Democracies, Autocracies and Transitions (73220021FY)
Institution
Universiteit Van Amsterdam (UvA)
Book
Determinants of Democratization
Uitgebreide samenvatting van ALLE lectures (7 t/m 12) voor het final exam van Democracies, Autocracies and Transitions (DAT). Samenvatting is grotendeels in het Nederlands geschreven. Alle denkers (artikelen) en begrippen zijn extra duidelijk aangegeven.
Extensive summary of all lectures (7 until ...
,Lecture 7: International explanations
De lecture-vrouw laat een grafiek zien: op de y-as zie je de proportie van de wereldpopulatie
dat leeft in een onafhankelijke staat, natiestaten. Natiestaten zijn relatief nieuw, bijna 100% van
de wereldpopulatie leeft nu in een onafhankelijke staat. Als je niet in een onafhankelijke staat
leeft, leef je automatisch niet in een democratie.
Proportie van mensen dat in een autocratie leeft versus een democratie: 10% van de
wereldpopulatie leeft in de meest democratische staten. Veel mensen leven in een
semi-democratie. Ongeveer 50% van de wereldpopulatie leeft in een autocratie.
Huntington’s wave of democracy:
1. 19e eeuw - 1922, in vroege democratieën hadden vrouwen geen rechten
2. 1945 (post WO II) - 1962, periode van dekolonisatie
3. 1974 - 2008? , start bij revolutie in Portugal
De autocratische
golf was tijdens de
Tweede
Wereldoorlog, toen
Duitsland andere
landen autocratisch
maakte.
Sommige academici
zeggen dat
democratieën vanaf
2008 backsliden.
Landen die in een
bepaalde wave
democratiseren
hebben iets met
elkaar gemeen.
Diffusie van revoluties / democratisering
Wat is de overeenkomst tussen de democratisering in verschillende landen in één
bepaalde wave / tijdsperiode? II. What is diffusion?
- Teorell: diffusion = verspreiding van democratische ideeën over landen, lecture-vrouw
vindt deze definitie vaag
- Diffusion (algemeen) = idee dat er iets is dat deze landen met elkaar connect
1
, - Gunitsky: diffusion heeft twee hoofddimensies
1) External source [bron van de movement, bron van democratische waves]
- Verticaal: geopolitieke shifts = shift in hegemonische macht, voorbeeld: val
van de Sovjet-Unie. We leefden in een bipolair internationaal systeem, daarna
kwam er een shift in hegemonische macht. Dit had een effect voor landen die
voormalig onder de Sovjet-Unie vielen.
- Horizontaal: neighborhood linkages = in een land is er een
democratiseringsproces en dit kan o verslaan naar een buurland, Teorell wil dit
Meten
2) Strength of external influence
- Contagion: internationale factoren overweldigen binnenlandse
factoren = hoe de situatie in een land er ook uitziet, welke structurele
factoren er ook zijn, de horizontale of verticale shock is zo krachtig dat
mensen in een land opeens kunnen opstaan om regime-verandering te
eisen
- Emulation: binnenlandse factoren vormen timing = binnenlandse
actoren zien wat er aan de hand is, bijvoorbeeld in een buurland, en dan
strategize’en ze over hoe ze die tactieken kunnen overnemen / deze
ideeën kunnen verspreiden. Deze manier is meer strategisch en houdt
rekening met timing. Voorbeeld: colour revolutions (?).
II. Dimensions of diffusion (Gunitsky)
→ Je hebt contagion dat voortkomt uit een verticale shock, of uit een horizontale shock etc.
- Gunitsky: democratische golven zijn “temporally-bound cluster of mass contention
and regime change, with linkages among the cases that cluster.” Linkages => het
gebeurt niet zomaar, er moet een specifieke connectie zijn tussen de landen die
betrokken zijn bij de wave om het een wave te kunnen noemen.
- De derde wave bestaat uit 4 aparte golven → verschillende types;
1. Post-Sovjet Wave (1989-1994): verticale contagion
2. De ‘Third’ Wave (1974-1988): horizontale emulation, startte in Portugal
3. Color Revolutions (2000-2007): geen grote geopolitieke shift, ook horizontale
emulation. De mensen in deze landen waren erg deliberatief met hoe ze hun
eisen zouden organiseren en de timing hiervan. Vaak gelinkt aan verkiezingen.
4. Arabische Lente (2011)
2
, - Arabische Lente: h orizontale contagion, is nuttig om te weten want dan weet je met
wat voor omstandigheden je de Arabische Lente kunt vergelijken. Veel academici
vergeleken het met verschillende (voorgaande) revoluties. Spring of Nations is goed om
de Arabische Lente mee te vergelijken, qua ontstaan.
- Spring of Nations: was niet succesvol, Arabische Lente ook niet
- Gunitsky: sommige waves zijn meer waarschijnlijk om te leiden naar “bepaalde types
van democratisch falen”
→ Voorbeeld: autocraten hebben misschien de mogelijkheid om emulation te
co-opt’en. Emulatie als een tactiek kan ervoor zorgen dat autocraten leren van hun
buurlanden en zich aanpassen. Zo kunnen ze beter omgaan met de eisen van
pro-democraten / massabewegingen. Ze kunnen stappen nemen om verdere diffusie in
hun land te voorkomen.
- Second Constitutional Wave: verticale shock en emulatie, niet alleen buurlanden
voelde de shock maar ook landen die op een andere manier verbonden waren. De
shock waar het hier om gaat is de tsaren-revolutie in de Sovjet-Unie (1905-1912),
kwam voort uit het verlies van Rusland in een oorlog tegen Japan. Iedereen was toen
helemaal shook, shaking en quaking want Rusland werd gezien als onoverwinnelijk.
Japan had een grondwet en dit spoorde veel landen aan om ook een grondwet te
nemen (?).
Verticale emulatie (Gunitsky)
Spark: verlies van Rusland van Japan
Bewijs van diffusion
- Gedeelde ideologie
- Invloed van Rusland
- Mogelijkheid van succes
- Gedeelde tactieken
Revolutie in Rusland: mensen waren niet meer
bang voor de tsaar, Rusland kreeg een
grondwet. Rusland had ook veel invloed op het
Perzische Rijk (Iran), hier kwam er ook revolutie
door wat ze in Rusland zagen. Mobiliseerde ook
mensen in het Ottomaanse Rijk. Grondwet van
Iran had invloed op de Young Turks in het
Ottomaanse Rijk, ‘islamitische land met een
grondwet’. Ook in China was er een invloed van
de Russische revolutie door de Chinese
arbeiders in Rusland, zij namen deze ideeën weer
terug naar hun moederland. Mensen zagen een
mogelijkheid van succes in de revolutie in Rusland.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller summaries4u. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.24. You're not tied to anything after your purchase.
