marktvormen worden bepaald door:
- aantal vragers
- aantal aanbieders
- soort product (homogeen of heterogeen)
- doorzichtigheid / transparantie (weet men wat er op de markt gebeurt?)
- toetredingsmogelijkheid
- marktaandeel of marktmacht (hoe groter het aandeel, hoe meer macht)
soorten marktvormen
volkomen concurrentie: marktmechanisme (P = GO = MO)
monopolistische concurrentie: veel aanbieders, heterogeen product
oligopolie: marktaandeel vier grootste bedrijven > 60%
monopolie: marktaandeel grootste bedrijf > 90% (MO < GO)
invloed individuele geen beperkt redelijk veel veel
aanbieder op prijs
volledige mededinging / volkomen concurrentie: een markt waarbij de collectieve vraag
en collectieve aanbod de marktprijs bepalen (marktmechanisme/prijsmechanisme);
- veel aanbieders
- veel vragers
- homogeen product
- doorzichtig / transparant
- vrije toetreding en uittreding
- geen marktmacht
vraag en aanbod bepalen de uiteindelijke prijs op een markt van homogene producten.
evenwichtsprijs: Qa = Qv
, prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid (Ev): in welke mate de gevraagde
hoeveelheid verandert als de prijs verandert.
Ev = vraagverandering in % (gevolg) / prijsverandering in % (oorzaak)
Ev < -1 en Ev > 1 (elastisch)
-1 < Ev < 0 en 0 < Ev < 1 (inelastisch)
elastische vraag: de reactie op de prijsverandering is groot (luxe goederen)
als de prijs met 1% stijgt, daalt de vraag met meer dan 1%
inelastische vraag: de reactie op de prijsverandering is zwak (noodzakelijke goederen)
als de prijs met 1% stijgt, daalt de vraag met minder dan 1%
soorten kosten:
- variabele kosten (afhankelijk van productie; proportioneel, degressief of progressief)
- constante kosten (onafhankelijk van productie)
- marginale kosten (extra kosten voor elk extra product)
hoeveel moet ik verkopen om geen verlies te maken?
break-even point: TO = TK
wanneer is de totale winst het hoogst?
als elke extra opbrengst per product hoger is dan elke extra kosten per product tot ze aan
elkaar gelijk zijn: P = GO = MO (volledige mededinging)
als MO > MK dan blijven we meer produceren: winst verhogen
als MO = MK dan levert meer produceren niks op: maximale winst
als MO < MK dan kost meer produceren meer dan het oplevert: stoppen
op een markt van volledige mededinging geldt: zolang er winst gemaakt wordt, komen er
aanbieders bij totdat GO = GTK, het totale aanbod is vergroot, de winst is gedaald.
TW = TO - TK
TO = p x q
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophiejennekens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.17. You're not tied to anything after your purchase.