Inleiding
Eerder is besproken dat het uitgangspunt is: de relativiteit van de overeenkomst. D.w.z. dat in beginsel
uit een overeenkomst alleen voor contractsluitende partijen verbintenissen voortvloeien, dus niet voor
derden.
Echter, hierop bestaan er uitzonderingen:
- In de wet (in LEH 9 bespreken)
- In de jurisprudentie (wordt in LEH 10, dus in deze leereenheid, besproken).
In deze leereenheid staat dus centraal: De uitzondering op de regel ‘’relativiteit van de overeenkomst’’
zoals in de jurisprudentie bepaald ( = derdenwerking van overeenkomsten). In een aantal gevallen
heeft de HR dus derdenwerking van overeenkomsten aanvaard.
Deze leereenheid is als volgt opgebouwd:
10.1 = Derdenwerking van exoneratiebedingen en art. 6:257 BW (de blokkering van de
paardensprong).
10.2 = Samenhangende overeenkomsten
10.3 = Onrechtmatig handelen door het als derde uitlokken van wanprestatie of bewust profiteren
van de wanprestatie van een contractspartij.
10.4 = Onrechtmatig handelen van (een van) de partijen bij een overeenkomst jegens een derde.
10.5 = De rechtsgevolgen van overgang van vorderingen in geval van cessie, subrogatie en schuld-
en contractsoverneming.
Pagina 1 van 33
,10.1 Doorwerking van contractuele verweermiddelen
De verweermiddelen die partijen bij een overeenkomst afspreken kunnen doorwerking hebben:
- In het nadeel van een derde (10.1.1) en
- T.b.v. een derde (10.1.2).
Meestal gaat het om: exoneratiebedingen ( = één van de contractspartij sluit zijn aansprakelijkheid
voor de schade toegebracht aan de wederpartij uit).
We gaan bovengenoemden nader bespreken.
Pagina 2 van 33
,10.1.1 Verweermiddelen ten nadele van een derde
Kan de contractspartij die in een overeenkomst heeft bedongen dat hij niet aansprakelijk zal zijn voor
aan de wederpartij toegebrachte schade (= exoneratieclausule), deze exoneratieclausule ook
tegenwerpen aan een derde, als deze derde hem aanspreekt tot vergoeding van schade op grond van
onrechtmatige daad (art. 6:162 BW)?
Antwoord:
Sommige wetsbepalingen geven een contractspartij de bevoegdheid zich tegenover een derde te
beroepen op een uit een overeenkomst voortvloeiend verweermiddel, zoals: exoneratiebeding. Een
exoneratiebeding kan dus derdenwerking hebben.
Voorbeelden:
- Art. 6:107 lid 2 BW
- Art. 6:108 lid 4 BW
Ook door de HR (dus in jurisprudentie) is derdenwerking van exoneratiebedingen in een aantal
gevallen aanvaard.
We gaan deze gevallen nader bespreken a.d.h.v. de volgende verplichte jurisprudentie.
- Gegaste uien
- Securicor
- Citronas
Derdenwerking buiten in de wet geregelde gevallen (info uit studieboek Rechtshandeling en
overeenkomst)
Art. 6:1 BW = Derdenwerking is niet beperkt tot de in de wet geregelde gevallen. Niet elke verbintenis
hoeft rechtstreeks op enig wetsartikel te steunen. Voldoende is, dat het ontstaan van een verbintenis
past in het stelsel van de wet en aansluit bij de wel in de wet geregelde gevallen.
Dit betekent: In beginsel naar aanleiding van een overeenkomst, ook buiten de wet om ten voordele of
ten nadele van derden verbintenissen of andere rechtsgevolgen ontstaan.
In de rechtspraak (lees: in jurisprudentie) is derdenwerking in een niet in de wet geregeld geval
aanvaard. Met name m.b.t. exoneratiebedingen.
De hoofdregel is: Contractuele bedingen zijn alleen van kracht tussen handelende partijen.
Op deze hoofdregel geldt een uitzondering: Als in de aard van het desbetreffende geval voor
derdenwerking een voldoende rechtvaardiging kan worden gevonden (= verplicht arrest Citronas). Dit
arrest noemt twee gronden voor derdenwerking:
1. Het op gedragingen van de derde terug te voeren vertrouwen van degene die zich op het
beding beroept, dat hij dit beding zal kunnen inroepen ter zake van hem door zijn wederpartij
toevertrouwde goederen.
Dit is ontleend aan het geval uit het verplichte arrest Gegaste uien.
2. De aard van de overeenkomst en van het betreffende beding i.v.m. de bijzondere relatie waarin
de derde staat tot degene die zich op het beding beroept.
Daarbij verwijzend naar het stelsel van de wet, in het bijzonder als de wet aan bepaalde daarin
geregelde overeenkomst binnen zekere grenzen werking jegens derden toekent en het
betreffende geval in dit stelsel moet worden ingepast.
In gevallen waarin de derde een contractueel beding kan worden tegengeworpen, behoort de positie
van de derde niet slechter te zijn dan wanneer hij bij de overeenkomst partij was geweest. Dat betekent
dat de derde zich tegenover het beding bijv. op de beperkende werking van redelijkheid en
billelijkheid moet beroepen (art. 6:248 lid 2 BW).
Pagina 3 van 33
, Verplicht arrest: Gegaste uien
Feiten:
- De Klerk had aan de Roteb (de reinigingsdienst van de gemeente Rotterdam) opdracht
gegeven om uien die in cellen van De Klerk waren opgeslagen (en die door insecten waren
aangetast) door gassing te ontsmetten.
- In de cellen bevonden zich uien die gedeeltelijk aan De Klerk, gedeeltelijk aan Noordermeer
toebehoorden.
- Voor de Roteb (de gemeente) was niet duidelijk kenbaar dat de in de cellen opgeslagen uien
niet allemaal toebehoorden aan De Klerk.
- Noordermeer had De Klerk toestemming gegeven tot het laten gassen van de uien.
- Bij de afspraak met De Klerk tot het gassen van de uien had de Roteb (de gemeente) bedongen
dat hij (c.q. de gemeente) niet aansprakelijk zou zijn indien aan de uien schade zou ontstaan
door de ontsmettingsbehandeling.
- Bij het gassen van de uien handelde de Roteb (de gemeente) onzorgvuldig door zich niet strikt
te houden aan de voorschriften bij het ontsmettingsmiddel. Daardoor moesten de uien na de
behandeling vernietigd worden. Daarop sprak Noordermeer de Roteb (de gemeente) aan tot
vergoeding van schade op grond van onrechtmatige daad (art. 6:162 BW).
Hiertegen voerde de Roteb (de gemeente) aan dat in de overeenkomst met De Klerk een
exoneratieclausule was opgenomen.
Vraag:
Kan de Roteb, aangesproken uit onrechtmatige daad door Noordermeer, haar exoneratiebeding
tegenover De Klerk ook tegen Noordermeer inroepen?
Uitspraak HR:
De HR aanvaardde derdenwerking van de exoneratieclausule en achtte daarbij de volgende
omstandigheden van belang:
- De uien van Noordermeer lagen in de cellen van De Klerk;
- Noordermeer had De Klerk geheel de vrije hand gelaten bij het regelen van de opdracht tot het
gassen van de uien;
- Daardoor had Noordermeer een situatie in het leven geroepen waarin de Roteb (de gemeente)
erop mocht vertrouwen dat de aansprakelijkheidsbeperking voor alle bij De Klerk opgeslagen
uien zou gelden.
Pagina 4 van 33
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller demeta. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.39. You're not tied to anything after your purchase.