Hoofdstuk 1: Taxatieprofessie
1.1: Kernbegrippen
Een taxatie is een schatting van de waarde van een object door een taxateur. Een schatting is een
kwalificering (in geld) onder onzekerheid.
Een taxateur is een persoon die zijn beroep maakt van het produceren van deze schattingen.
De taxatieleer is de discipline die betrekking heeft op het schatten van waarde.
1.2: Ontstaan van de moderne taxatieleer
De historische ontwikkeling van de taxatie in algemene zin begint bij de ontwikkeling van de
algemene economische theorie. De taxatiepraktijk lijkt zich hier via vier gescheiden sporen te hebben
ontwikkeld:
- onteigening
- jaarverslaggeving
- onroerendgoedbelasting
- 'de markt'(bemiddeling en financiering)
Onteigening
Bij onteigeningsvraagstukken wordt in de regel fundamenteel nagedacht over zaken als waarde (nut
versus ruil) en rechten (eigendom, erfpacht, huur). Kernbegrip is de werkelijke waarde.
Jaarverslaggeving
Kernbegrippen zijn vervangingswaarden en opbrengstwaarde
Onroerendbelasting
Het taxatiespoor van de onroerendgoedbelasting heeft betrekking op taxaties ten behoeve van de
heffing van (wat nu heet) de onroerendezaakbelasting.
De markt
1.3: Taxateur
Een taxateur is een persoon die zijn beroep maakt van het schatten van waarden van objecten. Zijn
advisering resulteert in een schriftelijke en gemotiveerde vastlegging van de schatting in een
taxatierapport, dat door hem wordt gedagtekend.
Er zijn verschillende typen taxateurs:
- de taxateur en makelaar-taxateur;
- de interne taxateur en externe taxateur;
- de gecertificeerde taxateur en niet-gecertificeerde taxateur
1.3.1: Taxateur en makelaar-taxateur
Traditioneel is het taxeren van (onroerende)zaken een (neven)activiteit van de makelaar. De
makelaar was hetzij een onafhankelijke tussenpersoon dan wel een eenzijdige belangenbehartiger
die de koper of de verkoper vertegenwoordigde. Hij was degene die zich bij uitstek in de markt
bewoog en kennis had van de vraag en het aanbod en aldus als beste toegerust om de prijzen
(waarden) van zaken te bepalen.
1
,Onder tussenpersoon wordt verstaan degene die:
- zijn bedrijf maakt van het verlenen van bemiddeling bij het tot stand brengen en het sluiten van
overeenkomsten in opdracht en op naam van personen tot wie hij niet in een vaste dienstbetrekking
staat
- beherend vennoot van een vennootschap of bestuurder van een rechtspersoon is die haar bedrijf
maakt van het verrichten van de in onderdeel a genoemde handelingen, of
-i n arbeidsovereenkomst staande tot een persoon, vennootschap of rechtspersoon als bedoeld in dit
artikel, namens zijn werkgever de in onderdeel a genoemde handelingen verricht
1.3.2: Interne taxateur en externe taxateur
Professionele interne taxateurs brengen taxaties in loondienst uit; zij zijn in dienst bij de gebruiker
van de taxatie. Denk bij interne taxateurs aan taxateurs die verbonden zijn aan financiële
instellingen, overheden en de Belastingdienst.
Professionele externe taxateurs brengen taxaties uit in opdracht van de gebruiker van de taxatie.
1.3.3: Onafhankelijkheid van de taxateur
Ongeacht het specialisme of de werkzaamheden van de taxateur is de onafhankelijkheid van een
taxateur een belangrijke kwestie. Er zijn binnen het vakgebied spelregels vastgelegd in
taxatiestandaarden, de International Taxatie Standaarden of International Valuation Standards (IVS).
Een (interne of externe) taxateur is een persoon die:
- de noodzakelijke kwalificaties, competenties en ervaring heeft om een taxatie uit te voeren. De
taxateur is een persoon met een goede reputatie die een opleiding heeft gevolgd aan een erkende
opleidingsinstelling;
- relevante ervaring heeft en competent is ten aanzien van de markt en het type onroerende zaak
waar de taxatie betrekking op heeft;
- kennis heeft van de ter beschikking staande methoden en technieken en deze correct kan
toepassen;
- lid is van een erkend en nationaal taxatie-instituut;
- een leerweg van professionele educatie volgt gedurende zijn carrière;
- alle vereisten uit een ethische code navolgt
1.4: Taxatiestandaarden
1.4.1: Definitie en reikwijdte van taxatiestandaarden
Voor het functioneren van de taxatiebranche is het van groot belang dat er breed gedragen noemen
bestaan waaraan een taxatie naar redelijke maatstaven moet voldoen. Taxatiestandaarden omvatten
de spelregels voor het uitbrengen van taxaties. Taxatiestandaarden zijn gezaghebbende
(verzamelingen) vastgestelde praktijknormen ter bevordering van de kwaliteit en uniformiteit van
vastgoedtaxaties.
1.4.2: Onderdelen van een taxatiestandaard
Taxatiestandaarden omvatten meestal de volgende onderdelen:
- fundamentele taxatiebeginselen;
- gedragsrichtlijnen;
- ethische principes
- toepassingsregels
Alle standaarden hebben een sectie waarin enkele fundamentele taxatiebeginselen worden
omschreven, zoals de verschillende waarde begrippen of het beginsel van optimale aanwending of
de toelaatbaarheid van bijzondere uitgangspunten.
2
,Alle standaarden bevatten ook gedragsrichtlijnen. Het gaat hier om zorgvuldigheidsnormen waaraan
taxateurs zich in het proces moeten houden.
Sommige standaarden omvatten ook ethische regels. Als dat het geval is, worden die meestal als
eerste behandeld. Andere standaarden laten de ethiek aan de beroepsverenigingen over.
1.4.3: Voorschriften en richtlijnen
Taxatiestandaarden kennen niet alleen verschillen in inhoud, maar ook in status. Sommige
standaarden zijn voorschriften met een verplichting tot naleving, andere standaarden zijn
aanbevelingen.
1.4.6 Wettelijke taxatiestandaarden
Er zijn legio taxaties die hun basis hebben in specifieke wet- en regelgeving. Er zijn concrete
taxatienormen opgenomen in wetten en in regelingen en in daarop gebaseerde jurisprudentie.
Er is meestal een regeling opgenomen in de algemene standaarden (IVS, RICS) dat bij conflicterende
standaarden, de wettelijke standaard prevaleert. Een overzicht van taxatiestandaarden is dus niet
compleet zonder de wettelijke taxatiestandaarden te noemen. We kijken naar de spelregels voor
taxaties in drie (geheel verschillende) wettelijke contexten:
-financiële verslaggeving;
-belasting;
-onteigening.
De waarderingsstandaard uit de Onteigeningswet wordt ook regelmatig buiten onteigeningssituaties
toegepast, te weten:
- bij de waardebepaling bij aankoop door gemeenten op basis van een wettelijk voorkeursrecht;
- bij de begroting van planschadevergoedingen;
- bij taxaties van inbrengwaarden ten behoeve van grondexploitatie
Hoofdstuk 2: Fundamentele taxatiebeginselen
2.1: Vastgoed
2.1.1: Afbakening van het begrip vastgoed
Vastgoed is een begrip dat geen wettelijke basis heeft en ook in de praktijk niet een vaste
(werk)definitie kent. Het begrip onroerende zaak heeft dat wel.
Eigendom is het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben, art. 5:20 BW.
Goederen zijn alle zaken en alle vermogensrechten
Zaken zijn de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten
Onroerend zijn de grond, de nog niet gewonnen delfstoffen, de met de grond verenigde
beplantingen, alsmede de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd, hetzij
rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken.
Roerend zijn alle zaken die niet onroerend zijn.
Rechten die, hetzij afzonderlijk hetzij tezamen met een ander recht, overdraagbaar zijn, of ertoe
strekkende rechthebbende stoffelijke voordeel te verschaffen, ofwel verkregen zijn in ruil voor
verstrekt of in het vooruitzicht gesteld stoffelijk voordeel, zijn vermogensrechten.
3
, Een beperkt recht is een recht dat is afgeleid uit een meer omvattend recht, het wel met het
beperkte recht is bezwaard.
Beperkte rechten zijn rechten die van het moederrecht zijn afgesplitst en die hetzij bij ieder
overdraagbaar vermogensrecht kunnen voorkomen, hetzij alleen bij rechten op bijzondere
voorwerpen. Beperkte rechten zijn te onderscheiden in gebruiksrechten en zekerheidsrechten.
Registergoederen zijn goederen voor welke overdracht of vestiging inschrijving in daartoe bestemde
openbare registers noodzakelijk is.
Het begrip actief (asset) komt uit het jaarverslaggevingsrecht. Een actief heeft de connantie van
'bezitting': het is een middel dat uit gebeurtenissen in het verleden is voortgekomen en waarover de
entiteit zeggenschap uitoefent.
Het begrip vastgoed duidt op een fysieke eigenschap en heeft betrekking op alles wat een vaste
plaats heeft ten opzichte van het aardoppervlak.
2.1.2: Voorwerp van taxatie
Vier categorieën objecten komen in aanmerking voor een taxatie:
- onroerende zaken (in eigendom)
- zakelijke rechten (erfpacht, opstal, appartement)
- persoonlijke rechten (huur, pacht en lease)
- exploitatiegebonden vastgoed (ondernemingen of ondernemingsactiviteiten waarvan onroerende
zaken een onlosmakelijk en dominant deel uitmaken.
Bij persoonlijke rechten, zoals huur- of pachtrechten, kan de vraag worden gesteld hoe tegen de
waarde ervan moet worden aangekeken nu deze rechten niet zonder meer in de markt kunnen
worden overgedragen. Bij exploitatiegebonden vastgoed (hotels, brandstofverkooppunten,
recreatieobjecten) kan de vraag worden gesteld of deze categorie tot het domein van de
vastgoedtaxateur of van de business valuator behoort.
2.2: Waarde
2.2.1: Prijs
De prijs is het concrete bedrag dat wordt gevraagd, betaald of geboden voor een object. De prijs kan
dus verwijzen naar een gerealiseerd bedrag of een beoogd bedrag.
De vraagprijs is de prijs die een verkoper vraat van de gegadigde koper.
De laatprijs is de prijs die de verkoper verlangt van de gegadigde koper.
De biedprijs is de prijs die de koper offreert aan de potentiële verkoper.
Bij de prijs speelt geen enkel redelijkheidsoordeel: e prijs is letterlijk ‘waardenvrij’/ De gerealiseerde
of beoogde transactie is een feitelijke, een concrete, en niet een theoretische, abstracte of
voorwaardelijke transactie.
2.2.2: Kosten
Kosten zijn uitgaven die zijn gemoeid met het produceren of verwerven van een object. Als een
vastgoedobject is verworven of gebouwd, zijn de kosten daarvan een feit.
2.2.3: Value en worth
Waarde verwijst niet naar een feit, maar is een abstractie, een opinie. De prijs is waardenvrij, maar
bij de waarde komt een zeker normatief element kijken: de (dus abstracte) betekenis, die losstaat
van wat is of zal worden betaald. De waarde is, volgens de Van Dale, de betekenis die iets heeft als
bezit of als ruilobject.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isabelleboekhorst. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.09. You're not tied to anything after your purchase.