100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting bedrijfsfiscaliteit $6.43
Add to cart

Summary

Samenvatting bedrijfsfiscaliteit

7 reviews
 334 views  36 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting voor het vak bedrijfsfiscaliteit. Met uitgewerkte voorbeelden. Alles wat je moet kennen voor het examen!

Last document update: 5 year ago

Preview 4 out of 54  pages

  • December 26, 2018
  • January 4, 2019
  • 54
  • 2018/2019
  • Summary

7  reviews

review-writer-avatar

By: captainjacksparrow • 5 year ago

review-writer-avatar

By: youssef_elmz • 5 year ago

review-writer-avatar

By: margauxhellemans • 5 year ago

review-writer-avatar

By: amauryvandersteichel • 5 year ago

review-writer-avatar

By: isabomaes1 • 5 year ago

review-writer-avatar

By: elisabethdeploey • 5 year ago

reply-writer-avatar

By: ann-sophielenaerts • 5 year ago

Translated by Google

Reply deleted by the user

review-writer-avatar

By: jorenhuysmans • 5 year ago

avatar-seller
Samenvatting bedrijfsfiscaliteit
 Boek niet kopen
 Examen: multiple choice (15/20) en stellingen (5/20) die je met ja of nee moet antwoorden
met een korte motivatie waarom. Inzicht in theorie: vb. duidelijk verschil in belastheffing tus-
sen een zelfstandige en een vennootschap.

1 Algemeen
1.1 Belang van het opleidingsonderdeel
Belastingen in de maatschappij: 3 functies

 Financiële functie: (belangrijkste functie): totale opbrengsten van de staatsbelastingen
o Functionering van de staat financieren
o 2017: 114.787 miljoen euro  per minuut 218.392 euro
o De belastingen stijgen altijd maar, de overheid krijgt steeds meer taken.
o De belastingen uitgedrukt in % van BNP  grafiek: heel hoge belasting. Nederland is
redelijk gelijk qua land maar de belasting is daar toch een stuk lager




o Wat wordt er belast: vooral de personenbe-
lasting is heel hoog. Gemiddeld in de OEZO
landen is dat (25,5 %). Er is een groot verschil
tussen landen. Wij hebben een belastingdruk
groter dan 30%. België staat helemaal boven-
aan bij druk op lonen (53,7 %). Je houdt min-
der dan de helft over van wat je verdient.
Multinationals gaan eerder naar landen die
een lagere belastingdruk hebben op lonen.
o Tax shift: (= shift is dat er minder belasting is op arbeid en dat die wordt verschoven
naar andere belastingsbronnen) minder belasten maar ze hebben geld nodig dus dan
moeten we het geld ergens anders halen. Deze dingen kunnen we beter belasten:
We kunnen beter
 Consumptie (vb. btw),
 Ecofiscaliteit (zwaardere belasting voor activiteiten die belastend zijn voor
het milieu zoals zeer vervuilende auto’s of fabrieken).

1

,  Vermogensbelasting (= jaarlijks aan de staat zeggen wat je persoonlijk ver-
mogen is zoals huis, beleggingen enz.). In alle landen van de EU bestaat zo’n
vermogensbelasting. Grote families met een groot vermogen kunnen die
hoge belasting aan want als ze geen hoog loon krijgen omdat ze aan het ren-
tenieren zijn dan hebben ze geen hoge personenbelasting. Voorlopig geen
akkoord op vermogen.
 Beperkte tax shift in 2015 (niet geweldig want nog altijd hoog)
 Hogere aftrek forfaitaire beroepskosten
 Hogere belastingvrije som
 Verschuiving naar consumptie: btw-tarief op elektriciteit 6% naar
21%, hogere accijnzen op tabak en diesel
 Verschuiving naar (inkomsten uit) vermogen, vb. verhoging van de
roerende voorheffing van 25% naar 30%
 (Nog) geen vermogensbelasting
 Economische functie: stimuleren/ontraden van gedragingen (instrumentalisme). Belastingen
gebruiken om bepaald gedrag te stimuleren (vb. investeren in octrooien). Ze gaan dan fiscale
voordelen eraan koppelen. En vb. hoge belastingen op tabak.
o Vb. vennootschapsbelasting (2015). Fiscale opbrengst 4599 miljoen EUR. De fiscale
uitgaven zijn ongeveer gelijk aan de fiscale opbrengst.
 Investeringsaftrek (als je investeert in bedrijfsactiva krijgen een extra fiscale
aftrek): 122.57 miljoen euro.
 Aftrek octrooi-inkomsten (investeren in onderzoek en ontwikkeling en uitvin-
dingen beschermen door een octrooi): 281.83 miljoen euro.
 Aftrek voor risicokapitaal (overheid wil dat er geïnvesteerd wordt in bedrij-
ven. Je kan dat financieren door eigen vermogen of door vreemd vermogen.
Aandeelhouders vergoeden met dividenden, die doen belastbaar inkomen
niet dalen. Als we leningen aangaan dat betalen we interest en daalt ons be-
lastbaar inkomen. Maar als een bedrijf enkel leningen heeft dan geeft dat
geen goed beeld. Dus als bedrijven zich investeren met eigen kapitaal geeft
de overheid een fiscaal voordeel) : 2271.52 miljoen euro
 Sociale functie: om rijkdom te herverdelen. Herverdeling in functie van draagkrachtbeginsel.
Dit gebeurd door de personenbelasting. Er gelden progressieve tarieven (laagste inkomsten
hebben een tarief van 25% naarmate je meer verdient wordt het tarief hoger tot 50%)
o Grafiek: gini-coëfficiënt (mate van ongelijkheid in maatschappij) Bolletje is ongelijk-
heid voor correctie door be-
lastingen en het pijltje na
correctie door belastingen.
Bij België is de ongelijkheid
hoger dan het gemiddelde
van de EU maar na de fis-
cale maatregelen is het la-
ger dan het Europees ge-
middelde.




2

,Belastingen in het bedrijfsleven:

 Belastingen = kost
  fiscale planning: reduceren van belastingkost – “effective tax rate”. Verschillende tech-
nieken die ondernemingen gebruiken om belastingkost naar beneden halen. Tax manager
gaat vaststellen wat de belastingdruk is van het bedrijf wereldwijd.
o Zeer agressieve techniek: we gaan bedrijven oprichten in belastingparadijzen (belas-
ting is 0%) en ze laten daar heel veel winst in vallen en dus betalen ze op die winst
geen belasting.
o Gaan kijken in welk land je weinig belastingen moet betalen (vb. Ierland 12,5%). Dus
daar dan een nieuwe vestiging openen.
o Meer kijken naar nicheactiviteiten. Alle inkomsten uit octrooi is 80% van vrijgesteld.
Zien welk land voor die octrooien een interessant regime hebben om daar dan on-
derzoekscentrum neer te zetten.
 Maar ook: gewijzigd fiscaal klimaat. De maatschappij zijn de agressieve technieken beu van
de multinationals. Maar een kleine KMO moet wel veel belastingen betalen.
o Starbucks: ze verdienen goed in de UK maar ze betalen geen belastingen op die winst
terwijl ze er wel zitten en koffie verkopen.
o Google en Amazon: regels dateren van vorige eeuw en zijn dus gebaseerd op fysieke
aanwezigheid. Je betaalt belastingen in het land waar je gevestigd bent. Maar door
de digitale revolutie zijn de bedrijven niet meer fysiek gevestigd. Ze hebben in veel
landen een digitale aanwezigheid en zijn gevestigd waar dat er weinig belastingen
zijn.
 Internationaal consortium van journalisten en die zijn gaan kijken naar die multinationals.
Daardoor zijn er schandalen naar buiten gekomen zoals de
o Luxemburg leaks (Luxemburgse administratie sloot deals met multinationals zodat ze
minder belastingen moesten betalen). Er zijn veel Belgische bedrijven die dit hebben
gedaan.
o Panama papers (hackers die een advocatenkantoor in Panama hebben gehackt en
ook informatie hebben naar buiten gebracht over multinationals en bekende mensen
die daar brievenbusbedrijven hadden opgericht om minder belastingen te betalen).
o Bahamas leaks (werknemer die ontslaan was en die vertrouwelijke informatie had
meegenomen en die die overgemaakt heeft aan de journalisten. Multinationals had-
den daar structuren opgezet in belastingparadijzen). Dit heeft een grote impact ge-
had op die bedrijven (aandelenkoers fors naar beneden).
o Op 19 september 2018 hebben ze uitgebracht dat Starbucks nog steeds hetzelfde
doet. Op alle inkomsten gegenereerd in de UK hebben ze maar 2,8% belastingen be-
taald i.p.v. 19%.
 Artikel De Standaard: Europese commissie heeft gezegd dat Belgische administratie ook din-
gen doet die als agressieve maatregel geldt. Wet ingevoerd dat als er een multinational
nieuwe hoofdkantooractiviteiten lokaliseerde in België dat een deel van de winst niet belast
werd. Ze hadden die wet ingevoerd om investeringen aan te trekken. Daardoor is er meer
tewerkstelling en bijdrage aan de welvaart. Kleine landen moeten hun welvaart hebben van
buitenlandse investeringen. We moeten ervoor zorgen dat belastingen rechtvaardig zijn
maar we willen ook graag dat Amerikaanse multinationals in België komen investeren.

3

,  Wie? Gewijzigde taks funcite binnen het bedrijfsleven
o Minder geïsoleerd, meer controle, risicofactor, meer druk van externe stakeholders
o Accountant/bedrijfsfiscalist  raad van bestuur, CFO
o Fiscale optimalisatie en planning (instrumentalisme)  compliance/reputatierisico
en strategische beslissingen, ethiek, sociale aspecten
 Wat? Belastingen in de enkelvoudige jaarrekening
o Rek 451: te betalen btw
o Rek 67: vennootschapsbelasting
o Vennootschapsbelasting is voor de bedrijven een kost, de btw is voor de vennoot-
schappen geen kost want het staat gewoon op de balans. De consument draagt de
kost van de btw en niet de vennootschap.

1.2 Inleidende begrippen en beginselen
BEGRIPPEN

 Begrip belasting :
o Kenmerken:
 Dwingend karakter: je moet het betalen
 Financieel doel: zie hiervoor
 Afwezigheid van rechtstreekse en individuele tegenprestatie: je moet de be-
lastingen betalen ook al maakt je geen gebruik van de dingen die daar mee
gefinancierd worden
o Andere heffingen
 Vergoedingsretributies: niet verplicht (want je kan met fiets rijden) en er is
een duidelijke tegenprestatie (vb. inschrijving van een auto)
 Sociale zekerheidsbijdragen: om sociale zekerheid te financieren voor als je
werkloos bent of als je ziek valt en niet meer kan gaan werken. Ook het pen-
sioen wordt hiervan betaald. Er is niet altijd een tegenprestatie. Belastingen
dienen voor algemene dingen te financieren en sociale zekerheidsbijdragen
financieren enkel de sociale zekerheid.
 Beginselen hebben enkel betrekking op belastingen en niet op vergoedings-
retributies en sociale zekerheidsbijdragen
 Begrip belastingheffende instanties
o Rijksbelastingen: de federale staat (parlement voert belasting in)
o Regionale belastingen; gemeenschappen en gewesten (personenbelasting deels door
gewesten en ook gewesten hebben nog een aantal belastingen) Vlaamse raad

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ann-sophielenaerts. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49497 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.43  36x  sold
  • (7)
Add to cart
Added