BOK GFA-1.KM1.1-20 Kwaliteitsmanagement 1.1 VOLTIJD
Thema: Kwaliteitsbegrippen
1. Je kunt de begrippen kwaliteitsbeheersing, kwaliteitsborging, kwaliteitsmanagementsysteem
en kwaliteitshandboek uitleggen.
Kwaliteitsbeheersing = je moet goed weten wat de klantbehoeften zijn. Wanneer je hier
inzicht in hebt, kun je de eigenschappen van de producten en diensten laten aansluiten bij de
vraag/eisen van de klant.
Kwaliteitsmanagementsysteem = activiteiten en afspraken met betrekking tot het leveren en
verbeteren van kwaliteit staat opgeslagen in een systeem. Het systeem is om
kwaliteitsbeheersing na te streven.
Kwaliteitsborging = maatregelen die ervoor zorgen dat je niet kunt afwijken van de
afgesproken kwaliteit. Middel om te voorkomen dat het leveren van kwaliteit ontregeld raakt.
Kwaliteitshandboek = digitaal systeem waarin alle activiteiten en afspraken over het
leveren/verbeteren van kwaliteit is vastgelegd. Doel: als team werken volgend de gemaakte
afspraken zodat het risico dat handelingen fout worden uitgevoerd zo klein mogelijk is. er
wordt vanuit gegaan dat de afspraken die in de procedures staan juist zijn.
2. Je kunt de definitie van Integrale KwaliteitsZorg (IKZ) of Total Quality Management (TQM)
reproduceren.
IKZ = kwaliteit in alle processen systeem georiënteerd. Managementstroming die
voortdurend gericht is op verbetering van algemene bedrijfsprestaties.
3. Je kunt de drie soorten kwaliteitskosten (faalkosten, preventiekosten, beoordelingskosten)
reproduceren en deze indelen in bewuste en onbewuste kosten.
Kwaliteitskosten – Crosby en Juran
1. Faalkosten: eindproduct voldoet niet aan kwalificatie.
a. Intern = herkeuringen, storingen, vertragingen.
b. Extern = recalls, reparaties, klachtenafhandeling, schadevergoeding.
Geen bewusten kosten: verlies.
2. Beoordelingskosten: afwijkingen vaststellen inspectie, metingen, keuringen, testen.
Bewuste kosten: investering.
3. Preventiekosten: fouten zien te voorkomen audits, onderhoud KHB, onderzoek naar
het ontstaan van fouten, bijscholen medewerkers.
bewuste kosten: investering.
4. Je kunt uitleggen wat PDCA is en hoe dit wordt toegepast.
Demingcirkel = basis van goede samenwerking in de praktijk. Er wordt optimaal gekeken hoe
processen verbetert kunnen worden.
Plan = iets bedenken
Do = uitvoeren
Check = controleren
Act = aanpassen/bijsturen
5. Je kunt de drie kwaliteitsgolven benoemen.
Product, proces, organisatie
6. Je kunt uitleggen wat binnen kwaliteitsmanagement bedoeld wordt met de 20/80 regel.
20% van de fouten zijn menselijk. 80% van de fouten zijn systeemfouten. De oorzaak zit dus
vaak in processen/procedures of elders in het kwaliteitsmanagementsysteem.
7. Je kunt voordelen benoemen van een kwaliteitsmanagementsysteem.
Met het systeem kan er beoordeeld worden of de organisatie in staat is om te voldoen aan de
eisen van een klant. 3 pijlers: wetgeving, ISO, vakinhoud.
, Thema: Kwaliteitsmodellen
1. Je kunt de twee hoofdonderwerpen in de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz)
benoemen (de regels voor kwaliteit: leveren van goede zorg en klachten en geschillen).
Thema 1: regels voor kwaliteit
Wat is goede zorg?
Wat heb je daarvoor nodig?
Thema 2: klachten en geschillen
2. Je kunt de drie eisen waaraan een apotheek moet voldoen betreffende klachten en
geschillen benoemen (een schriftelijke klachtenregeling, de klachtenfunctionaris of
klachtenbemiddelaar en de geschillencommissie).
1) Schriftelijke klachtenregeling
2) Klachtenfunctionaris/klachtenbemiddelaar = laagdrempelige mogelijkheid voor het
oplossen van een klacht. Cliënt kan deze persoon bellen en uitleggen wat de klacht is.
Deze persoon neemt contact op met de zorgverlener waarover wordt geklaagd. De
klachtenbemiddelaar doet geen uitspraken over de klacht.
3) Geschillencommissie = komt in actie als de klacht niet opgelost kan worden door de
klachtenfunctionaris. De geschillen instantie doet een uitspraak waar beide partijen
zich aan moeten houden. De geschilleninstantie kan een schadevergoeding
toekennen.
3. Je kunt uitleggen wat in de Wkkgz onder goede zorg wordt verstaan (artikel 2).
Zorg van goede kwaliteit en van goed niveau, die in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig
en cliëntgericht, tijdig wordt verleend en is afgestemd op de reële behoefte van de cliënt.
4. Je kunt uitleggen hoe PDCA in de Wkkgz is beschreven (artikel 7).
De zorgaanbieder draagt zorg voor systematisch bewaking, beheersing en verbetering van de
kwaliteit van de zorg en het op systematische wijze verzamelen en registreren van gegevens
betreffende de kwaliteit van de zorg op.
5. Je kunt uitleggen wat ISO betekent.
International standardisation organisation internationale norm voor
kwaliteitsmanagementsysteem.
6. Je kunt uitleggen wat het doel is van de ISO normen 9001:2015.
Managementsysteem voor kwaliteit. Beoordelen of de organisatie in staat is om te voldoen
aan de eisen van een klant. Eisen voor producten, generieke managementsystemen en
kwaliteit.
7. Je kunt uitleggen hoe de ISO normen gebruikt worden in een organisatie.
De norm beschrijft van de essentiële bedrijfsonderdelen aan welke normen er voldoen moet
worden om gecertificeerd te kunnen worden volgens de ISO-norm. Dit geldt voor alle soorten
organisaties. Hierdoor is de norm abstract. De norm moet geïnterpreteerd en vertaald
worden naar de eigen specifieke situatie van de organisatie.
8. Je kunt uitleggen op welke zeven kwaliteitsmanagementprincipes de ISO norm is gebaseerd
1) Klantgerichtheid
2) Leiderschap
3) Betrokkenheid van mensen
4) Procesbenadering
5) Verbetering
6) Besluitvorming op basis van feiten
7) relatiemanagement
9. Je kunt uitleggen wat de relatie is tussen PDCA en het ISO model.
De ronddraaiende blauwe pijlen in het ISO model stelt de PDCA cyclus voor.
10. Je kunt uitleggen op welk kwaliteitsmodel het HKZ certificatieschema 2015 is gebaseerd.
Op de ISO-norm. HKZ kan aan instellingen op het gebied van verzorging, thuiszorg, verpleging
of gespecialiseerde verzorging een certificaat toekennen. HKZnorm is van toepassing op het
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller minoukdelooze1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.95. You're not tied to anything after your purchase.