Een positiebepaling van praktijkonderzoek
Intentioneel leren: het bewust, via een bepaalde systematiek, antwoorden proberen te krijgen op
vragen.
1.1 Het belang van een onderzoekende beroepshouding
Zorgprofessionals moeten niet alleen vanuit het perspectief van zorg, maar in samenhang met andere
domeinen mensen in staat stellen optimaal te functioneren.
De beroepspraktijk vraagt meer dan ooit om professionals met een onderzoekende beroepshouding
die samen met belanghebbenden vraagstukken vanuit verschillende perspectieven kunnen en willen
bekijken, kennis uit onderzoek van anderen kunnen toepassen en zelf onderzoek kunnen doen,
De onderzoekende houding vormt de basis voor je beroepsuitoefening. Een onderzoekende
beroepshouding helpt je om impliciete kennis en onderliggende denk- en besluitvormingsprocessen
van zowel jezelf als je collega’s te expliciteren.
Verschillende visies op onderzoekende beroepshouding: (drie dimensies)
De open houding: de professional staat open voor nieuwe indrukken, is bereid tot
perspectiefwisseling, wil begrijpen en wil delen.
De kritische houding: de professional wil nagaan of iets klop, wil onderbouwen en wil
verantwoorden.
De creatieve houding: de professional is gericht op vernieuwing en wil voortbouwen en
toevoegen.
Hoofddoelen van onderzoek
- Theorieën ontwikkelen of toetsen.
- Kennis toepasbaar maken in een brede beroepscontext.
- Op zoek gaan naar antwoorden op vragen in een specifieke beroepshoudingssituatie met als
doen deze situatie beter te begrijpen en waar nodig te verbreken.
Wanneer het accent op de ontwikkeling en toetsing van theorie ligt, wordt gesproken van
fundamenteel onderzoek.
,Wanneer het accent op kennis ligt die tot de oplossing van generieke problemen moet bijdragen, dan
gaat het om toegepast onderzoek.
Wanneer professionals in hun eigen beroepspraktijk onderzoek doen met als doel deze praktijk beter
te leren begrijpen of verbeteren, spreek je van praktijkonderzoek.
Of een behandelmethode überhaupt effectief kan zijn en waarom, is een vraag voor fundamenteel
onderzoek. Het toegepast onderzoek toetst onder welke voorwaarden het zinvol is om de
behandelmethode in te zetten om een probleem op te lossen. Of de behandeling in een specifieke
instelling ingezet kan worden en met welk effect, is een vraag voor praktijkonderzoek.
Onderzoeksbenaderingen
Posivistische benadering:
Kennis is gebaseerd op dat wat direct waarneembaar is; er is één werkelijkheid.
Hieruit volgt dat deze werkelijkheid beschreven kan worden aan de hand van algemene
wetmatigheden.
o Denk aan inrichting van ruimtes, duur van behandeling, methodieken en beschikbare
ondersteuning.
Constructivistische of interpretatieve onderzoeksbenadering:
Er kunnen meerdere interpretaties van de werkelijkheid naast elkaar bestaan. Interpretaties worden
gekleurd door persoonlijkheden en ervaringen.
Kennis wordt door ieder mens op een eigen wijze geconstrueerd en ontstaat in de interactie
tussen deze mensen en de sociale omgeving. Je zoekt niet zozeer naar algemene
wetmatigheden, maar naar interpretaties van gebeurtenissen.
De kritisch-emancipatorische onderzoeksbenadering
Kennis is niet waardevrij en wordt bepaald door mensen met macht.
Volgens deze benadering moet onderzoek bijdragen aan processen die emancipatie van
bepaalde groepen bevorderen en mensen in staat stellen hun eigen omgeving te veranderen.
Het gaat om het versterken van de capaciteiten van maatschappelijk kwetsbare personen en
groepen en inclusie van mensen die sociaal uit dreigen te vallen.
o Er wordt veel waarde gehecht aan de ervaringskennis en -deskundigheid van de
belanghebbenden. In deze benadering staat de dialoog centraal, er is veel aandacht
voor het perspectief van de belanghebbenden zelf en worden bestaande structuren
ter discussie gesteld.
,De onderzoeksbenadering bij praktijkonderzoek
In het boek wordt er uitgegaan van dat er meerdere interpretaties van de werkelijkheid bestaan.
Deze worden beschreven aan de hand van de algemene wetmatigheden als aan de hand van
specifieke kenmerken van de beroepspraktijk, en dat er een sterke koppeling is tussen de
onderzoeksresultaten en de specifieke context van de beroepspraktijk die onderzocht wordt.
De belanghebbenden worden actief betrokken bij het onderzoek.
Praktijkonderzoek in relatie tot evidence-based practice en practice-based
evidence
Evidence Based Practice (EBP) voor zorg- en dienstverleners gaat over het zorgvuldig gebruikmaken
van het huidige, beste bewijsmateriaal om beslissingen te nemen om de zorgverlening te verbeteren.
Beschikbare evidence wordt gecombineerd met de individuele kennis en ervaringen van de
professional en de wensen en voorkeuren van de cliënt.
Als zorgverlener moet je op de hoogte zijn van het beste bewijsmateriaal, waar je dit kan vinden, en
hoe je dit vervolgens zelf kan vertalen naar je eigen specifieke situatie.
Om ongewenste standaardisering van de zorg te voorkomen dienen richtlijnen en
kwaliteitsindicatoren kritisch te worden toegepast in een continu proces van samen leren en
verbeteren waarbij de invloed van contextfactoren op de uitkomsten van zorg expliciet wordt
gemaakt.
Practice-based evidence gaat uit van het idee dat kennis over het handelen van een professional
ontstaat in de specifieke context van de beroepspraktijk en dat die kennis evolueert door de
interactie tussen de personen die in deze beroepspraktijk een belangrijke rol spelen. Practice-based
evidence zet beroepsprofessionals aan tot het expliciteren van de eigen beroepspraktijk en de door
hen waargenomen effecten.
Verschil EBP en PBE: evidence bij EBP wordt onder wetenschappelijke condities verkregen en dan
vertaald naar de praktijk, terwijl bij BPE evidence onder realistische condities verkregen wordt en dan
eventueel in een volgende stap verder onderzocht kan worden.
Definitie praktijkonderzoek
Praktijkonderzoek in zorg en welzijn is onderzoek dat wordt uitgevoerd door zorg- en diensterleners,
waarbij op systematische wijze in interactie met de omgeving antwoorden verkregen worden op
vragen die ontstaan in de eigen beroepspraktijk en gericht zijn op verbetering van deze praktijk.
,Praktijkonderzoek in relatie tot het methodisch handelen
Praktijkonderzoek moet een relevantie hebben voor de beroepscompetenties die een zorg- of
dienstverlener moet verwerven of onderhouden.
Drie competentiesegmenten:
1. Verken met/ voor cliënten. Het gaat hier om de deskundigheid op het gebied van begeleiding.
Behandeling en/ of dienstverlening die je als professional dient te bezitten.
2. Werken in en vanuit een arbeidsomgeving. Het gaat om de vaardigheden die nodig zijn om
goed te kunnen functioneren in de organisatie in je rol als collega, teamlid,
samenwerkingspartner, etc.
3. Werken aan professionaliteit en professionalisering. Dit segment omvat de
verantwoordelijkheid voor het onderhouden van je beroepscompetenties en de ontwikkeling
van je beroepsgroep in het geheel.
1.2 kernactiviteiten van praktijkonderzoek
Oriënteren: in beeld brengen welke praktijkproblemen er zijn, voor wie deze belangrijk zijn, wat
erover bekend is en wat het belang van je onderzoek kan zijn voor jezelf en de organisatie.
Richten: richten van het onderzoek betekent inzoomen en het praktijkprobleem proberen af te
bakenen om tot een duidelijke onderzoeksvraag te komen. Je bepaald wat je wel en niet gaat
onderzoeken.
Plannen: je verkent verschillende manieren van dataverzameling en maakt op basis hiervan keuzes
voor de vormgeving van je onderzoeksproces, Je denkt na over de volgorde, duur en het tijdstip van
je onderzoeksactiviteiten, de selectie van respondenten en de facilitaire ondersteuning die je nodig
hebt om zo goed mogelijk antwoorde te krijgen op je onderzoeksvraag.
Verzamelen: je voert de geplande onderzoeksactiviteiten uit en verzamelt data die je nodig hebt
om je vraag te kunnen beantwoorden
Analyseren en concluderen: je analyseert de verzamelde data en je formuleert concrete
antwoorden op je onderzoeksvraag in de vorm van conclusies.
Ontwerpen: Richt zich op een doelbewuste verandering van de dagelijkse praktijk. Je doorloopt
de innovatiecyclus en maakt een ontwerp dat je daarna test in de praktijk. De data die je hiermee
verzamelt, gebruik je om te bepalen of het onderwerp voldoet in de praktijk.
Rapporteren en presenteren: wanneer je onderzoek leidt tot kennis en nieuwe inzichten,
verspreid je deze resultaten door te rapporteren en te presenteren. Je kiest hiervoor een passende
communicatiestrategie. Door belanghebbenden intensief bij je onderzoek te betrekken en de
interactie hierover te stimuleren, bereik je dat veranderingen ook daadwerkelijk plaatsvinden.
, 1.3 Onderzoeksfuncties
Een onderzoeksfunctie maakt duidelijk wat je met je onderzoek beoogt.
Definiërend praktijkonderzoek
Als je een definiërend onderzoek uitvoert, probeer je de verschillen en overeenkomsten in
denkbeelden van mensen over bepaalde begrippen in kaart te brengen.
Beschrijvend onderzoek
Het doel van deze onderzoeksfunctie is het in kaart brengen van een thema of praktijksituatie.
Vergelijkend praktijkonderzoek
Het doel van vergelijkend onderzoek is om de overeenkomsten en verschillen te bepalen tussen twee
of meer praktijken of tussen theorie en praktijk.
Evaluerend praktijkonderzoek
Een evaluerend praktijkonderzoek is een systematische beoordeling op basis waarvan nieuwe
beslissingen kunnen worden genomen.
Verklarend praktijkonderzoek
Als je onderzoekt of zaken daadwerkelijk met elkaar verband houden, doe je verklarend onderzoek.
Ontwerponderzoek
Bij praktijkonderzoek waarbij je direct werkt aan verbetering van je eigen beroepspraktijk door
doelbewust een ontwerp in te voeren en te testen spreken we van een ontwerponderzoek.
Kenmerken ontwerponderzoek:
Er worden in de dagelijkse praktijk een interventie ingevoerd
Het ontwerpproces heeft een onderzoeksmatig karakter waarbij interventies in verschillende
cycli worden ontworpen, geëvalueerd en bijgesteld.
Het proces van invoering van de interventie wordt nadrukkelijk gevolgd om een beter begrip
te krijgen van de interventie en de verbetering van de situatie.
De meerwaarde van het ontwerp voor de mensen die er in de praktijk mee moeten werken,
staat centraal.
Het ontwerp is theoretisch onderbouwd en levert na het testen in de praktijk een bijdrage
aan nieuwe inzichten.
1.4 Kenmerken van praktijkonderzoek
Praktijkonderzoek is een professionele leerstrategie
4 stappen van de leercyclus van Kolb:
o Concrete ervaringen opdoen
o Observeren van en reflecteren op opgedane ervaringen
o Ervaringen waarover is nagedacht in een theoretisch kader plaatsen en integreten, en
van daaruit conclusies trekken voor het eigen handelen.
o De conclusies actief omzetten in niet gedrag en experimenteren in nieuwe situaties.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller miloucremer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.