Inhoudsopgave
Samenvatting Bestuurskundige Theorieën ........................................................................... 1
Theorie algemeen ........................................................................................................................... 2
Theories of political control of bureaucracy ......................................................................... 5
Theories of bureaucratic politics .............................................................................................. 6
Theories of public management ................................................................................................ 8
Public institutional theory ......................................................................................................... 10
Decision theory .............................................................................................................................. 12
Rationele keuze theorie en irrationeel gedrag ................................................................... 13
Postmodern theory ...................................................................................................................... 14
Theories of ethics .......................................................................................................................... 16
Theories of governance .............................................................................................................. 17
1
,Theorie algemeen
Definitie theorie: het samenstel van wetenschappelijke veronderstellingen en
empirische kennis tot betrekking van het beschrijven, begrijpen, verklaren en
verbeteren van het (openbaar) bestuur.
Bestuurskunde kent verschillende vormen:
1. Een positivistische, wetenschappelijke (universele waarden, empirische
grondslag);
2. Theorieën die feitelijk materiaal ordenen om een systematisch begrip te krijgen
van complexe dimensies van bestuurskunde;
3. Theorie als normatief argument (filosofisch; goed/slecht)
De validiteit van een theorie is afhankelijk van diens capaciteit om te kunnen
beschrijven, uitleggen en te voorspellen.
Nut/betekenis:
- Describe/beschrijven
- Explain/verklaren
- Predict/voorspellen
- Frederickson met de hoop op nut/bruikbaarheid
- Discussie: beoordelen en verbeteren
Precisie en generaliteit zijn beide van belang binnen de bestuurskunde:
- Grotere generalisatie gaat ten koste van de mate waarin je specifieke uitspraken
kunt doen.
- Teveel precisering betekent echter dat het generaliserende potentieel kan
verdwijnen.
Uiteindelijk wordt elke theorie beoordeeld op haar mate van betrouwbaarheid en nut.
De performance of prestatie van een theorie wordt in het boek uitgedrukt in 6 factoren:
- Parsimony/elegance à De mate waarin de theorie een bepaald fenomeen kan
verklaren door middel van logica; hoe duidelijk is het geheel/beknopt.
- Explanatory à De mate waarin een theorie een fenomeen kan verklaren;
- Replicability à De mate waarin een theorie te generaliseren is;
- Descriptive capacity à De mate waarin een theorie de wereld waar kan geven
zoals deze geobserveerd wordt;
- Predictive capacity à De mate waarin een theorie testbare hypotheses en
waarschijnlijke inschattingen voor de toekomst kan genereren;
- Empirical warrant à De empirische onderbouwing voor hypotheses die de
theorie genereert.
2
, Theories of political control of bureaucracy
De theorieën van politcal control of bureaucracy hebben betrekking op de vraag: voegt
de bureaucratie zich naar de wet en naar de voorkeuren van de gekozen politici? Deze
theorie stelt dat er een dichotomie bestaat tussen politiek en bureaucratie. Hierbij geldt
dat de democratisch gekozen politici degenen moeten zijn die de controle hebben over
de bureaucratie.
Theories of bureaucratic politics
BPT proberen de rol van de bureaucratie met betrekking tot de beleidsvorming te
verklaren. Deze theorie verzet zich tegen de veronderstelling dat er een dichotomie
bestaat tussen de politiek en bureaucratie. Bureaucraten zijn geen willoze uitvoerders,
ze zijn van invloed op de politiek.
Theories of public management
PMT beschrijven de formele en informele processen van het sturen van menselijke
interactie richting publieke organisatiedoelen. Hierin wordt het proces van interactie
tussen manager en werknemers en de effecten van het gedrag van het management op
werknemers en de uiteindelijke werkprestaties geanalyseerd.
Public institutional theory
PIT beschrijft hoe een formeel sociaal geconstrueerd afgebakend raamwerk van
structuren, regels, rollen, normen, identiteiten en verwachtingen vormgeven aan
organisationeel gedrag, processen en uitkomsten. Deze beperken het individu en de
groep in hun keuze en gedrag. De logic of appropiateness speelt hierin een belangrijke
rol. PIT benadrukt daarbij de unieke eigenschappen, karakteristieken, problemen en
beloften van instituten.
Decision theory
DT richt zich op besluitvormingsprocessen in de bestuurskunde. Deze theorie is
gebaseerd op bounded rationality: we proberen rationeel te zijn maar we worden
beperkt door gelimiteerde cognitieve capaciteiten, incomplete informatie en
onduidelijke verbindingen tussen besluiten en uitkomsten. Bounded rationality heeft
twee uitwerkingen: logic of consequences & logic of appropiateness.
Rationele keuze theorie en irrationeel gedrag
RCT ziet de acties van burgers, politici en bureaucraten als acties die worden
ondernomen vanuit eigen belang. RCT gaat uit van twee centrale veronderstellingen:
individuele nutmaximalisatie en methodologisch individualisme.
Postmodern theory
PT gaat uit van een relativistisch standpunt waarbij we twijfel hebben over wat we
kunnen weten in de bestuurskunde. PT stelt dat er geen universele waarheid bestaat, er
zijn altijd verschillende interpretaties van verschillende waarheden. De realiteit is
namelijk sociaal geconstrueerd. Hierbij ligt de expliciete nadruk op taal en menselijke
interacties. Het gaat om een kritisch perspectief over wat theoretisch mogelijk is en wat
theoretisch handig is.
Theories of ethics
De ethiek theorie beschrijft het kader van wetenschappelijke veronderstellingen en
empirische kennis over (de betekenis van) morele waarden en normen voor het
beschrijven, verklaren, beoordelen en verbeteren van het (openbaar) bestuur.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lala123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.