Arresten:
• Deen/Van der Drift
• Van der Wal/Duinstra
• Rabobank/Fleuren c.s.
Retentierecht: bevoegdheid om afgifte van een zaak op te schorten
(opschortingsrecht). Opschorting is een tijdelijke maatregel voor schuldeiser die
enerzijds verplicht is tot afgifte van een zaak, maar anderzijds ook iets te vorderen
heeft, namelijk betaling. (Art. 3:290 BW).
Definitie: bevoegdheid van schuldeiser om verplichting van afgifte van een zaak op
te schorten totdat schuldenaar heeft betaald.
Retentierecht is geen beperkt recht maar een (opschorting)bevoegdheid.
Art. 3:291 BW: retentierecht tegenover derden die een recht op de zaak hebben.
Werkt ook onder voorwaarden tegen ouder gerechtigden.
Voorrang (Art. 3:292 BW): retentor kan zijn vordering op de zaak verhalen met
voorrang boven allen tegen wie het retentierecht kan worden ingeroepen. Dus
retentierecht geeft geen recht van parate executie, maar is wel een verhaalsrecht met
voorrang. Bv: is het retentierecht ook in te roepen tegen latere schuldeisers zonder
beslag bij een niet-failliete schuldenaar, of tegen een voorrecht? Nee, want Art. 3:291
BW gaat voor Art. 6:53 BW en een voorrecht is niet een recht op een zaak.
*retentierecht is ondeelbaar, het blijft in stand totdat de vordering is voldaan* Art.
3:290 lid 1 BW
Meerdere zaken: schuldeiser kan de vordering tegenover elk van de zaken inroepen.
Species: specifiek deel
Genus: algemeen deel
Retentierecht is een species van het genus opschortingsrecht.
Wanneer bestaat er retentierecht: 2 deelvragen
• Bestaat er een opschortingsrecht
• Voldoet dit opschortingsrecht aan de vereisten van Art. 3:290 BW
Vereisten retentierecht (Art. 3:290 jo. 6:52 BW):
• Niet nakoming
• Opeisbare vordering (Art. 6:38 BW)
• Voldoende samenhang tussen verplichting tot afgifte vd zaak en de verplichting van
degene aan wie de zaak moet worden afgegeven. Opschorting moet kunnen worden
gerechtvaardigd.
• Er kan worden aangenomen dat de samenhang voldoende is als (Art. 6:52 lid 2
BW):
• De verplichtingen over en weer uit dezelfde rechtsverhouding voortvloeien
• De vorderingen voortvloeien uit zaken die partijen regelmatig met elkaar hebben
gedaan
• Het moet gaan om een zaak
• Er is een verplichting tot afgifte van de zaak.
• Schuldeiser moet voldoende feitelijke macht hebben over de zaak. (Hij moet houder
zijn).
Retentierecht is in te roepen tegen:
• Schuldeisers en mede-schuldeisers van zijn wederpartij (Art. 6:57 jo. 6:53 BW)
• Derden met later jonger recht op de zaak (Art. 3:291 lid 1 BW)(Deen/Vd Drift),
zoals:
• Eigendom, beperkt recht
• Contractueel gebruiksrecht, bv huur
• Beslag dat gelegd is na het ontstaan van het retentierecht
• Curator in (later) faillissement van schuldenaar (Art. 60 Fw)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller casperbeumer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.87. You're not tied to anything after your purchase.