SAMENVATTING SOCIAAL AGOGISCH HANDELEN:
DEEL 3: INDIVIDUEN IN VERANDERING
HOOFDSTUK 9: COGNITIEVE DISSONANTIE,
CONFORMISME EN INNOVATIE
1. Verduidelijken wat de discipline van de ‘sociale psychologie’
inhoudt.
Het is de wetenschappelijke studie naar de manier waarop de gedachten, gevoelens en
gedragingen van mensen worden beïnvloed door de werkelijke of imaginaire aanwezigheid van
andere mensen. Er zijn vier thema’s van de sociale psychologie:
1. Conformisme
2. Innovatie
3. Cognitieve dissonantie
4. Gehoorzaamheid
2. Conformisme, innovate en gehoorzaamheid omschrijven als
vormen van sociale beïnvloeding.
Sociale beïnvloeding varieert afankelijk van de druk die op het individu uitgeoefend wordt.
Men kan :
- Conformeren aan groepsnormen of een onafankelijke positie innemen
- Verzoeken inwilligen of assertief zijn
- Gehoorzamen aan de bevelen van een autoriteit of ze trotseren
CONFORMISME Het is de tendens tot aanpassing van de eigen perceptie, opinie en gedrag in
overeenstemming met de geldende groepsnormen.
INNOVATIE Het is een proces waardoor dissidenten in een groep veranderingen
bewerkstelligen. Men weerstaat de druk om zich te conformeren, en men slaagt
er uiteindelijk in de anderen te overtuigen hem te volgen. De minderheid
beïnvloed de meerderheid, dit is niet eenvoudig!
GEOORZAAMHEI Het is de gedragsverandering als gevolg van een bevel van een autoriteit. Het is
D een fundamenteel element in onze samenleving
3. Het automatsch karakter van sociale beïnvloeding
verduidelijken
De mens is een sociaal dier dat vatbaar is voor tal van subtiele vormen van beïnvloeding, waarop
vrijwel refeematig gereageerd wordt. Dit kun je zien bij iemand die geeuwt, gaan de meeste
omstaande mensen mee geeuwen, of als iemand begint te lachen, zal de rest mee lachen. We zijn
dus enorm vatbaar voor tal van subtiele vormen van beïnvloeding en dit is onbewust. We imiteren
elkaar vaak onopzetelijk.
41
,4. Het kameleonefect als illustrate van sociale beïnvloeding
verduidelijken
Twee onderzoekers lieten deelnemers aan een taak werken samen met een handlanger die
regelmatig over het gezicht strijkt of met de voeten schudt. Verborgen camera’s registreerden deze
interacties en maakten duidelijk dat de deelnemers, zonder het te besefen, het motorisch gedrag
van de handlanger imiteerden. = KAMELEONEFFECT
• Men probeert dit onbewust te verklaren door te speculeren dat de interactie tussen
personen vloter verloopt indien hun gedrag synchroniseren.
• Deelnemers van wie het gedrag door de hanglanger geïmiteerd werd, een positievere
attitude rapporteerden ten aanzien van de handlanger.
• Sociale functe van nabootsing = men imiteert wanneer men sterk gemotiveerd is om te
affiliëren.
5. Uitleggen wat conformisme is.
Het is de tendens tot aanpassing van de eigen perceptie, opinie en gedrag in overeenstemming
met de geldende groepsnormen. Gewoonlijk zijn we geneigd om in eerste instantie te vertellen
dat we niet conformeren en een persoonlijk standpunt vertolken, maar toch valt niet te
ontkennen dat we meestal doen wat er van ons verwacht wordt. Het is bijzonder moeilijk om
deze sociale norm te doorbreken. Een zekere mate van conformiteit is nodig om vreedzaam te
kunnen samenleven.
6. Verduidelijken waarom conformisme een deugd maar ook
een zonde kan zijn.
Het kan een deugd zijn omdat we aangeleerd zijn om te luisteren.
Het kan een zonde zijn, bv. wanneer men op fuiven te veel drinkt of beledigende racistsche moppen
vertelt omdat anderen dit ook doen
7. Het experiment van Sherif beschrijven en verklaren
Hij nodigde een aantal mensen uit in een labo. Dat werd ingericht als een donkere kamer. Hij liet
een lichtpuntje zien, een tweetal seconden. De vraag die de proefpersonen kregen was hoeveel cm
het lichtpunt verschoof. Maar dit verschoof helemaal niet. Maar de deelnemers wisten niet dat het
ging over een onderzoek omtrent normen. Het ging namelijk over een optisch illusie, namelijk het
autokinetsch efect. De illusie bestaat erin dat een onbeweeglijke lichtvlek, gezien in het donker,
schijnbaar in verschillende richtingen beweegt.
De proefpersonen kwamen eerst apart in de kamer terecht, waardoor ze heel verschillend gokten. Daarna
werden ze samengebracht in één groep, waardoor ze zich gemakkelijker lieten beïnvloeden door elkaar. Ze
kwamen tot een gemeenschappelijke percepte. Bovendien constateerde men dat verschillende groepen elk
een eigen norm ontwikkelden die verschillend was van andere groepen. Ze groeien dus naar elkaar toe en
nemen een gemeenschappelijke groepsnorm in. Als men het omgekeerd deed namelijk, eerst in groep en
42
, dan apart bleef hun mening gelijk. Daarna probeerde men de sessie eerst in groep, en pas daarna
individueel. Wat ervoor zorgde dat het individuele oordeel niet meer veel afweek van het groepsoordeel
8. Het lijnexperiment van Ash beschrijven en verklaren
Het is een experiment op basis van het experiment van Sherif. Hij had kritek op Sherif, omdat zijn vraag
dubbelzinnig was, wat ervoor zorgt dat anderen zich sneller lieten beïnvloeden door de groep. Hij wou het
experiment opnieuw doen met een eenduidige vraag. “Welk lijnstuk aan de rechterkant is er even lang als
het lijnstuk aan de linkerkant?”
Je zit in een groepje van 6 en de proefeider legt uit dat hij onderzoek verricht over visuele
perceptie. Maar in het echt ging het over conformeren. Hij toont een plaat met drie verschillende
lijnstukken die men qua lengte met een standaardlijn moet vergelijken. Elk om de beurt,
rapporteren de deelnemers hardop welke van de 3 lijnen dezelfde lengte heef als de
standaardlijn. Eerst voorloopt alles goed: de taak is eenvoudig en duidelijk en iedereen heef
hetzelfde antwoord. Als echter de derde reeks lijnen wordt getoond, kiest de eerste proefpersoon
duidelijk de verkeerde lijn. Je bent verbaasd en vraagt je af hoe dit komt. Als de volgende
proefpersoon eveneens de verkeerde lijn kiest, begin je eraan te twijfelen of er iets mis met je is.
In de meeste gevallen zal je ook het verkeerde antwoord geven. De aanwezige medewerkers
moesten bij 12 van de 18 beurten allemaal het verkeerde antwoord geven. Zo wou men
controleren of die ene proefpersoon zich liet beïnvloeden door de groep.
9. De experimenten van Sherif en Asch met elkaar vergelijken
en ze linken aan de vormen van conformisme.
Beiden eeperimenten maken duidelijk dat visuele percepties door opinies van andere personen
beïnvloed kunnen worden, maar in hoeverre zijn deze resultaten echt vergelijkbaar? Hebben we te
maken met dezelfde vorm van conformiteit en hetzelfde proces, of is de overeenkomst meer
schijn dan werkelijkheid.
Experiment Sherif = deelnemers zoeken aansluiting bij hun lotgenoten
Experiment Ash = deelnemers legden zich neer bij de opinie van de meerderheid, maar waren
er niet van overtuigd dat het een juist antwoord was
10. Uitleggen waarom iemand conformeert
Er zijn twee processen die de basis vormen van conformiteit:
1) Mening toetsen aan mening van de meerderheid en wijzigen:
• INFORMATIONELE INVLOED
Dit leidt tot conformiteit omdat men tot correcte oordelen en opinies wil komen.
Men neemt hierbij aan dat een oordeel dat door velen gedeeld wordt niet anders
dan correct kan zijn.
• PRIVATE CONFORMITEIT
43
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dc1999. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.29. You're not tied to anything after your purchase.