. Bulgarije, de grote
verliezer, moest zijn veroveringen in Macedonië prijsgeven ten
gunste van Griekenland en Servië. Het Servisch grondgebied werd
(naar het Zuiden toe) bijna verdubbeld, maar Servië slaagde er niet
in om toegang te krijgen tot de Adriatische Zee, omdat Oostenrijk
dat tegenhield: in 1913 kwam er een onafhankelijk Albanië. Net als
in 1908 (Bosnische crisis) was Servië niet gesteund door Rusland.
Oostenrijk vreesde een vergelijkbaar lot te ondergaan als het
Ottomaanse Rijk.
De 3e Balkanoorlog was de oorlog tussen OH en Servië die op 28
juli 1914 uitbrak n.a.v. de moord op Franz-Ferdinand en zijn vrouw,
een maand eerder. Intussen had Oostenrijk steun gekregen van
Duitsland (blanco cheque, 5 juli) en Servië van Rusland. Toen
Servië op 25 juli niet inging op het Oostenrijkse ultimatum brak
drie dagen later de 3e Balkanoorlog uit. 30 juli: Rusland
mobiliseerde zijn troepen en ging niet in op het Duitse ultimatum
zijn troepen terug te trekken. Op 1 augustus mobiliseerden ook
Frankrijk en Duitsland, en toen Rusland niet inging op het Duitse
ultimatum verklaarde Duitsland op 1 augustus aan Rusland de
oorlog, en op 3 augustus aan Frankrijk. Na de inval in België door
Duitsland verklaarde op 4 augustus GB aan Duitsland de oorlog.
Binnen deze context zorgde de moord op Francis Ferdinand voor intense diplomateke actviteit die vijf weken
duurde en die zijn toppunt bereikte in de wereldoorlog. 23 juli gaf OH Servië een ultmatum waarbij de
Servische soevereiniteit werd geschonden. Servië reageerde ontwijkend, waarna Oostenrijk op 28 juli de oorlog
verklaarde. Vijandig binnenlands natonalisme werd zo onderdrukt.
Duitsland dwong OH om Servië te confronteren en was daardoor dus verantwoordelijk voor het veranderen
van een kleine oorlog in een grote oorlog. Keizer Wilhelm II en kanselier Theobald von Bethmann-Hollweg
realiseerden zich dat oorlog tussen Oostenrijk en Rusland waarschijnlijk was. Bethmann-Hollweg stuurde een
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller subtiel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.22. You're not tied to anything after your purchase.