Dit is een volledige samenvatting van alles wat er werd gezien bij accountancy, het is een samenvatting van de slides, extra notities in de les en ook alles wat er in de boek staat (behalve de delen waarvan uitdrukkelijk werd gezegd dat het niet gekend moest zijn). Alle theorie staat er in, ook een...
Accountancy:
Accountancy: voorwerp, methode en doelstellingen:
Wie wil boekhoudinformatie:
- Bedrijven → zijn willen info over klanten voor betalingsuitstel
- Overheid → zijn willen info van bedrijven voor fiscale inkomsten en omdat ze
de algemene economische conjunctuur bepalen
- Beleggers → willen info over bedrijven zodat ze beste keuze maken
- Burgers → willen info over gezondheid van de overheidssector/bedrijven
- Aandeelhouders → willen info over het bedrijf om dividend te weten
- Werknemers → willen info over het bedrijf voor jobzekerheid
- Concurrenten → willen info om hun positie in de markt te onderzoeken
- Kredietinstelling → willen info over bedrijven om terugbetaling te verzekeren
Indeling van accountancy:
- Management accounting = deelgebied waarbij de accountinginformatie wordt
bestudeerd voor interne beslissingen
- Financial accounting:
• Deelgebied dat zich concentreert op de externe
verslaggeving van de financiële toestand van bedrijven
aan de buitenwereld
• Het registreren van de activiteiten van ondernemingen en hun impact in
monetaire termen op de onderneming
Financial accounting:
- Boekhouding = systematische registratie van de transacties
- Interne en externe verslaggeving → door de jaarrekening
• Balans
• Resultatenrekening
• Toelichting
- Bedrijven die in België op de beurs genoteerd zijn, zijn verplicht halfjaarlijks
een overzicht te geven van hun financiële situatie (Amerika om 3 maanden)
Accountingentiteit:
- Elke onderneming wordt als zelfstandige entiteit onderscheden v/d eigenaar
- Loskoppeling van het management van de onderneming en eigendom van de
onderneming ontstond tijdens de industriële revolutie:
• Er kwamen veel meer ondernemingen en productie
• Men had meer financiering nodig
• Aandeelhouders werden beleggers die zich niet bezig hielden met het
bestuur
• Bij en nv hebben aandeelhouders zo goed als geen risico’s
1
,Regelgeving bij externe verslaggeving:
- Regelgeving door de overheid vast gelegd om verbloeming te vermijden
- Bedrijven die aandelen genoteerd hebben op de EU-markt moeten
jaarrekening opstellen volgens de internationale rapporteringsstandaarden
(IFRS) → deze wetgeving zorgt voor een makkelijkere vergelijking van
bedrijven
- IFRS is opgesteld door International Accounting Standards Board (IASB)
- Voor niet beursgenoteerde ondernemingen wordt in de EU de externe
verslaggeving beheerst door Europese richtlijnen
Financial accounting management accounting:
- Overeenkomsten → Maken gebruik van dezelfde databank
- Verschillen:
• Aard van de informatie → E: objectief I: objectief en subjectief
• Frequentie → E: 1 x per jaar I: wanneer nodig
• Regelgeving over opstellen van informatie → E: enorme wetgeving
• Aard van de rapporten → E: geen details I: gedetailleerd
• Tijdshorizon → E: historische gegevens I: toekomstige gegevens
- Financial accounting:
• Opstellen jaarrekening
• Analyse van de jaarrekening
• Externe controle
- Management accounting:
• Planning
• Budgettering
• Interne controle
Analytisch boekhouden en kostprijsberekening
Soorten jaarrekeningen:
- Geconsolideerde jaarrekening = een jaarrekening voor een groep van
ondernemingen
- Enkelvoudige jaarrekening = jaarrekening van 1 onderneming (of van 1 deel
van een groep)
2
,De techniek van het boekhouden en opstellen van jaarrekening:
Balans:
- Vermogensstaat
- Principe van het dubbel boekhouden: A = P en ∆A = ∆P
De balans moet altijd in evenwicht zijn (activa = passiva) want je kan nooit
geld besteden als er geen geld wordt binnengebracht en je kan ook geen geld
hebben waar niks mee gebeurd want dan zit het in de bank of kassa
- De balans is een momentopname, het is de financiële toestand van een
onderneming op een bepaald moment die wordt beschreven a.d.h.v. de
besteding en de bron van middelen
- Balans moet op 1 A4 kunnen door groepering en ordening
- Activa:
• Aanwending van het vermogen, de bezittingen
• Geordend volgens de liquiditeitsgraad → hoe trager om te zetten in geld,
dus hoe lager de liquiditeitsgraad, hoe hoger in de balans
• Vaste activa = middel, dingen die je niet mag verkopen omdat je ze nodig
hebt om je activiteit uit te oefenen
• Vlottende activa = dingen die je wil omzetten in geld
• Vaste versus vlottende activa:
o Tijd in de onderneming
o Investeringsratio
o Relatie met productievolume
o Aantal transacties
o Omzetsnelheid in liquide middelen
- Passiva:
• Oorsprong van het vermogen, de schulden
• Geordend volgens opvraagbaarheid → hoe sneller iets moet worden terug
betaald, hoe lager op de balans
• Eigen vermogen = geld dat de eigenaars in de onderneming hebben
gestopt, moet niet worden terugbetaald
• Vreemd vermogen = schuld tegenover derden, tijdelijk aanwezig in de
onderneming (LT of KT)
• Eigen vermogen versus vreemd vermogen:
o Statuut financieringsbron
o Termijn terbeschikkingstelling
o Vergoeding van het vermogen
- Door de vorm van de balans kan je onmiddellijk kijken of de onderneming
gezond is:
• Je kan zien of ze hun schulden op KT kunnen financieren met de liquide
middelen (- - -)
• Je kan zien of ze hun vaste activa volledig hebben kunnen financieren met
het eigen vermogen, het geld dat niet moet worden terugbetaald (- - -)
3
,Activa balans Passiva
Resultatenrekening:
- Formele voorstelling van het resultaat van een onderneming over een
bepaalde periode, het geeft de kosten en opbrengsten van een periode
- Om te kijken of de eigenaar rijker wordt:
• Niet door toename van kapitaal want dan had de aandeelhouder het al en
heeft hij het gewoon verplaatst
• Niet door een toename van het balanstotaal want dat kan ook stijgen door
een extra lening
• De aandeelhouder wordt rijker door een toename van het EV dus als er
winst is (O>K)
• Interest zorgt ervoor dat het EV stijgt maar we schrijven het onder winst
en niet onder kapitaal want het wordt binnengebracht door de bank
- We moeten via de resultaatverwerking de winst of verlies inbrengen in de
balans om deze in evenwicht te brengen → A = P + (O – K)
- We ordenen de RR volgens het belang, hoe belangrijker hoe hoger
• Bedrijfsresultaat = resultaat uit bedrijfsactiviteiten
• Financieel resultaat = resultaat uit het beheren van gelden
• Vroeger ook nog de recurrente O en K maar deze worden sinds 1/1/2016
ondergebracht in de twee andere groepen
- Opbrengsten en kosten worden ingebracht ook al krijg je ze niet effectief dit
in tegenstelling tot uitgaven en inkomsten
4
, Grootboek:
- Verzameling van T-rekeningen om informatie over elk component van de
balans en elk component van de RR te verzamelen
- Grootboek want het opstellen van een balans na elke transactie is omslachtig,
het is ook moeilijk om tegenrekeningen terug te vinden en anders hebben we
ook geen overzicht over de opeenvolging van verrichtingen dus daarom gaan
we aanvullen met een journaal
- Systematische registratie → logische en zakelijke ordening
- Opstelling:
• Activa staan links en passiva rechts
• Beginbedrag aan de kant die ook de kant is t.o.v. de middellijn
• Alles wat erbij komt, komt onder het beginbedrag en wat er af gaat aan
de andere kant
- Opbrengsten- en kostenrekening:
• Geen beginbedrag want je begint altijd met 0 als resultaat
• O → EV stijgt → passiva stijgt
• K → EV daalt → passiva daalt
- Afsluiten van rekeningen:
• Saldo schrijven aan de kant met het laagste totaal want dan worden beide
kanten evenwichtig
• Dtotaal > Ctotaal → Debetsaldo
• Ctotaal > Dtotaal → Creditsaldo
5
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jitskelenaerts. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.86. You're not tied to anything after your purchase.