100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Methodisch werken - Crisishulpverlening / HST 1 tm 4 $7.68
Add to cart

Summary

Samenvatting Methodisch werken - Crisishulpverlening / HST 1 tm 4

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een compacte samenvatting van Methodisch werken - Crisishulpverlening van Brinkman.

Preview 3 out of 29  pages

  • No
  • Hst 1 tm 4
  • April 3, 2024
  • 29
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
lOMoARcPSD|2668334

, lOMoARcPSD|2668334




Crisishulpverlening
Hoofdstuk 1:
Crisis
Crisis: stagnaties in de menselijke levensloop. Twee vormen:
o Ontwikkelingscrisis: als de persoon stagneert in de overgangen die hij moet maken in zijn
natuurlijke ontwikkeling. Hij is niet in staat te voldoen aan de eisen v.d. nieuwe levensfase.
(vb. niet zelfstandig worden van een adolescent, geen eigen identiteit kunnen behouden
na huwelijk, geen (nieuwe) levenszin kunnen vinden na pensionering).
▪ Ook een gezin kan stagneren in de zogenaamde gezinsfasen. Als het gezin er niet in slaagt
om zich aan te passen aan de nieuwe fasen die het doormaakt  crisis (vb. spanning door
geboorte kind, losmakingsprolemen tussen puber en ouders etc.)
o Existentiële crisis: als de crisis voortkomt louter uit het gegeven dat de persoon niet in staat
is zich te verhouden tot de gegevenheden v.h. menselijk bestaan, tot existentiële thema’s
als eenzaamheid, leven, dood, vrijheid en verantwoordelijkheid. (vb. geen keuze kunnen
maken, leven als zinloos ervaren, onvermogen om ziekte en beperkingen te accepteren).

Hoofddoel crisishulpverlening herstellen van evenwicht

Crisis in termen van omstandigheden (situationele crisis): als een persoon er niet in slaagt
veranderingen in externe omstandigheden het hoofd te bieden. (geeft gevoel van machteloosheid.
Vb’s afbranden van huis, vertrek van partner, ontslag).

Crisis in termen van sociale context: crisis waar het individu afwezig is of slechts een v.d. radertjes is
in een groter geheel. Twee voorbeelden:
o Systeemcrisis: als de crisogene factoren onmiskenbaar gegrond zijn in de relationele en
communicatieve patronen in het systeem waarvan de persoon deel uitmaakt. (vb.
uitputting door ruzie bij partners, stereotiepe rolverdeling etc.)
o Zorgkadercrisis: als niet zeer de (aangemelde) persoon, in crisis is, als wel de omstanders die
er mee te maken hebben. (vb. familie, buren of hulpverleners). Zij weten niet meer wat ze
met de persoon aan moeten, zijn volledig vastgelopen en raken uitgeput. (vb.
geluidsoverlast of agressie bij hulpverlener door een cliënt).

Crisis in termen van psychiatrische diagnosen: als een gebeurtenis/situatie intrapsychische
processen in gang zetten die min of meer een eigen leven leiden. (vb. minderwaardigheidscomplex
na verbroken relatie, uitzichtloosheid na afwijzing sollicitatie, twijfel over seksuele geaardheid etc.)
▪ Hoewel er een concrete aanleiding is, is de innerlijke basis blijkbaar dusdanig kwetsbaar,
dat de reacties (zelfmoordpoging, automutilatie, depressie etc.) buiten proportie zijn.

Crisogene factor: gebeurtenis/situatie

Voorbeelden van categorieën in het DSM die een relatie leggen tussen crisogene factoren en
de manier waarop de persoon daarop reageert:
o Posttraumatische stressstoornis: degene die blootgesteld is aan een traumatisch ervaring
ook later deze ervaring regelmatig herbeleeft. Gevolg kan o.a. zijn verhoogde
prikkelbaarheid, en (verregaande) beperkingen in sociaal of beroepsmatig functioneren.
o Acute stressstoornis: lijkt op bovenstaande, met als verschil dat de klachten niet langer
duren dan 4 weken nadat het gebeurtenis zich heeft voorgedaan.
o Aanpassingsstoornis: een problematische reactie op stress naar aanleiding van gewone
moeilijke levensgebeurtenissen. Ontstaan binnen 3 maanden na gebeurtenis en
verdwijnt weer uiterlijk binnen 6 maanden als de stressfactoren over zijn.

, lOMoARcPSD|2668334




▪ De problematische reactie is specifiek gerelateerd aan normale stressfactoren, maar is
ernstiger dan gewoonlijk en kan daardoor leiden tot beperkingen in sociaal en
beroepsmatig functioneren.

Componenten van crisis:
1. Veranderingen (kleine of ingrijpende) dood partner, relatiebreuk etc.
2. Verlieservaringen (vooral deze kunnen crisis veroorzaken. Ze kunnen concreet en
tastbaar zijn. vb. verlies partner. Abstract kan ook. Vb. verlies zelfrespect, vertrouwen in
anderen).
▪ Het gebeurt buiten de wil van de persoon. Hij heeft er geen controle over en voelt
zich slachtoffer.
3. Evenwichtsverstoring
▪ Om te verklaren waarom een situatie bij sommige mensen crisis veroorzaakt en bij
anderen nietSSKK-balans/model. Bestaat uit 4 factoren die ‘vier gewichten in de schaal’
vormen. Deze zijn:
o Stress: het lijden v.d. persoon als gevolg van al bestaande of nieuwe problemen
o Steun: de hulp, ondersteuning of bescherming waarop de persoon in zijn
leefsituatie een beroep kan doen ( vb. ouders, partner, vrienden, buren etc.)
o Kwetsbaarheid: gevoeligheden en beperkingen in de persoon die risico’s
inhouden (vb. gering probleemoplossend vermogen, inadequate copingstrategie,
handicaps)
o Kracht: het innerlijke vermogen v.d. persoon (zelfvertrouwen, hoop,
inspiratie, zelfkennis, vaardigheden om problemen op te lossen of te
hanteren).
▪ Een lage score op 1 factor kan worden gecompenseerd door een hoge score op een
andere factor.
▪ Niet iedereen lukt het een balans te houden zijn hele leven. Daarbij zijn twee situaties
te onderscheiden:
▪ Plotselinge evenwichtsverstoring als incidentele crisogene factoren zo intens of zo
omvangrijk zijn dat hij ze niet kan opvangen. Balans klapt in elkaar en crisis ontstaat.
▪ Chronische disbalansals de persoon nog zelf nog met hulp van anderen in staat is
‘normale’ levensomstandigheden te bewerkstelligen en te behouden.
4. Crisisverschijnselen (o.a. geëmotioneerdheid, spanning, uitputting,
verwarring, selectieve waarneming geen perspectief zien, gevoel van
controleverlies). Soms ontbreken zij.
▪ Intrinsieke versterking: het ene crisisverschijnsel leidt rechtstreeks tot een
ander crisisverschijnsel, waardoor de persoon in een neerwaartse spiraal
terechtkomt.
5. Actualisering van grondthema’s (hoewel het ontstaat door gebeurtenissen in het
heden, kan het onverwerkte ervaringen uit het verleden oprakelen). Deze onverwerkte
ervaringen kunnen teruggevoerd worden op zogenaamde grondthema’s.
▪ Grondthema’s: fundamentele, tegengestelde strevingen binnen de mens, dan wel strevingen
die botsen met de dagelijkse realiteit. De acht grondthema’s:
o Zorgeloosheid vs. Frustraties (de behoefte aan zorgeloos bestaan botst met
realiteit van problemen en tegenslagen).
o Driftbevrediging vs. Uitstel van bevrediging(de neiging toe te geven aan impulsen
als honger, seks en agressie botst met de werkelijkheid waarin et niet altijd mogelijk
is deze direct te bevredigen).

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Scriptiebibliotheek. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.68. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50064 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.68
  • (0)
Add to cart
Added