Samenvatting van probleem 1 tot en met 8 van blok 2.8 (onderwijswetenschappen). Hij is niet erg uitgebreid, waardoor het makkelijk te leren is; het zijn enkel de kernelementen.
Probleem 1 – Het Constructivisme
Kenmerken van constructivisme: eigen begrip opbouwen
Voorkennis
Samenwerken
Zelfsturing
Betekenisvolle situaties
Op basis van drie variabelen (ontwerp/format, rolverdeling docent en leerling, volgorde van
taken) kunnen 4 leervormen worden onderscheiden:
1. Inquire-based learning (IBL)
- Wat weten we al wat willen we nog weten hypothesen verklaringen vormen
- Leerkracht faciliteert het onderzoeksproces en is de expert, biedt informatie
- Geen eenduidige resultaten voor efectiviteit
2. Problem-based learning (PBL)
- Vragen omtrent probleemvoorkennis gaten zijn leerdoelen zelfstudiebespreken
- Leerkracht begeleidt, stimuleert discussie en evalueert voortgang
- Positief resultaat of geen resultaat (goed: kritisch nadenken en sociale vaardigheden)
3. Project-based learning (PjBL)
- Werken naar een einddoel, manier waarop is vrij (contextualisatie belangrijk)
- Leerkracht faciliteert project, monitort einddoelen
- Vooral positieve resultaten (goed: procesvaardigheden)
4. Case-based learning (CBL)
- Informatie opzoeken, casus voorbereidencasus bespreken
- Leerkracht faciliteert en begeleidt de discussie
- Positieve resultaten (goed: kennis), maar slechte onderzoeken
Allemaal: actief betrokken leerlingen, zelf taken plannen, realistische context, in groepsverband
Verschil: IBL/PjBL diverser en leerlinggerichter, PBL/CBL leerkracht biedt geen informatie aan
Nieuw classificatieschema voor 18 types leeromgevingen = gebaseerd op 3 aspecten
1. Leerdoelen
a. Leerproducten
Kennis (over leerinhoud en leerproces)
Houding (t.o.v. leerinhoud en leerproces)
Specifieke leervaardigheden (cognitief, afectief, sociaal, transfer)
b. Leerproces
Voorbereidende leerfunctie (cognitief, afectief en metacognitief)
Uitvoerende leerfunctie (cognitief, afectief en metacognitief)
Afsluitende leerfunctie (cognitief, afectief en metacognitief)
2. Verdeling leerling leerkracht
a. Gedragsmodel nieuweling (lage status) leert van docent (hoge status), sturing en
bekrachtiging vanuit leerkracht, leeromgeving is gericht op prestatie
b. Ontwikkelingsmodelverantwoordelijkheid meer bij leerling, leerkracht is meer een
coach (vragen stellen/kritische opmerkingen) die het leren ondersteunt
c. Apprenticeship paradigmaleerling participeert in wereld van expert (community of
practice), samen deelnemen aan de leeromgeving, meester-gezelrelatie
3. Rollen van leerling t.o.v. elkaar
a. Competitief = voordeel voor jezelf, nadeel voor anderen
b. Individueel = voordeel voor jezelf, geen connectie met anderen
c. Coöperatief = voordeel voor jezelf en voor anderen
, Kirschner is voor traditioneel leren en tegen het constructivisme minimale begeleiding is
niet goed, want dat overbelast je werkgeheugen, omdat er steeds moet worden gezocht naar
strategieën. Je gebruikt je LTG niet. Het doel van leren is het aanpassen van het LTG en dat mislukt
hierdoor. Daarnaast is er grote kans op het aanleren van verkeerde schema’s, omdat voorkennis
ontbreekt. Ook is de praktijk heel anders dan de praktijkechte situaties. Minimale begeleiding is
dus slecht.
Directe instructie is beter:
o Cognitieve belasting vrije exploratie leidt tot overbelasting van werkgeheugen
o Worked-example efect zonder instructive is generaliseren moeilijk
Expertise reversal efect: niet ineens stoppen met begeleiding, maar afbouwen
o Proces worksheet op worksheets staan de te doorlopen fases
Schmidt zegt dat PGO niet kan worden gezien als minimale begeleiding, maar als
flexibele begeleiding. Bij zowel activatie van voorkennis als verdieping daarvan is instructie
aanwezig, in de vorm van scafolding. PGO is geen minimale instructie, want:
Kleine groepjes, die training krijgen in samenwerken vóór de instructie
Leertaak is het beschrijven van problemen (simpel complex)
Voorkennis wordt geactiveerd met de discussie over het probleem
De aanwezige tutor houdt het leerproces bij en grijpt zo nodig in met tutorhandleiding
Bronnenlijst is aanwezig
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esmeecoppoolse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.69. You're not tied to anything after your purchase.